Ook het taalonderwijs kan beter

Was het onderwijs in de Nederlandse Taal ‘vroeger’ echt beter dan nu?
Hieronder een bewaard dictee voor de zesde klas lagere school, uit de zestiger jaren. Dit dictee diende geheel door de kinderen te worden opgeschreven; het was geen invuloefening.

1.De verspreide verzonnen berichten verontrustten verleden week vele mensen.
2. De krant meldde dat het examen werd uitgesteld tot na de vakantie.
3. Onze voetbalclub besteedt honderden guldens om het voetbalterrein te verbreden.
4. Het vergrote veld met de begroeiing er om heen vond men fantastisch mooi.
5. Door zijn zenuwachtigheid wende de jongen zich allerlei slechte gewoonten aan.
6. Op moederdag verrasten wij moeder met een fruitmand: perziken, abrikozen, sinaasappels en vijgen.
7. Moeder zei: ‘Ik watertand van al die lekkernijen.’
8. Telegrafisch berichtte men ons, dat het vertrek naar het Zuidlimburgse heuvelland was verdaagd tot achttien juli.
9. Ontzaglijke watermassa’s hebben op een februari de Zeeuwse polders overstroomd.
10. Velen snelden onmiddellijk naar de geteisterde streken om met de geschiktste middelen zoveel mogelijk slachtoffers te redden.

Zouden de achtste-groepers van nu zo’n dictee goed kunnen maken?

24 Reacties

    • Sterker nog,
      dat kunnen veel docenten binnen het vo en hoger ook niet meer, mees.
      Makkelijk scoren hier, terwijl de juffen en (nog) enkele meester binnen het basisonderwijs zich voor 200% inzetten, maar links en rechts, onder en boven, ingehaald worden door wsns, inclusief onderwijs, verzwarting en alsmaar groeiende werkdruk. Dat er daarnaast ook niet door de gemeenschap/politiek naar hen geluisterd wordt, verwoord Jeannet Meijs (BON bestuurslid) vandaag in het NRC. (Zoek de taalfout)

        • Jeannet Meijs verwoordt
          Ik ben het voor 100% eens met Jeannet Meijs; ze legt precies de vinger op de zere plek! Uitstekend verwoord door haar.
          Daarom begrijp ik dat ‘makkelijk scoren’, niet zo goed. Beschouw je de kritiek als een aanval? Maar dan val ik mijzelf ook aan, want ook ik heb het in de toenemende basisschoolgekte moeten zien te bolwerken.

  1. Met zo’n dictee in de achtste groep…
    …win je wel het nationaal dictee.
    Nu laten we de eer ieder jaar aan de Belgen.

    Nee, dat kunnen ze zeker niet meer.
    Ook mijn middelbare schoolleerlingen niet en ook mijn HBO-studenten niet.

    Maar goed taalonderricht begint met goed schrijfonderricht.
    Bij een verzorgd handschrift zie je de fouten sneller.

    En laat niemand zich verontschuldigen dat hij of zij dat niet kan, want oefening baart kunst. Ook voor Seger 🙂

    • Hals, die Vlamingen hebben
      Hals, die Vlamingen hebben steeds een goede afvaardiging voor het nationale dictee maar hierbij moet worden aangetekend dat Vlamingen enorm competitief zijn voor wedstrijd tegen Nederlanders. Ze vinden het maar wat mooi wanneer ze de Nederlander verslaan, vergelijkbaar met hoe mooi wij het vonden wanneer we met voetbal wonnen van Duitsland.
      De Vlamingen houden dan ook veel ‘qualificatiewedstrijden’ waaruit de afgevaardigden worden geselecteerd.

      De Vlaamse jeugd heeft tegenwoordig mogelijk een NOG slechtere taalvaardigheid dan de Nederlandse jeugd. Je wil niet weten wat voor teksten ik heb gelezen die zijn geschreven door Vlamingen. Ook in Vlaanderen daalt de kwaliteit van het onderwijs. zelfs de kwaliteit van het wiskundeonderwijs is de afgelopen 10 jaar gedaald volgens veel docenten en leerlingen (dit jaar hoorde ik het nog van een leerling die van een goede school komt), dit omdat het aantal lesuren op de meeste scholen is gedaald van 8 naar 6 maar ook omdat omdat de leraren meer het tempo moeten aanpassen aan de zwakste leerlingen en omdat ook daar de leerlingen op het V.O. vaak een grafisch rekenmachientje mogen gebruiken (afschaffen die dingen zolang mensen nog wiskunde moeten leren!).
      Ook in Vlaanderen lijken ze een aantal fouten te maken die wij in het verleden hebben gemaakt: schaalvergroting, minder gezag van de leraar in zijn eigen klas, meer werken met projecten…
      Sommige Vlamingen waarschuw ik hier voor: zo heb ik een student regentaat gewaarschuwd om niet naar de opleiders te luisteren wanneer ze zeggen dat “ze (de regentaat-studenten) zelf straks als leraar niet te veel moeten praten en dat ze vooral de leerlingen moeten laten praten. Het regentaat is daar de lerarenopleiding aan de hogeschool, helaas heeft het onderwijsvernieuwingsvirus ook die opleidingen geïnfecteerd.

