Dat doet denken aan Sarah Palin

Dat doet denken aan Sarah Palin

Het wordt steeds moeilijker zich een oordeel te vormen over de gang van zaken in het onderwijs. Daar zijn twee belangrijke oorzaken voor aan te wijzen: ten eerste de enorme hoeveelheid nieuws, informatie en propaganda die over het onderwijs naar buiten wordt gebracht. Het is als met de massa gegevens die men van het internet kan halen: wat men vindt is altijd tot op zekere hoogte waar, maar meestal ook onvolledig, of ongenuanceerd, of bevooroordeeld en andere informatie spreekt tegen wat men eerder voor juist gehouden had.
De tweede reden is dat de criteria waarop de beoordeling van het onderwijs berust, niet, zoals in een ver verleden, eenduidig zijn. Wat door de één als prima, leuk en modern gezien wordt, is voor een ander tijdverspilling en beneden de maat. Die verschillen in beoordeling vindt men ook in de leraarskamer.
Een derde verstorende factor is dat bepaalde instanties waarop men dacht te kunnen rekenen soms ook een zwalkende koers varen. De Inspectie van het Onderwijs en de Onderwijsraad zijn goede voorbeelden. De Inspectie leende zich er tot voor kort toe om de scholen te beoordelen op het punt van de didactiek: scholen die niet voldoende modern les gaven kregen de gele kaart waarna de leraren op cursus werden gestuurd om zich de ‘activerende didactiek’ eigen te maken. ( zie Amphora oktober 2008, pag 8 )
De Inspectie is de afgelopen twintig jaar gewoon een verlengstuk van de onderwijspolitiek geweest en voor de Onderwijsraad geldt ongeveer hetzelfde. Dat betekent dat men het nieuws, de gegevens als zodanig, kleurt naar gelang het opportuun is, naar het in de in de politieke kraam te pas komt.
In die visie zijn scholen waar nauwelijks gedoubleerd wordt en waar bijna niemand voor het eindexamen zakt per definitie goede scholen, maar uiteraard, als de wind uit een andere hoek waait, kan dat standpunt snel veranderen. Inspectie en Onderwijsraad maken nog wel gebruik van het ooit wèl verdiende ‘gezag’, maar zijn ondertussen niet meer te vertrouwen. Nog minder te vertrouwen zijn de VO –Raad, met als woordvoerder de vreselijke Slagter, en evenmin de lerarenbonden. Ze vertonen nu hun kunsten als ‘draaiers’ en, het moet toegegeven, daar zijn ze erg goed in. Nog maar eens kijken hoe ze zich uit de salarisonderhandelingen redden.
De beide staatssecretarissen van Onderwijs doen mij helaas onweerstaanbaar denken aan Sarah Palin denken. En de brief die van Bijsterveldt over de eindexamens naar de Tweede Kamer schreef, doet vermoeden dat het onderwijs in het vak Nederlands aan haar niet erg besteed is geweest. Niettemin, de bedoeling, het verbeteren van het eindnivau van de leerlingen, is uitstekend en sluit goed aan bij wat de eerste belanghebbenden wensen.
Het Research-centrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt enquêteerde 38.000 schoolverlaters en vond dat ruim 50 procent van hen de opleiding te weinig uitdagend vond, dat 36 procent de examens en opdrachten te weinig pittig vond en dat 40 procent van mening was dat de docenten niet streng genoeg waren in hun beoordelingen. Zegt dit iets? Jazeker, dat niet alleen de beste leerlingen, maar ook de middelmatige leerlingen het onderwijsniveau onvoldoende achten. Een opmerkelijk oordeel.

Cornelis Verhage

1 Reactie

  1. Wat ik naar tien jaar
    Wat ik naar tien jaar onderwijs nu wel kan concluderen is de enorme verdeeldheid/hokjesgeest in onderwijsland. Een loopgravenstrijd die door de deregulering enorm is toegenomen. Schoolbestuur en docenten hebben verschillende belangen al doen ze anders vermoeden. Sociale partners staan ook lijnrecht tegenover elkander. Wantrouwen is het sleutelwoord. En tenslotte OCW die alles laat voortkabbelen en politici die zich verschuilen achter de dooddoener: ‘schoolbesturen zijn autonoom’. Het enige wat redding brengt is een sterke overheid die eisen stelt en toezicht hanteert op de toekomst van het land. Voor een kleine 40 miljard mag de burger ook wel wat verwachten: goede docenten, uitstekende faciliteiten, gedegen vakinhoudelijke kennisoverdracht. Dus overheid draai de autonomisering gedeeltelijk terug ! Zorg voor de volgende maatregelen:
    – alle lerarenopleidingen op universitair niveau, afgestudeerden dienen te beschikken over een feilloze vakkennis en taalbeheersing
    – beperking van het aantal vakken in het MO, kernvakken uitbreiden in aantal uren
    – leraren zijn bevoegd en worden betaald naar opleiding en ervaring
    – onderwijskundig beleid dient de onderwijsinstelling zelf vorm te geven
    – lestaak naar 20 lessen max. en eisen dat docenten daarnaast investeren in extra vakinhoudelijk opleiding en/of bijscholing. Extra opleiding betekent onmiddellijk hogere inschaling.
    – betere begeleiding docenten/personeelsbeleid op scholen echt vorm geven
    – schoolleidingen zijn ondersteunend aanwezig en geven (deels) ook les
    – beperking van taakbeleid, slechts taken gerelateerd aan het lesgeven blijven bestaan.

Reacties zijn gesloten.