Vanavond in de tuin gegeten van een vermaard kunstenaarsgenootschap en heerlijk gepraat met een kennis en oud-gymnasiast die zijn sporen verdiend heeft in de toneelwereld en vanzelfsprekend prachtige herinneringen opgehaald aan onze gymnasiumtijd, waarin we drie Latijnse en drie Griekse schrijvers voor ons eindexamen lazen, Vergilius, Livius, Seneca en Herodotus, Plato en Homerus, na al in eerdere jaren met Caesar en natuurlijk Ovidius kennis gemaakt te hebben.
Thuis gekomen het artikel van Maarten Huygen in het NRC/Handelsblad gelezen, hoe met zwakke prestaties in de klassieke talen het gymnasium geen bestaansrecht meer heeft.
Steeds meer gymnasiasten verwaarlozen Grieks en Latijn, want ze vinden het saai, ontdekte hij. Dat artikel viel niet mee.
Voor kinderen die voor het gymnasium zijn uitgeloot, is het een schrale troost. Op gymnasiumafdelingen van scholengemeenschappen zijn de klassen voor Latijn en Grieks meestal kleiner. Een lesgroepje van vijftien leerlingen is daar niet ongewoon. De ongemotiveerde leerlingen vallen daar namelijk gewoon af en doen vervolgens het atheneum. Maar leerlingen op één van de 37 zelfstandige gymnasia in het land moeten minstens één klassieke taal (lees ik het goed?) met zich meeslepen tot aan het eindexamen. Anders moeten ze naar een andere school en dat willen ze niet.
Dat er weinig animo is voor de klassieke talen blijkt uit de resultaten. Op ruim de helft van de zelfstandige gymnasia ligt het gemiddelde cijfer voor Latijn op het centrale eindexamen onder de zes. Bij de kleinere groep die Grieks doet, ligt het gemiddelde iets hoger (inspectierapport).
Latijn en Grieks zijn nu eenmaal veel minder populair dan het gymnasium zelf.
Terwijl ouders voor de poort liggen en korte gedingen aanspannen om hun kinderen toegelaten te krijgen, is de klassieke kern van de opleiding aangetast. Het gaat dit gretige publiek om de beste school van de streek en het lijkt minder uit te maken welke vakken er worden gegeven.
Jessica K., derdeklasser van het Stedelijk gymnasium in Hilversum, is slechts één van de twee van de 170 leerlingen die volgend jaar in de vierde klas zowel Grieks en Latijn willen gaan doen. De rest laat één van de twee vakken vallen. ‘Saai, saai, saai’, is het oordeel van de meesten. (Overigens is dat op het bekende Haagse gymnasium Haganum beduidend anders).
Maarten Huygen: Als ouder en als ex-leerling kan ik de run op die school wel begrijpen. Gymnasia zijn bolwerken tegen onderwijsvervlakking geworden, vestigingen tegen de jarenlange politieke stormloop op alles wat zich wilde verheffen. Scholen van bescheiden afmetingen die stand hielden tussen samenklonterende molochs die in de naam van marktwerking zoveel mogelijk keuzemogelijkheden voor ouders en kinderen in het onderwijs wilden uitsluiten. Gymnasiasten zijn meer gemotiveerd dan gemiddeld en halen hogere cijfers dan andere vwo’ers. Het is wel waar dat gymnasia met hun culturele eisen het minder goed doen onder recent gearriveerde etnische minderheden, maar dat mag geen reden zijn om die eisen dan maar overboord te kieperen.
Helaas komen juist de specifieke gymnasiumvakken in gevaar. De topscholen die door jaren actievoeren van ouders en leraren tegen de politieke tegenwind in zijn behouden en zelfs groeien, lijken nu hun eigenlijke reden van bestaan te verliezen. Bij de laatste onderwijshervorming hebben scholen heel wat uren Grieks en Latijn geschrapt. Sommige rectoren zeggen dat klassieke talen niet meer tot de ‘core business’ van het gymnasium behoren. Daar zit geen woord Latijn bij.
Op de afdeling klassieke talen van de site slo.nl is veel te vinden over het gymnasiumprobleem. De analyses, die ik las, ontsporen niet in de gebruikelijke onderwijskundige woordenbrij. De auteurs zijn stuk voor stuk classici en hun taalgebruik is verzorgd en helder. Dat is een ander voordeel van het gymnasium: Grieks en Latijn worden nog weleens gegeven door gedreven, begaafde academici die een band hebben met de universiteit. Bij de andere vakken komt dat steeds minder voor.
Er zijn veel suggesties om de lessen leuker en lichter te maken met varianten op het Nieuwe Leren. Leerlingen mogen dan zelf hun teksten uitkiezen, ook al hebben ze geen idee waar het over gaat. Het is veel werk voor de leraren die zich in al die verschillende teksten moeten inwerken. Sommigen willen het centraal schriftelijk examen afschaffen. Anderen willen het Latijn en Grieks helemaal laten zitten en omzetten in klassieke kunst en culturele vorming. Dan wordt het gymnasium niet moeilijker dan het atheneum.
