Meer of minder managers ?

Soms zit ik een beetje de surfen op de prachtige BON site. Zo kwam ik een op 3 oktober jongstleden door Mark Peletier aangedragen artikel uit de NRC tegen. Hierin werd beweerd dat het onderwijs juist meer managers nodig heeft. Hier een wat late reaktie.

Managers hebben in mijn beleving niet zo erg veel bijgedragen aan de verbetering van het onderwijs, de goede uitgezonderd. Ik ben zelf erg voor wat met een mooie term “zelfsturende teams” genoemd wordt. Uitgangspunt moet zijn dat managers zichzelf zo veel mogelijk overbodig maken. Geef onderwijsgevenden de ruimte, ja dwing ze er zelfs min of meer toe, hun zaakjes onderling te regelen. Het management is er dan voor de bewaking van de kwaliteit van het onderwijs, onder erkenning van de professionele status van de docenten, het beheer en zo nog wat zaken. Ik heb zelf helaas het omgekeerde meegemaakt nl. dat goed funktionerend en produktief docentenoverleg werd afgeschaft waarvoor in de plaats een warrig direktief management kwam. In tegenstelling tot wat het artikel beweert moeten managers een stapje terug doen en niet zo veel noten op hun zang hebben. Dan komt het misschien allemaal nog wel goed.

21 Reacties

  1. Zelfsturende teams
    In zekere zin ben ik wel voor zelfsturende teams, maar daar zijn wel wat voorwaarden voor nodig. Als je zelfsturend bent heb je uren nodig om de financiën inzichtelijk te maken en de bevoegdheid om hier als team zelf keuzes in te maken. De uren krijg je niet en de bevoegdheid ook niet. In feite betekent ‘zelfsturende teams’: “hier heb je een zakje met geld, doe er wat nuttigs mee en zoek het vooral zelf uit. Val geen manager lastig die voortdurend naar allerlei externe bijeenkomsten en meetings moet. “

    • “Hun zaakjes onderling
      “Hun zaakjes onderling regelen” was niet zo helder geformuleerd door mij. Ik veronderstel dat er middelen beschikbaar zijn en dat de docenten de ruimte krijgen het onderwijs vorm te geven op basis van hun eigen inzichten en ervaring, uiteraard binnen gestelde kaders. Daarvoor is teamvorming nodig, zijn uren nodig etc. Mijn ervaring in het verleden was dat dit werkte. Totdat het team ineens werd opgeheven.

  2. Zelfsturende teams, een onderzoek
    Frans Smetsers is op 26 februari 2007 gepromoveerd op het onderzoek ‘Samenwerken in teams, een vanzelfsprekendheid? Een onderzoek naar condities die het samenwerken van professionals in teams beïnvloeden’, lees verder…. Zeer de moeite waard!

    • Onderzoek “Samenwerken in teams”
      Bedankt voor de tip. Ik heb de samenvatting gelezen. Het is een interessant stuk dat tot verder nadenken stemt over de realisering van wat Van Delhoof zo mooi “professionaliteit in gezamenlijkheid” noemt. Dat dit niet vanzelfsprekend is laat het onderzoek goed zien. De condities voor realisering van betere samenwerking, die in het onderzoek betrokken zijn, zijn zeker relevant. Aanbevelenswaardig voor iedereen in Beter Onderwijs Nederland en daarbuiten die zich door deze problematiek voelt aangesproken.

