Een school in Drachten

Onderstaand stuk stond in Trouw van 10 maart 2007. Het gaat over een mammoet-school in Drachten. Vier docenten komen aan het woord (geselecteerd door de schoolleiding?).
=============================================
De overheid moet scholen eens met rust laten

Bijna iedere middelbare school heeft wel vormen van het nieuwe leren ingevoerd. Ook de brede christelijke scholengemeenschap Liudger in Drachten ontsnapte er niet aan. In Iederwijs geloven ze er niet, ‘veel te extreem’. Maar de tijd dat de leraar alleen maar klassikaal zijn kennis over de leerlingen uitstortte, is wel degelijk voorbij, zeggen de Friese docenten.

Een zee van gestalde fietsen en scooters wijst waar de ingang is van de brede christelijke scholengemeenschap Liudger aan de rand van Drachten. De vmbo-vestiging (1750 leerlingen) en die voor havo-vwo (1250 leerlingen) liggen op een steenworp afstand van elkaar aan dezelfde weg.

Langs de lange rij kluisjes voor de schooltassen en via de kale betegelde gangen, kom je in de personeelskamer van de vmbo-vestiging. Daar nipt Suzanne van Buren (32), lerares aardrijkskunde en geschiedenis in de onderbouw van de theoretische leerweg, net aan haar soepje. In haar lessen is het nieuwe leren doorgedrongen, vertelt ze.

Een voorbeeld. Toen zij zeven jaar geleden begon met lesgeven, had ze een saai geschiedenisboek. Het kostte haar veel energie daaruit les te geven. “Leerlingen die onderuithangen in hun stoel en passief de stof ontvangen, vreselijk, dat werkt niet. Wij zijn nu nieuwe werkvormen aan het invoeren, ik ben daar heel enthousiast over.”

Niet langer komen de middeleeuwen aan bod door er een hoofdstuk over te lezen en vervolgens vragen te beantwoorden uit een werkboek. Nee, het onderwerp is nu een project geworden. De kinderen maken zelf een maquette van een kasteel of een klooster en houden er een presentatie over. Zo verscheen deze week nog een keukentje in een klooster, compleet met gasstel. “Dat moest er weer uit, maar die leerling vergeet dus nooit meer dat er in die tijd nog op vuur gekookt werd.”

De leerlingen verwerken kennis beter door ermee aan het werk te gaan, zegt Van Buren. “Het is net als een telefoonnummer, zeg ik altijd. Door het op te schrijven en te gebruiken, leer je het uit het hoofd. Als iemand het je toeschreeuwt, blijft het niet hangen.”

Maar aan het eind van het project volgt wel een repetitie. “Om te toetsen dat de bepaalde kennis wel is overgebracht.”

Ook een ander element uit het nieuwe leren, het samenwerken in groepjes, heeft zij in haar lessen geïntroduceerd. “Als je ze laat aanmodderen, ontaardt het in kletsen. Er zijn genoeg trucjes om dat te voorkomen. Geef ze ieder een eigen taak, de een is de voorzitter, de andere schrijft alles op, de derde let op de tijd, de vierde is de geluiddemper. Die moet zorgen dat ze niet tegen elkaar gaan schreeuwen.”

Haar collega Sietse Wijbenga (58), al meer dan dertig jaar docent, eerst gym, nu aardrijkskunde in de bovenbouw van het vmbo-t, is wat sceptischer over de vruchten van het nieuwe leren. “Wat men eigenlijk wil bereiken is dat leerlingen een andere werkhouding krijgen. Die houding is heel anders dan dertig jaar geleden. De lamlendigheid waarmee sommigen in de klas zitten, hoeveel tijd ik daar niet aan kwijt ben.”

Wijbenga volgde met zijn vmbo-collega’s een cursus ‘activerende werkvormen’, volgens de theorie van het nieuwe leren. “Dus meer leerlinggestuurd dan docentgestuurd onderwijs. Dat kan soms goed werken. Maar ik vraag me wel eens af wat beklijft, want ook als je met groepjes werkt geldt: het ene groepje pakt het wel op, het andere niet.”

Hij vindt de komst van het vmbo geen verbetering. Tot een jaar of vijf geleden gaf hij les op een kleine mavo, hooguit vierhonderd leerlingen. Hij kende hij alle leerlingen, ook die niet bij hem in de klas zaten. “De schaalvergroting door het vmbo is een verarming.”

Maar ook als je het vmbo-t weer in een apart gebouw zet, heb je de oude mavo nog niet terug, stelt hij. De wereld rond de leerling is te zeer veranderd. “Waar vroeger de school in het middelpunt van de leefwereld van leerlingen stond, is die nu naar de rand verdreven. Leerlingen hebben zoveel aan hun hoofd. Muziek, films, tv, computers. Met een terugkeer van de mavo krijg je niet de oude gemotiveerde student terug.”