      • Ook al in Vlaanderen?
        Ook al in Vlaanderen? Wat valt me dat bijzonder tegen! Het is alsof ik verneem dat de dominee nu ook de hoeren bezoekt.
        Wat een treurigheid alom.
        Soms denk ik dat Nederland tot een proeftuin is verklaard.
        Want wat zien we hier? Een structuur die alle onderwijsbesturen onder 1 groot superbestuur schijnt te willen scharen. Daarnaast een ontwikkeling die alle kinderen gedurende langere tijd in 1 groot schoolgebouw wil onderbrengen. Wel zo makkelijk voor de overheidscontrole natuurlijk, inzake het naleven van de volledige gelijkheid van elke mensch, zoals gewenst door de gelijkschakelende overheid!
        De Eurocraten schijnen mij zeer ingenomen met het Hollandse experiment.
        Want, als in andere landen dezelfde structuur wordt opgebouwd, hoeven Eurocraten slechts met 27 onderwijsbesturen te overleggen!
        Vandaar dat al die kleine zelfstandige bestuurseenheden dienden te worden opgenomen in een PO-raad, bijvoorbeeld!

        • Nieuwe baan voor DT?
          Was ik eerst een beetje down dat Doekle is gepasseerd voor alle lucratieve Europese baantjes die onlangs zijn uitgedeeld, nu koester ik weer hoop. Wie weet zien we binnenkort een zekere D. Terpstra terug als voorzitter van de HBO Raad van Europa.

        • Toelichting Vlaams onderwijs
          Misschien is het interessant om eens een woordje uitleg te geven over de Vlaamse structuur van het voortgezet onderwijs.

          Er zijn 3 niveaus:
          – BSO: dit is vergelijkbaar met de lage niveaus van het VMBO, de leerlingen krijgen hier nauwelijks theorieles en vooral praktijkles
          – TSO: dit kan het best vergeleken worden met een MBO-opleiding die op de middelbare school start. Afhankelijk van de opleiding krijgt de leerling in mindere (bakker) of meerdere (electriciën) mate theorie onderwezen en het is de bedoeling dat de leerling met nog 1 of 2 extra jaren klaar is voor de arbeidsmarkt terwijl verder studeren, en dan met name aan de hogeschool, eveneens een optie is.
          – ASO: dit is vergelijkbaar met de havo en het VWO. Zo’n 40% van de leerlingen volgt dit niveau, bij de lagere leerjaren is het percentage beduidend hoger dan bij de hoogste 2 leerjaren. Het niveau van deze opleiding hangt sterk af van de gekozen richting, Latijn-wiskunde en wiskunde-wetenschappen zijn relatief kleine richtingen die bekend staan om een hoog niveau, veel andere richtingen zijn massaler en hebben volgens de meesten een veel lager niveau.

          Hogeschool en universiteit
          minder dan de helft van de leerlingen gaat na het voortgezet onderwijs studeren aan de hogeschool of de universiteit. Ik schat dat 20-30% van de leerlingen die het v.o. verlaat uiteindelijk een diploma van de hogeschool behaalt terwijl 10-15% van de leerlingen uiteindelijk een universitair diploma behaalt. Hierbij moet opgemerkt worden dat er ook in Vlaanderen een groot niveauverschil is tussen de richtingen op de universiteit en in nog sterkere mate op de hogeschool. Het is in Vlaanderen normaler om na het BSO of het TSO te stoppen met school, wel zijn ze vaak dan al 18 jaar oud.

          • 18 is nog te jong…..???
            Toch is Vlaanderen dan beter bezig dan Nederland. Veel Nederlandse jongeren (allemaal, welke kleur ze ook hebben) piekeren er niet over (uitzonderingen daargelaten) om voor hun 22e te gaan werken. Ze hoppen van de ene naar de andere beroepsopleiding, aangemoedigd door ouders die zeggen dat ze moeten genieten van hun jeugd en dat ze nog lang genoeg kunnen werken.

            Pas als ze te oud zijn realiseren ze zich dat een werkgever liever iemand van 18 dan van 22 heeft. Na gedane zaken (of beter: niet-gedane zaken)…….