      • Samenwerken in teams
        Leesvoer voor iedere docent. Het laat zien dat je samenwerken moet leren en dat het moet worden begeleid. Vandaar ook dat samenwerkend leren in het onderwijs belangrijk is, leerlingen kunnen niet vroeg genoeg leren hoe ze met anderen moeten samenwerken en gezamenlijk verantwoordelijk kunnen zijn. Hoe ze zich in een bepaalde rol moeten voegen en soms een andere rol moeten aannemen. Dat je moet kunnen samenwerken met anderen, ook met die leerlingen die niet tot je vriendenkring behoren. Dat kan door docenten alleen goed worden begeleid als zij daarbij de juiste spelregels hanteren en de theorie (didactiek) beheersen. Meer hierover in “Samenwerkend leren” van Ebbens en Ettekoven. ISBN 90-01-30750-7

        • Dit boek hoort al sinds jaar en dag
          tot de verplichte literatuur op de lerarenopleidingen. Overigens vind ik de nadruk op al die sociale vaardigheden sterk overdreven. Leerlingen kunnen ook niet vroeg genoeg leren dat ze hun huiswerk echt zorgvuldig moeten maken en dus goed moeten plannen. Eerlijk gezegd vind ik dat veel belangrijker. Tenslotte hebben ze op de basisscholen ook al die tijd al in groepjes gewerkt. ALs ze dat dan nog niet kunnen tegen de tijd dat ze op het VO komen, zie ik het somber voor ze in.

          • Op steeds meer basisscholen
            wordt steeds minder in groepjes gewerkt.
            Kunnen ze niet. Ruzie.
            Sociale vaardigheden worden minder, egootjes groter.

          • Uit ervaring,
            weet ik dat de zwakste leerlingen, het hardst roepen om te mogen “samenwerken”.

        • @samenwerken in teams
          Meer hierover: Drogredenen (op deze site), drogreden nr. 19: leer ze communiceren en samenwerken.

        • Niet meerdere doelen in één keer aanleren en beoordelen
          Hoewel ik vind dat het verwerven van kennis dat allerbelangrijkste taak van het onderwijs is, kan het mooi meegenomen zijn als je ook sociale vaardigheden leert als samenwerken, organiseren etc.
          Waar ik stevig bezwaar tegen heb is het verwarren van meerdere onderwijsdoelen zoals: kennis vergaren op het gebied van literatuur uit de 18e eeuw én samenwerken. Een werkstuk over de literatuur van de 18e eeuw moet op zijn inhoud en de prestatie van de betreffende persoon worden beoordeeld. Doordat dit soort werkstukken altijd in groepjes gemaakt moet worden blijft onhelder of een slecht cijfer een slecht cijfer is voor het werkstuk óf voor de samenwerking. Een van de eerste lessen van de goede onderwijskunde is éénduidigheid over het doel van het onderwijs en de beoordeling daarvan. Bij die ellendige werkstukken is dat onmogelijk.
          Naast mijn onderwijskundige bezwaren heb ik persoonlijk ook veel negatieve ervaringen met dat gesamenwerk meegemaakt, zowel als docent als bij mijn kinderen. Mijn kinderen zijn nogal perfectionistisch. Dat betekent dat ze bij falende klasgenoten uit hun samenwerkingsgroepje óf een slecht cijfer riskeren, óf zelf tot laat in de nacht aan het verbeteren slaan van andermans prutswerk.
          Het ergste wat ik meemaakte is een ervaring van iemand die geneeskunde studeert. Een groepswerkopdracht (competentiegericht onderwijs!!!) had een verkéérde uitkomst opgeleverd…….. Omdat de betreffende begeleider niet een terzake kundig vakmens was kon dit gewoon passeren. Gelukkig was er een andere student die de fout opmerkte, maar dat hoeft helemaal niet altijd zo te gaan, want door die fijne samenwerking houdt ieder zich met een ander stukje bezig. Lekker om zo’n dokter te krijgen later!

          • Eindexamenklassen
            Dat vind ik dan nog het voordeel van werken in de eindexamenklassen: er wordt ’n individuele prestatie gevraagd. Soms zie ik gezamenlijk gemaakte werkstukken van andere scholen voorbij komen (als afronding van een SE) maar volgens mij mág dat helemaal niet (behalve met het pws). Navraag door ons bij de inspectie leerde dat gezamenlijk gemaakt SE-werk niet door de beugel kon. Ergo: werkstukken en po’s zijn in mijn (eindexamen)klassen nóóit groepswerk.