Op nog geen vijf minuten lopen ligt de havo-vwo vestiging van deze grote scholengemeenschap, waar Siep Sinnema (58) al dertig jaar natuurkunde doceert. Ook hij maakte veel onderwijsvernieuwingen mee. Het rare idee doet nu opgang, zegt hij, dat een nieuw en oud leren tegenover elkaar staan. Maar op deze school, stelt hij, worden beide methodes gebruikt: leraren geven een deel van de lessen klassikaal via kennisoverdracht voor de klas, een ander deel laten ze de leerlingen zelfstandig werken. “Met natuurkunde is dat logisch: een deel van de les laat je ze zelf prutsen, een ander deel geef je uitleg.”

Een grote stap naar andere lesmethodes waarin leerlingen meer vaardigheden gingen aanleren en minder kennis tot zich nemen, was de komst van de tweede fase. De school in Drachten voerde het studiehuis in: één op de vier lessen lieten docenten voortaan de leerlingen zelfstandig werken.

Er kwamen bovendien veel meer eindexamenvakken, dus per vak werd het aantal lesuren minder en de stof oppervlakkiger. Sinnema: “In de nieuwe tweede fase, die in augustus ingaat, is het aantal uren voor natuurkunde nog verder teruggebracht. Ik vind dat we te ver doorschieten en de leerlingen te weinig kennis over de exacte vakken krijgen.”

Zijn collega Nelleke Smits (49), lerares Engels aan het vwo, vindt de tweede fase wel degelijk succesvol. Bij Engels verdween de aandacht voor literatuur. “Maar we lezen en spreken tegelijk wel veel meer in het Engels, bijvoorbeeld kranten. Leerlingen hebben hier zelfs de mogelijkheid tweetalig onderwijs te volgen, dan is een deel van de lessen in het Engels. Ze leren een vaardigheid, zou je kunnen zeggen: Engels verstaan en spreken. Ik vind dat een vooruitgang.”

Over één ding zijn de vier docenten het gloeiend eens: de overheid legt te veel en te snel vernieuwingen op aan de scholen. Sinnema: “Wij kunnen echt als school zelf goed bepalen welk onderwijs goed is. Laat de overheid ons nou eens een tijdje met rust laten.”
================================================

14 Reacties

  1. Rust vragen is het verkeerde signaal
    Dat gebruikt Bijsterveldt tegen ons: ze willen geen terugkeer naar de mavo en lts, ze willen rust. Nee, we willen ingrijpende veranderingen ten goede. Geen rust die ons nog verder in de modder laat wegzakken.

    • Eens
      Helemaal met je eens Fritzi. Vandaar ook dat ik mijn vermoeden dat de leraren geselecteerd waren door de schoolleiding boven het artikel heb gezet. Dat het onderwijs met rust gelaten moet worden is de mening van de schoolbesturen (en hun lakeien), niet die van de leraren.

  2. Nederland wordt intolerant
    Mevrouw smits mag gerust vinden dat het prima is dat de aandacht voor Literatuur vervangen wordt door gekwebbel. Maar wat mij bij alle veranderingen alsmaar niet duidelijk wordt is “Waarom mogen ouders en leerlingen die willen dat het accent bij talen op het literaire kant gelegd wordt geen overeenkomstig taal-onderwijs (laten) volgen? Zeker nu je in landen als Duitsland en Frankrijk steeds vaker in het Engels kunt converseren zou je Frans en Duits op zijn pre-mammoets kunnen geven. De universiteiten zouden daar echt niet wakker van liggen. Een onderbelicht aspect van van alle onderwijshervormingen is de intolerantie. Alles moet voor iedere leerling op dezelfde wijze, onafhankelijk van zijn intelligentie, zijn belangstelling, de voor hem beste leermethode alsmede het schooltype waarop hij geplaatst wordt. En dat hoewel de philosophen van het nieuwe leren beweren dat ze het onderwijs voor alle leerlingen optimaal maken.

    • Re: philosophen
      U heeft helemaal gelijk. Maar het zijn dan ook geen filosofen, maar gelovigen met een totalitaire mentaliteit. Dat woord filosofie wordt veel te vaak gebruikt, en het komt dan als deftig etiket op ordinaire kletspraatjes te zitten.

      • Ach, houd er maar rekening mee
        dat er echt leraren zijn die heel enthousiast zijn over nieuwe leervormen- zoals er ook leraren zijn die geen zin hebben in ‘gedoe’; zoals er ook leraren zijn die willen dat ‘de beuk er in gaat’; zoals er ook leraren zijn die juist wel wat bestuurswerk willen doen…; zoals er ook leraren zijn die een geleidelijke terugkeer voorstaan, enz.

