Realistisch rekenen bij verkeer en waterstaat

Het is een noest stukje wetswijziging over watermanagement dat werd aangetroffen tussen de hamerstukken van donderdag 27 november 2008.

Via een STORA-rapport uit 1984 weten we dat in Nederland per persoon en per etmaal een hoeveelheid vervuiling het riool bereikt dat door inzet van 136 g zuurstof, de vervuilingseenheid, kan worden afgebroken. Voor een gedetailleerde opsomming van de troep: duik in het rapport.

Lees onder Artikel II, onderdeel C van de nota 31515 nr. 7 hoe nu 365 x 136 g naar 365 x 150 g per persoon per jaar gaat…

De leden van de VVD-fractie menen dat de voorgestelde tariefsverhoging voor de verontreiningsheffing van het Rijk van € 31,76 tot € 35,50 een lastenverzwaring betekent ter zake van het lozen van reeds gezuiverd water door bedrijven en waterschappen. Zij vragen welke maatregelen uit de opbrengst van de verontreinigingsheffing (6 mln euro) worden betaald, in hoeverre deze zijn gericht op het bestrijden van de gevolgen van het lozen van reeds gezuiverd water en welk onderdeel van de verhoging inflatiecorrectie betreft.

Het tarief van de rijksheffing bedraagt sinds 2001 € 31,76 per vervuilingseenheid (v.e). De verhoging tot € 35,50 per v.e. is nodig, omdat door de Wet modernisering waterschapsbestel de maatstaf voor zuurstofbindende stoffen is gewijzigd. Per 1 januari 2009 vertegenwoordigt een vervuilingseenheid voor zuurstofverbruik niet meer 49,6 kilogram zuurstof per jaar, maar 54,8 kilogram zuurstof per jaar. Een v.e. vertegenwoordigt daardoor ca 10,5% meer zuurstofverbruik dan nu. Als gevolg daarvan neemt bij een gelijkblijvende hoeveelheid geloosde zuurstofbindende stoffen het totale aantal geloosde v.e. op rijkswateren omgekeerd evenredig af. Om te bewerkstelligen dat de inkomsten voor het Rijk gelijk blijven, moet het tarief dus met 10,5% stijgen. De voorgestelde verhoging bedraagt 11,8 %. De inflatiecorrectie bedraagt dus 1,3%.

Voor bedrijven en waterschappen neemt bij een zelfde hoeveelheid geloosde stoffen door de wijziging van de maatstaf voor zuurstofverbruik het aantal v.e. dat zij lozen omgekeerd evenredig af. Door de voorgestelde tariefsverhoging stijgt de belastingdruk per saldo met de inflatiecorrectie. Op de inkomsten van de waterschappen heeft de voorgestelde verhoging van het tarief van de rijksheffing geen effect.

Als ik alles goed begrepen heb zal mijn volgende waterschapsheffingenaanslag geen 3.000 ve maar 2.715 ve bedragen. Inhoudelijk niet bepaald van ondergeschikte aard!