Regelmatig zoek ik naar een eenvoudig beeld om een ingewikkelde toestand helder te maken. Dat kan het gevolg zijn van het feit dat ik jarenlang hebt moeten afdalen naar allerlei basisbeginselen die de gemiddelde volwassene allang vergeten is: weet u nog hoe u moest leren waar het ‘stokje’ van de letter ‘d’ hoorde?
Nieuw Leren is nog steeds het ideaal van de beleidsmakers, zo lijkt het. De Samenwerkingsverbanden WSNS hebben nog steeds ‘passend’ onderwijs als ideaal. Dat ideaal maakt deel uit van het nieuwe leren.
Ik wil nieuw en oud leren vergelijken met het lezen van de krant. Wie een krant leest neemt informatie tot zich. Vraagt iemand u nu wat u gisteren in de krant hebt gelezen, moet u hem/haar waarschijnlijk het antwoord schuldig blijven. U heeft aan nieuw leren gedaan: u was intrinsiek gemotiveerd, maar er is verder weinig blijven hangen.
Als u nu weet dat morgen weer iemand aan u zal vragen wat u vandaag in de krant las, zult u de krant heel anders gaan lezen. U leest bewuster, leest nog eens, onthoudt koppen enz.
Want u weet dat u ‘overhoord’ gaat worden. U spant zich nog meer in als u weet dat de overhoring belangrijk is voor een promotie o.i.d. Nu heeft u aan ‘oud’ leren gedaan. Dat oude leren bracht u tot meer inspanning en verzuchtingen. Maar daarna wist u meer dan bij het ‘nieuwe’ leren van die krant.
Is zo’n versimpeling geldig? Gezien het feit dat vernieuwers ons doodgooien met versimpelde beelden (gelijke kansen voor iedereen), lijkt me een versimpeld beeld als tegenreactie hier bijzonder nuttig.
Dicht bij huis de beste voorbeelden
Uitstekend voorbeeld, Moby. Als doorgewinterde leraar weet je blijkbaar kinderen iets ingewikkelds uit te leggen aan de hand van het dichtbije. Als iets zo ingewikkeld ligt als dat nieuwe en oude leren, komt die werkwijze goed van pas. Ook voor volwassenen! Je voorbeeld lijkt me in lezingen e.d. zeer bruikbaar.
Ik heb me ooit bezig gehouden met het onderzoek naar het gebruik van metaforen c.q. vergelijkingen in het onderwijs, zoals jij met die krant. Waar dat onderzoek op struikelt is gebrek aan inzicht bij het kiezen van de juiste metaforen. Daar zijn theorieën over (zoals: hoe groter het aantal overeenkomsten tussen het onderwerp en het beeld, hoe beter de werking van de metafoor). Maar het kiezen ervan blijft voorbehouden aan mensen die een speciaal soort eigen inzicht meebrengen om levendigheid en herkenbaarheid optimaal te krijgen. Om die reden (eigenlijk van kunstzinnigheid, lijkt mij) is dat onderzoek vastgelopen in onbruikbare abstracties. Talent is niet meetbaar en moeilijk stuurbaar.
Wat bij jouw voorbeeld met die krant zo leuk is, is het leggen van een relatie tussen oud en nieuw leren. Het bijt elkaar niet, mits je de kenmerken in de gaten houdt. Dat dat oude leren in het onderwijs het meeste van beide thuishoort is wat mij betreft een uitgemaakte zaak. Je wilt daar immers “iets aan overhouden”!
Versimpeling
Moby,
De versimpeling is niet geldig, helaas.
In een vreemde stad je auto achterlaten op een grote parkeerplaats doe je ook anders dan wanneer je parkeert bij je plaatselijke grootgrutter. Je wilt hem tenslotte wel terug kunnen vinden.
Ik zou willen dat de leerpsychologie in een paar vlotte metaforen is samen te vatten, maar ik ben bang dat niet gaat lukken.