        In de eerste honderd dagen zal de minister alle meningen aanhoren. En dan ben ik benieuwd naar het beleid. Maar dat wil ik dan wel klip en klaar horen. Dan weten we of het tijd is voor drank, actie, aanslagen, vierendelingen… wordt het echt niks met dit kabinet, dan gaan we ondergronds…

      • Niemand heeft de waarheid in pacht
        Daarom moeten verschillende meningen, visies, opvattingen, onderwijssystemen naast elkaar kunnen bestaan. En dat geldt zelfs binnen eenzelfde docentencorps. Juist in die variatie kan ieder zijn eigen mening vormen en kunnen systemen aan elkaar getoetst worden.
        Dat verdraagt zich niet met autoritaire onderwijsopvattingen en sovjet-achtige systeemvoorschriften.

        • Maar sommige waarheden hebben wel
          een groter waarheidsgehalte dan andere. Dit vind ik wel iets te postmodern, hoor! Zonder tot onderwijsdictatuur over te gaan, zijn bepaalde oplossingen wel beter verdedigbaar dan andere. Daar staan wij toch voor als BON?

          • Tucht
            De tucht van de (onderwijs)markt zal dat dan aantonen.
            Planeconomie doet dat niet. En ook de docentenkamer oefent macht uit.

          • De markt?
            Volgens mij is het probleem dat er te weinig te koop is en dat wat goed is te duur is voor grote groepen. Als ik gisteren de jackpot had gewonnen (niet gevallen, dus wie weet volgende maand …) zou ik morgen afspraken maken met particuliere scholen om te komen kijken. In de docentenkamer die ik frequenteer zitten mensen die hun tijd uitzitten en jonge mensen die geïndoctrineerd zijn. De sporadische medestanders zwijgen gelaten. Wat heb ik daarvan te verwachten? BON is mijn docentenkamer …

          • De boot
            Tja die lerarenkamer; we kennen hem allemaal. De voorhoede, jong en gedreven; de middenhoede, die het allemaal al eerder heeft meegemaakt; en de achterhoede, die overal tegen is. Stel je voor dat je het hele zootje in een boot zet en gaat varen; de voorhoede aan bakboord; de achterhoede aan stuurboord; de rest in het midden. Dan bepalen de mensen aan stuur- of bakboord of het schip loefgierig of lijgierig is.(voor niet-schippers loefgierig is de neiging van een schip om naar de wind toe te draaien; lijgierig van de wind af). Wat heb je dan eigenlijk nog aan de mensen die in het midden zitten? Die vormen de ballast en bepalen de stabiliteit van een schip. Als je ze overboord zet komt je schip hoog op het water te liggen en is het gevoelig voor wind en golven; het zwabbert alle kanten uit. Als er teveel van zijn dan ligt je schip te diep en wordt het pompen of verzuipen. Maar het zijn uiteindelijk de boordzitters die de vaareigenschappen van het schip bepalen. Moraal, ze zijn allemaal nuttig. Er hoeven maar een paar mensen te gaan verzitten en het gedrag van het hele schip veranderd. Wanhoopt niet; Elk zijn rol; Alles sal reg kom! En Fritzi kijk zo eens naar de bootjes in de gracht; en de docenten in de lerarenkamer; de stuurman doet z’n best maar de mensen aan de boorden bepalen zijn gedrag.

        • Re De Waarheid
          Nee, Hendrikush, niemand heeft de waarheid in pacht. Maar in de onderwijswereld is het momenteel wel bar en boos.
          Als in de gezondheidszorg de homeopathie en de haptonomie de enige gepraktiseerde stromingen zijn, dan vind ik dat toch wel heel zorgelijk. Als dan allerlei afgestudeerde specialisten moeten bedelen om een plaatsje onder de zon, en daarnaast steeds weer opgezadeld worden met verplichte cursussen homeopathie onder de vlag van ‘Een Leven Lang Leren’, dan is dat de wereld op zijn kop.
          Misschien wordt het tijd voor een nieuwe Verlichting.

          • die ons ergernis besparen?
            En veel energie die we nu moeten steken in zinloze exercities? Die spaarlampen?

          • Niet lezen!
            Ja S.Stevin; geëerd zij je voorvader; als beoefenaar van voetreflexologie zou je gewoon een clandestien praktijkje beginnen. En denk aan de tijd van je voorvader: abortus mocht toen niet, maar evengoed waren er “adresjes” waar dames iets met breinaalden deden.
            Kortom je wacht niet tot De Verlichting het weer doet maar neemt zelf het heft in handen. Desnoods ondergronds. A zeggen, B doen.

Reacties zijn gesloten.