            Dat het wat betreft nakijktijd, begeleiding etc niet voordelig is voor ’n docent om samenwerken uit te bannen, is ’n ander verhaal.

          • Selectie van leerdoelen
            Je kan wel leerdoelen combineren, maar je moet van tevoren wel bedenken wat daarvan de opbrengst is.
            Ik kom nog even terug op de spelregels bij samenwerkend leren, want als een docent die niet hanteert dan loopt het inderdaad fout. Het is natuurlijk niet de bedoeling dat andere leerlingen kunnen meeliften. Door de opdracht zo te formuleren dat iedereen een eigen verantwoordelijkheid heeft en een eigen product of deelproduct moet maken (en dat ook zelf moet verdedigen), voorkom je dat een dominante of perfectionistische leerling al het werk op zich neemt of het prutswerk van anderen gaat zitten verbeteren. Bij een goed doordachte opdracht doet inderdaad iedereen ‘een stukje’, maar al die stukjes passen als een puzzel in elkaar. De opdrachten in methodes waarbij leerlingen moeten samenwerken zitten helaas niet zo doordacht in elkaar. Samen een werkstuk maken? Alleen als daarbij de deelproducten apart worden becijferd, zodat inderdaad leerling A niet het slachtoffer wordt van haastwerk of knip- en plakwerk van leerling C. Goede en slimme opdrachten bedenken is een kunst, maar valt te leren.
            Als een docent vooraf bepaald wat de leerdoelen zijn, kan vervolgens worden bekeken welke werkvorm bij uitstek geschikt is. Sommige leerdoelen lenen zich beter voor individueel leren, andere leerdoelen zijn meer geschikt voor duo’s of groepjes.
            Voor leerlingen is variatie welkom, de een vindt zelfstandig werken prettig en de ander werkt liever met anderen samen. Leerlingen moeten het allebei kunnen. Docenten moeten het allebei kunnen aanleren en begeleiden.
            En dat voorbeeld van competentiegericht onderwijs bij geneeskunde: alle vormen van onderwijs vragen om deskundige docenten en begeleiders. Misschien nog een geluk dat hier geen sprake was van individueel leren, dan zou er namelijk niemand zijn geweest die de fout had opgemerkt?

          • Leerdoelen NIET combineren
            Ik vind het onverantwoord om leerdoelen te combineren. Als ik leerlingen het samenwerken wil aanleren, dan ga je na welke kennis en welke vaardigheden je daarvoor moet hebben. Die leer je aan en bedenkt waar de problemen in zouden kunnen schuilen. Als afsluiting daarvan kun je een samenwerkingsopdracht geven, waarbij inderdaad de samenwerking beoordeeld wordt. Daar moeten dan in gedrag waarneembare kriteria voor zijn.
            Het is onprofessioneel om het samenwerken even ‘mee’ te beoordelen bij de beoordeling van een product met een inhoudelijk thema. De dimensies ‘samenwerken’ en de inhoud zitten elkaar dan gewoon in de weg. De resultaten van de één beïnvloeden de resultaten van het ander.

          • leerdoelen combineren
            En dan te bedenken dat er in het competentiegericht onderwijs haast niets anders gebeurt dan leerdoelen combineren…

          • ieder een eigen stukje…
            Een werkstuk waarin elke leerling zijn/haar eigen stukje inbrengt is m.i. nauwelijks een werkstuk dat samenwerkng aantoont. Wat is de meerwaarde van het samenwerken boven het alleen werken en alleen beoordeeld worden van de verschillende onderdelen?

