8 Reacties

  1. over poezie durf ik niet veel te zeggen…
    ..maar dat wiskunde toepasbaar zou moeten zijn is onzin. De mooiste, de belangrijkste wiskunde is nooit ontwikkeld omdat het ergens toepasbaar diende te zijn. Toch blijkt een deel van die wiskunde op verrassend veel gebieden plotseling belangrijk.
    Verzamelingenleer is een noodzakelijk fundament voor het beschrijven van talen, in het bijzonder voor het beschrijven van kunstmatige talen. Die kennis wordt gebruikt voor programmeertalen. En die hebben nut. Bij het ontwikkelen van de verzamelingenleer en de logica had nog niemand ooit van een computer gehoord.
    Overigens geldt dit voor alle fundamentele wetenschap. Fundamentele wetenschap vormt het fundament onder onze kennis en zorgt op die manier voor de bouwstenen van de wereld. Die bouwstenen worden niet ontworpen omdat men direct zicht heeft op toepassing X of Y. We weten van te voren niet welke bouwsteen wanneer waar gebruikt zal worden.
    Het ergste wat er kan gebeuren (en dat is al gebeurd) is dat allerlei managers projectaanvragen van wetenschappers vragen en beoordelen waarbij de toepasbaarheid centraal staat. Dat zorgt ervoor dat juist de fundamentele kennis geen stap verder komt. Dat zorgt er ook voor dat de uitkomsten van dat wetenschappelijk onderzoek bepaalde ideeën of voorkeuren ondersteunen en dat het wel eens belangrijk zou kunnen zijn om de uitkomst van “wetenschappelijk” onderzoek in lijn te laten zijn met de wensen van de opdrachtgever.
    Verder is er naast het resultaat van de wiskunde ook nog de wiskundige activiteit. Het doen van wiskunde, van abstracte, zuivere wiskunde, is buitengewoon heilzaam voor het leren denken, argumenteren en formuleren van de beoefenaar.
    Tenslotte: moet muziek toepasbaar zijn? Moet schilderkunst toepasbaar zijn? Moet geschiedeniskennis toepasbaar zijn? Mag ik “van de zee” van Wilem Kloos 100 keer lezen, of ben ik gebonden aan de cursus “autoonderhoud voor dummies”
    Correctie: ik durf nu ook wat te zeggen over poëzie: “Poezië hoeft helemaal niet te rijmen!!

    • Newton
      Ik heb ooit gehoord dat Newton de infinitesimaalrekening ontwikkelde omdat hij vastliep bij de natuurkunde. Maar als dat zo is gaat het hier om de uitzondering die bevestigt dat je met wiskunde beter vooruit kunt lopen op eventuele toepassingen.

      • Leibniz
        De infinitesimaalrekening is onafhankelijk van en gelijktijdig met Newton ook door Leibniz ontwikkeld; Leibniz had niets met mechanica.
        Kansrekening werd ontwikkeld i.v.m. problemen bij kansspelen.

        Beiden komt voor: soms moet de wiskunde ontwikkeld (of verdiept) worden omdat er behoeft aan is, soms is de wiskunde er al.

    • ondertoon
      Toevallig ken ik Jos van den Einde wat beter. Hij was tijdens het schrijven van zijn tekst overtuigd van het feit dat de lezers zijn sarcasme zouden oppikken.

      • dat krijg je er van…
        Je hoort zoveel onzin tegenwoordig dat alle sacrasme daarbij verbleekt…. 😉

        • Voor zover ik iets van Cantor weet
          Voor zover ik iets van Cantors wiskunde begrijp, zie ik dat Doekle deze ideeen praktisch toepast: sommige mensen moeten niet rekenen op zijn (Doekles) eindeloze sympathie. Volgens mij betekent dat, in de Hilbertschool, dat je gedurende een mensenleven niets hoeft te vrezen. -Het is waar: alle wiskunde heeft een practische toepassing.

          Nog zo een: al geef je Doekle, de baas van de Hilbertschool, een oneindig grote somme geld, dan heeft hij nog niet genoeg. De man rekent in oneindigheid, hij is megalomaan.

    • wiskunde staalt wiskunde
      Beste D-Day
      Dat van die heilzame werking van wiskundige activiteit klopt niet.
      Ik citeer p. 4 van Traditioneel versus PGO; zie m’n blog, att. bij Bestrijdt het leed …
      “Behalve de bovengenoemde traditionele transfer moet een tweede variant worden genoemd. De opvatting dat er transfer is tussen een formele vakdiscipline en de mentale discipline gaat in ononderbroken lijn terug naar Plato. Onder het motto: ‘het maakt niet uit wat ze leren, als het maar moeilijk is’, is men overtuigd van het nut van vakken als wiskunde en latijn. Deze zouden de ‘intellectuele spieren’ versterken van het denken, van het geheugen, het argumenteren, de wil en van de andere mentale faculteiten en hiervan zou op haar beurt de studie van alle andere vakken profiteren. Deze transfer gebruikt geen gemeenschappelijke identieke elementen en -om kort te gaan- bestaat dan ook niet. De mentale spierversterkende werking van moeilijke vakken is in ieder geval voor de huidige schoolpopulaties niet of in verwaarloosbare mate aangetoond (voor een samenvatting van de onderzoeksliteratuur hierover: Kolesnik, 1958, hoofdstuk III). Wiskunde staalt ons brein voor niets anders dan wiskunde, een inzicht dat we overigens al bij Locke en Herbart aantreffen. Een schaakmeester is geen betere manager, hoewel het strategisch kunnen denken in beide disciplines belangrijk is. Het uit het hoofd leren van gedichten traint het geheugen niet voor iets anders, zelfs niet, of verwaarloosbaar, voor andere gedichten. Geheugentrainingen zijn zinloos.”
      willem smit

Reacties zijn gesloten.