Mannus Goris, die voor het SLO vele prachtige rapporten over het onderwijs in de klassiek talen heeft geschreven, noemt drie redenen waarom de klassieke talen belangrijk zijn: inzicht in het systeem van een moeilijke taal, de omgang met antieke teksten en kennismaking met de bronnen van de westerse beschaving. Ik zou hier nog een voordeel aan willen toevoegen: dat je ook helder kunt antwoorden zonder simpel ‘ja’ of ‘nee’ te zeggen. Goede klassieke teksten bouwen kennis op die het mogelijk maken om te kiezen in de dagelijkse aanstormende gigabites. Ik denk aan mijn vroegere leraar Latijn die was begiftigd met een rijke Vlaamse woordenschat. Hij sprak van de ‘waaier‘ van betekenissen die je bij elk Latijns woord voor je moet zien.
Als leerlingen er zoveel voor over hebben om op het gymnasium te komen, dan moet ook wat van hun kunnen worden gevraagd om er te blijven.
Het is een mythe dat de moderne leerling alleen met plaatjes en amusement kan worden gemotiveerd. Kijk eens naar het Belgische of Japanse middelbaar onderwijs.
Zonder gedegen onderricht in de klassieke talen heeft het gymnasium geen bestaansrecht meer.
Chapeau, Maarten!
Ontbreken van Zefstandige Athenea gevaar voor de ZG
Dat er op de Zelfstandige Gymnasia weinig animo is voor de klassieke talen is begrijpelijk. Het niveau waarop de lessen gegeven worden is voor alle vakken, behalve de klassieke talen, op zo’n Gymnasium al vanaf de eerste klas hoger dan op het VWO van een scholengemeenschap. Leerlingen van Zelfstandige Gymnasia zijn gelecteerd op hun duidelijke geschiktheid voor VWO. Die hebben dan ook liever van het begin af aan les op VWO-niveau. De leerlingen hebben wel voor een uitdaging gekozen maar niet speciaal voor Latijn en Grieks. Er moeten daarom ook Zelfstandige Athenea komen waarop voor alle niet-Gymnasiumvakken dezelfde hoge eisen gesteld worden als op een zelfstandig Gymnasium. Dat is beter voor de leerlingen die Latijn en Grieks als ballast beschouwen maar ook voor de Zelfstandige Gymnasia. Leerlingen moeten van de lessen in de klassieke talen kunnen genieten en daarom moet aan leerlingen die die talen saai vinden het Gymnasium ontraden worden.
Als er naast de Zelfstandige Gymnasia geen veeleisende Zelfstandige Athenea komen neemt de druk om het onderwijs in die vakken te marginaliseren toe. Plannen om de lessen in Latijn en Grieks lichter en “leuker’ te maken moeten in een la blijven zolang er nog leerlingen zijn die bereid zijn om voor deze vakken enthousiast zware pensa te torsen.
Seger Weehuizen
Hoe kom ik over Maastricht in Groningen….
Waarom zo ingewikkeld, Seger?
Gewoon het gewicht van Grieks en Latijn handhaven.
Daar hoef je toch niet andere schooltypen mee lastig te vallen?
Algemener
Wat Seger hier zegt geldt algemener voor het gehele onderwijs. De daling van het onderwijspeil op elk niveau dwingt mensen ertoe zo hoog mogelijk in te zetten. Wat betreft het VO: Atheneïsten volgen gymnasium, havisten atheneum en vmbo’ers wringen zich in bochten voor een havo-papiertje.
Het onderwijspeil moet daarom over de gehele linie omhoog. Mensen kunnen dan weer onderwijs volgen dat bij hen past en een zekere trots ontlenen aan hun diploma.
Een diploma moet wat kosten…
…en is daardoor ook wat waard.
Geen gesjoemel met niveauverlaging bij het centraal schriftelijk meer en strenge eisen stellen, door de overheid bepaald.
Dat vraagt wel om een algehele mentaliteitsverandering in alle geledingen van de samenleving.
Daar wordt de mens ook gelukkiger van.
Dat hebben we overigens in eigen hand, te beginnen in de eigen klas.
niveaudaling
Voor 2 van mijn drie jongste kinderen heb ik op de basisschool gevraagd of ze een klas mochten overslaan. Mijn argument daarvoor was dat de kinderen tegenwoordig op de basisschool veel minder leren dan vroeger op de lagers school en dat ze daarom de basisschool in kortere tijd zouden moeten kunnen doorlopen. Geen van de betrokken directeuren heeft de correctheid van dit argument bestreden. Hooguit de validiteit. Ik heb daardoor gelukkig uiteindelijk mijn zin gekregen.
Seger Weehuizen
Hoeveel
oudste kinderen heb je eigenlijk Seger? Voorzover je weet?
Herinnering….
…aan de tijd dat ik zes jaar was (ja, dat kan).
Stond s’morgens om half acht bij de bushalte in de sneeuw en vroeg me af waarom we eigenlijk naar school moesten in plaats van te mogen spelen in de sneeuw en concludeerde – als jongetje van zes – dat dat zeker was om ons van de straat te houden.
Nu ja, ik kan mij niet herinneren op de lagere school iets geleerd te hebben, behalve de eindloze staartdelingen, die maar niet wilden uitkomen, en zo moeilijk waren ze toch niet.
Heb tóch geen klas overgeslagen, maar me ook niet echt verveeld.