  2. Inz. dictee
    Je weet natuurlijk niet hoeveel fouten er destijds gemiddeld in zo’n dictee werden gemaakt.
    Het wordt interessant wanneer je het met een dictee van nu uit groep 8 vergelijkt. Maar misschien is het dictee, als ‘ouderwetse lesvorm’, wel in zijn geheel afgeschaft. Kan iemand uit het basisonderwijs daar iets over zeggen?

    • dictee
      Moderne methodes kennen nog steeds het dictee, Maar een goed opgebouwde leergang en training werkwoordspelling lijkt te ontbreken.
      CITO toetst wel spellingsvaardigheden: ‘kruis het fout gespelde woord aan’, b.v.
      In het schriftje dat ik bewaarde, zag ik dat bij 8 fouten het schriftje mee naar huis moest ter ondertekening voor ‘gezien’ door de ouders. En zo’n actie werd beschouwd als een serieuze waarschuwing.
      Toch denk ik dat de lagere schoolleerling van de zestiger jaren met meer taalvaardigheden de school verliet, dan de achtste-groeper van heden. De modernere taalmethoden doen veel aan ‘gesprekjes’, en weinig aan oefeningen.

      • Inzake dictee
        Ik vermoed dat u gelijk heeft. Ik denk niet dat er bij ons op 4 VWO veel leerlingen zijn die bij dit dictee onder de tien fout blijven.

      • verdommende toetsen
        Als je veel leest zul je bij het schrijven meestal vanzelf een woord goed spellen. Natuurlijk is het wel van belang dat je bij twijfel spellingsregels kent waarmee je kunt vaststellen hoe een woord goed gespeld wordt. Maar om je beter op de inhoudelijke kant van een tekst die je aan het opstellen bent te kunnen concentreren moeten zo veel mogelijk woordbeelden in je hoofd opgeslagen worden. En daarom moet je ook bij voorkeur geen spellingstoetsen afleggen waarin verkeerd gespelde woorden in voorkomen.
        Seger Weehuizen

        • Re: verdomde toetsen
          Inderdaad is woordbeeld heel belangrijk (voor mij althans…).

          Internetfora lezen is trouwens ook heel erg slecht voor je woordbeeld.

      • taal
        In het basisonderwijs zijn er vele soorten methoden voor taal. Taalmethoden die het taalonderwijs integraal aanpakken, maar ook aparte methoden voor voortgezet technisch lezen, begrijpend lezen, en andere taalgebieden apart. Ook spelling apart. Daarom is het moeilijk taalmethoden aan te wijzen, waar het aan te wijten is dat…….
        Maar niet alleen het schriftelijk taalgebruik is kwalitatief veel slechter dan vroeger. Ook het mondeling taalgebruik is heel slordig. Ik denk daarbij dat grammatica onderwijs en ontleden van vroeger en het leren van vreemde woorden en uitdrukkingen en gezegden onze taal van vroeger rijker maakten.

  3. Kan beter en moet beter!
    Geheel eens: het taalonderwijs moet beter! Probleem is echter dat het voor Beter Taalonderwijs Nederland (BeTON) niet zo helder is wat de grote fout in het taalonderwijs is. Bij rekenonderwijs was dat veel duidelijker (te weinig oefening door teveel verhaaltjes om de sommen heen).

    Bij taalonderwijs lijken me de oorzaken heel complex en niet uitsluitend in het onderwijs gelegen:
    – thuis minder aandacht voor verzorgd taalgebruik, woordenschat, voorlezen
    – maatschappelijk gezien minder schrijven, meer e-mail en SMS
    – concurrentie voor het lezen door computers, games en TV

    Ik vraag me af of er in het Nederlandse taalonderwijs in de laatste jaren echt veel veranderd is. De mentaliteit is wel veranderd. Fouten vindt men minder gênant en er is veel nadruk op zogenaamde creativiteit (Mijn poes is ziek als Poëzie)

    Zijn er in de taalmethodes of in het aantal lesuren veel wijzigingen geweest? Wie weet het?

    • Alle fouten rood….
      “- thuis minder aandacht voor verzorgd taalgebruik, woordenschat, voorlezen
      – maatschappelijk gezien minder schrijven, meer e-mail en SMS
      – concurrentie voor het lezen door computers, games en TV”….

      …..mag geen reden zijn.
      Op het moment dat de scholen (d.i. de overheid) eisen stelt, zal het ook thuis allemaal vanzelf veel beter gaan.
      Wij, leraren, moeten natuurlijk eerst de legitimiteit krijgen om alle fouten rood te onderstrepen.