            Daarbij komt is samenwerken in een werksituatie op veel manieren zeer verschillend met samenwerken aan een school project/product. Het schoolproduct maak je als leerling om er zelf iets van te leren. In een werksituatie maak je iets tbv het bedrijf waar je voor werkt.
            Ook de hierarchische verhoudingen zijn anders. Maak je met collega’s samen een product voor je bedrijf, dan is er een baas die knopen kan doorhakken en maatregelen kan nemen als de samenwerking niet goed loopt. In een schoolsituatie ligt dat anders Zal de docent dan een leerling uit de samenwerking halen? De consequenties daarvan zijn fiks.. Moet de niet goed samenwerkende leerling nog een tweede kans krijgen? In een andere samenwerkingsopdracht? Wanneer moet dat? Welk onderwerp? Moet die dat dan weer met ander leerlingen samen doen, of juist alleen? Welke andere leerlingen zijn dan “de lul”?
            Kortom: samenwerken in een schoolsituatie is veel complexer dan samenwerken in een bedrijfssituatie. Daar leren de kinderen het veel sneller en beter dan op school. Samenwerken leren kan ook erg goed op het voetbalveld, op straat met vriemdjes, in het gezin op vakantie met broers en zusjes. Allemaal situaties waar samenwerken niet alleen logisch is, maar zelfs verplicht en waar het op ene heel natuurlijke manier aangeleerd kan worden. En dan zouden wij dat als belangrijk puntbinnen het onderwijs moeten meenemen. In die reletief weinige tijd die er voor onderwijs is. Bijzonder inefficient allemaal.
            Laten we schooltijd besteden aan zaken die je het beste op school kunt leren en thuistijd (voetbaltijd, vakantietijd, speeltijd etc) aan dingen die je het beste buiten school kunt leren.

  3. samenwerken
    Leuk, dat mijn bijdrage zo veel reakties heeft opgeroepen. Ook wel opmerkelijk is dat terwijl het onderwerp oorspronkelijk samenwerking van docenten in zelfsturende teams met wat mij betreft grote , eigen bevoegdheden betrof, de discussie geheel is verschoven naar samenwerking tussen leerlingen/studenten, groepswerkstukken, projecten, groepsbeoordeling etc. Ook ik herken uit eigen ervaring alle kritiek die je daarop kunt hebben en dat je derhalve hiermee zeer kritisch en selectief moet omgaan. Daarbij komt het bij gezamenlijke opdrachten ook aan op het maken van goede afspraken, duidelijke en valide criteria waaraan vastgehouden wordt en het signaleren van bijv. liftersgedrag. Dit vereist weer een goede samenwerking in het docententeam en zo ben ik toch weer terug bij mijn onderwerp.

  4. Zelfsturend wordt zelfverantwoordelijk
    Ik ken een school waar de managers de naam zelfsturend ijlings veranderd hebben in zelfverantwoordelijk, toen docenten op het idee kwamen dat ze nu meer te vertellen zouden hebben. En het aantal lagen in de hiërarchie is alleen maar toegenomen: centrale directie – locatiedirecteur – opleidingscoördinator – teamvoorzitter – docent. Onnodig te vermelden dat een zelfverantwoordelijk team wel op resultaten kan worden afgerekend, maar geen middelen heeft om zelfstandig te besteden.

    • past in de lijn
      Een veelgebruikte truc. Van inspanningsverplichting tot resultaatverplichting.
      Maar zonder de juiste faciliteiten en macht is resultaatverplichting niets anders dan stukgoedbetaling.

      Maar het klinkt modern: wie kan er nou op tege zijn dat je als “professional” zelf verantwoordelijk bent.

      Het is me vaak genoeg gezegd, maar als ik dan over randvoorwaarden begon, werd het verrassend stil.

      • Verantwoordelijkheden en bevoegdheden
        Als je zulke zware verantwoordelijkheden krijgt behoren daar uitgebreide bevoegdheden bij (ook qua bestedingsmogelijkheden). Die worden niet gegeven, dus menen ze het niet echt.

Reacties zijn gesloten.