Er is een uitgebreide literatuur over het incidenteel leren van toch tamelijk ingewikkelde rekenmethoden, bijvoorbeeld door kleine straatventertjes in Brazilië, in contrast met schoolsituaties waarin diezelfde straatventerjes vergelijkbare sommen niet kunnen maken. Je weet, onder andere uit het Freudenthalexperiment met wat ‘realistisch rekenen’ is gaan heten, dat het niet altijd geweldig goed gaat met het overbruggen van de kloof tussen schools leren — rekenen, maar ongetwijfeld ook taal — en die kennis in het naschoolse leven dan ook gebruiken.
Je pleidooi om bewuster te leven is interessant. Er zijn gradaties in bewustzijn: wakker zijn, dagdromen, diepe slaap. Maar dat is niet wat je bedoelt. Maar hoe kan een leerling, of een leerkracht, bewuster zijn dan bewust? Het heeft iets weg van een neoliberale filosofie, dat de mens prikkels nodig heeft om in beweging te komen, en dus bijkans doodgeprikkeld moet worden om er tempo in te jagen (Japans onderwijs heeft hier trekjes van, evenals het Japanse bedrijfsleven).
Ik vermoed dat je bedoelt dat onderwijs structuur moet hebben. Dat ben ik helemaal met je eens. No-nonsense. Prima. Wel af en toe even ontspannen, natuurlijk. En een structuur die er niet alleen is om de structuur, maar het resultaat is van een behoorlijk onderwijsontwerp.
Leren uit praktische noodzaak
Dit zijn voorbeelden die laten zien hoe praktische noodzakelijkheid leidt tot een motivatie om te leren.
Ik zal zoiets natuurlijk niet ontkennen. Het straatventertje leert waarschijnlijk beter te ‘overleven’ in de stadsjungle dan het kind dat theoretisch leerde in de klas.
Maar oud leren en nieuw leren gebeuren beide in het klaslokaal. Van veel leerstof is de directe praktische noodzaak niet erg duidelijk.
Het feit dat er een belangrijke overhoring gaat volgen, bouwt als het ware een praktische noodzaak in.
Hierdoor ontstaat er een direct zichtbaar belang, dat een goede motivatie kan zijn theorie grondiger tot zich te nemen.
De wereld zit nu eenmaal niet in een klaslokaal. De theoretische wereld wel.
Niets zo praktisch …
Moby schrijft: “De wereld zit nu eenmaal niet in een klaslokaal. De theoretische wereld wel.
En er is niets zo praktisch als een goede theorie 🙂
Belangrijke overhoring
Moby,
Een ‘belangrijke overhoring’ kan toch ook zijn dat de leerling iets moet (gaan) uitleggen aan een andere leerling?
Als ik een voordracht of een werkgroep moet voorbereiden dan krijg ik daar geen ‘belangrijke overhoring over’, maar ik zal mijn uiterste best erop doen omdat mijn gehoor niet wil teleurstellen (of voor mijn gehoor afgaan; het is maar net in welke gemoedstoestand je verkeert … )
Prachtig dat iedereen het erover eens is dat niets zo praktisch is als een goede theorie, ik sluit me daar vanzelfsprekend bij aan.
Uitleggen kan
Uitleggen kan als je in een grote klas voor iedereen zoveel tijd kunt vrijmaken. Wat niet het geval is.
Uitleggen kan alleen maar als je de stof eerst tot je hebt genomen. Daar moet je meestal gewoon voor lezen. Daar zit het vaak de crux.
Die behoefte om het gehoor niet teleur te stellen is er vaak niet. Integendeel: goed presteren, zéker voor de klas, is heel erg NIET COOL!
Kan het wel lukken
Hinke,
Zijn er docenten die het wel lukt?
Zijn er didactische werkvormen waarin het wél lukt?
productie
Uitleggen is een productie en geen verwervingsvorm. Ook geen geschikte toetsvorm trouwens.
Waar denk je aan bij die didactische werkvormen?