      En dan is het een kettingreactie. Dan worden de andere taalvakken ook vanzelf beter. Hoe kun je Latijn of Frans leren, als je niet hebt leren ontleden.

    • taaloefeningen
      Ook hier geldt weer: een gebrek aan oefeningen. De klassieke methodes hadden veel meer oefeningen waarbij allerlei specifieke spellingsproblemen regelmatig werden ingestudeerd.
      Het leren lezen en schrijven is ook erg belangrijk, en het lijkt erop dat de veel gebruikte methode Veilig Leren Lezen toch voor manco’s heeft gezorgd, gezien de enorme toename van het aantal leerlingen die men dyslectisch noemt.
      Ik heb gehoord over de methode De Haan, die van het alfabet en duidelijke regels uit gaat, volgens de principes van het oude leesplankje. Met deze methode schijnen uitstekende resultaten kunnen worden behaald.
      Daarnaast ontbreekt het in de moderne methodes aan duidelijke leergangen ontleden, werkwoordspelling en spreekwoorden en gezegden b.v.
      Er is veel nuttigs overboord gegooid, en daarvoor in de plaats kwam meer creativiteit met taal, en een sterkere nadruk op mondeling taalgebruik.

      • geheugentraining
        Goede taalvaardigheid heeft, net als goede rekenvaardigheid, veel met geheugen te maken.
        En dat geheugen kan worden getraind. Middels oefenen en oefenen. Juist het kind beschikt over een groot vermogen het geheugen te trainen.
        En vooral voor de zwakkeren is zo’n geheugentraining uiterst zinvol.
        Met het afschaffen van de geheugentraining, werden vooral die zwakkeren in de kou gezet. Als de reeksen oefeningen ontbraken, moest de leerkracht verder bouwen op iets dat inmiddels alweer was vergeten.

        • Ik heb het ergens anders op
          Ik heb het ergens anders op het BON-forum al eens opgemerkt, de hippocampus is de anatomische structuur die verantwoorderlijk is voor het geheugen. Deze kan zoals een spier sterk in volume toenemen of afnemen naargelang het gebruik. Bij Londense taxi-chauffeurs hebben ze dit experimenteel gemeten, deze mensen moesten (ik weet niet ofdat dit nog steeds zo is) enorm goed het ingewikkelde stratenplan van Londen kennen. Voor en na de training werd met een MRI het volume van de hippocampus gemeten en hieruit bleek dat het volume van hun hippocampus fors was toegenomen.

          Conclusie: wat gedichtjes van buiten leren op de lagere school, wat jaartallen van buiten moeten leren met de geschiedenisles en wat formules van buiten moeten leren voor wiskunde en natuurkunde is helemaal niet zielig: het is niet alleen handig voor de leerlingen om op deze manier parate kennis op te doen, ook trainen leerligen zo hun geheugen waardoor ze beter voorbereid starten aan hun studie in het hogeronderwijs.

    • een evidente reden binnen het onderwijs
      Een -naar ik vermoed- belangrijke reden voor het afgenomen vermogen om zich precies uit te drukken die wel in het onderwijs gelegen is is het afschaffen van vertalen. Bij het vertalen sta je voor de vaak onmogelijke opgave om alles wat in een bronzin tot uitdrukking komt ook in de vertaling tot uitdrukking te laten komen en wel zo dat de zin in vertaling nog steeds goed Nederlands is. Vertalen is heel creatief maar op een andere manier als het zelf opstellen van een tekst. Bij vertalen ben je op een hoog bewustzijnsniveau bezig met het uitzoeken wat de schrijver van een bepaalde passage heeft willen zeggen en of hem dat gelukt is. Maar ook hoe en of dat in je eigen taal, de doeltaal, terug te vinden is. Vertalen is op hoog niveau met je eigen taal bezig zijn. Als bij de moderne talen het vertalen gehandhaafd zou zijn zou je ook voor het onderwijs in die taal hoogopgeleide leraren moeten hebben. Hun uitstraling is ook een aansporing tot zorgvuldig taalgebruik. Maar leraren die zowel het Nederlands slecht beheersen als de taal die zij de leerlingen willen leren en die bovendien van leerboeken gebruik maken waarin zij zelf gemarginaliseerd worden zijn natuurlijk veel goedkoper.
      Seger Weehuizen

    • kinderziel
      Die leeftijdsgrens zegt niets over de leeftijdsgroep waarvoor de film bedoeld is.
      Het betekent alleen dat er geen sex en/of geweld in de film voorkomt waardoor de tere kinderziel geschaad zou kunnen worden.

Reacties zijn gesloten.