Onderzoek Het Oude Leren?

Mark Peletier, Ralph Hanzen en anderen (ik kan niet meer vinden waar) schrijven dat het tijd wordt de BON-standpunten met onderzoek naar Het Oude Leren te onderbouwen en eens te zeggen hoe het dan wél moet. Ik ben het daar maar ten dele mee eens en bovendien maak ik me over de effecten van zo’n exercitie weinig illusies.
Ik maak me geen illusies, omdat het in de strijd met HNL niet om de argumenten gaat. Ik heb, zonder overdrijving, in de negen jaar dat ik aan de discussie hierover deelneem, geen enkel houtsnijdend bewijs uit de mond van een voorstander op kunnen tekenen. Ook het Maastrichtse PGO, dat dateert van1974 en dat aan alle kanten is onderzocht, heeft niet het doorslaggevend bewijs geleverd dat het eigen bestaan goedmaakt. Dat bestaan wordt gerechtvaardigd met de hoge rendementen van deze opleidingen. Terwijl een kind kan zien dat die een artefact zijn van het beoordelingssysteem en niet het resultaat van de kwaliteit van het PGO. Net zoals de PISA-uitkomsten niets met onze nationale onderwijsinrichting te maken hebben en toch al jaren de hoge kwaliteit ervan bewijzen. Dát is het niveau van de onderwijsdiscussie in Nederland en op dat At a glance-niveau worden de beleidsbeslissingen genomen. En wij BONners maar mopperen, en reageren op elke nitwit die de krant haalt. We voeren een achterhoedegevecht en het is om te janken.
En dan nu de bewijslast bij Het Oude Leren leggen terwijl de vernieuwing, het experiment geen rekenschap aflegt?
Voor de goede zaak wil ik zelfs wel met m’n gekookte varkenskop op die ellendige treurbuis. En wil ik ook wel tegen beter weten in aan de bovengemelde excercitie deelnemen. Hoewel, en dat komt er bij, we moeten vaststellen dat de geringe interesse van docenten voor wat niet rechtstreeks verband houdt met hun dagelijkse praktijk deze, voor de rest uitstekende site, niet tot de meest geschikte plaats maakt voor het doornemen en wegen van onderzoeksresultaten.
Onderwijs & Opvoeding is geen wetenschap maar een beroep en bevat in die hoedanigheid overigens voldoende rationaliteit voor empirisch onderzoek ernaar. Vele wegen leiden naar Rome. Als je op elke drie leerlingen één leraar zet slaagt elke didactiek, misschien zelfs HNL, al sluit deze aanpak op voorhand uit dat je daarvan de effecten kan meten. En als je je leerlingen kiest uit de top twintig procent qua talent heb je zelfs geen onderwijs nodig om de nagestreefde leereffecten te boeken. En reken maar dat al die topuniversiteiten in het buitenland selecteren.

Maar goed. Er is in het buitenland veel onderzoek gedaan waarvan de resultaten genoegzaam, zij het uiteraard indirect, aantonen dat HNL niet bestaat. Veel van dat onderzoek leent zich niet goed voor een vergelijking omdat de vaderlandse graad van idiotie in het buitenland niet wordt bereikt. Het niet perfecte Oude Triadische Leren verdient dus de voorkeur. Ik wacht af wat BON wil en wil graag m’n steentje bijdragen. Sorry voor dit gemopper uit een overlopend gemoed.

PS.
Wat voor docenten misschien aardiger is zijn De Oude Wetten van het Onderwijs.
Ik stelde ze eens samen voor een andere site en ze bestaan uit de opvattingen van zeer ervaren docenten, te beginnen bij Plato, die over hun beroep hebben nagedacht. Bezoek hiervoor mijn Blog: Oude wetten van het Onderwijs.

9 Reacties

  1. Wel of niet discussiëren
    Beste Willem,
    Ik ben het in zoverre met je eens dat de bewijslast ligt bij het nieuwe leren en niet bij het oude. HNL weigert echter consequent de werkelijke argumenten te noemen waarom HNL goed zou zijn voor Nederland. Binnenskamers doen zij dat schijnbaar wel want we zitten ermee. Door nu o.a. hier de discussie te starten moeten ze wel, dat is het idee? Ik ben er nog steeds van overtuigd dat als het publiek achter de ware redenen van HNL komt dat er iets gaat gebeuren in Nederland.
    Over de wijze waarop wij de motieven van HNL bloot moeten leggen is al eerder iets gezegd maar ik wil hier nogmaals herhalen dat zij beschikken over heel veel belastinggeld om ons te bestrijden en wij niet. Dus deze aanpak vraagt een grote zorgvuldigheid en inzet van onze kant.
    Corgi

    • Consequenties
      Ik zie hier parallellen met de creationisme/Intelligent Design (ID) discussie die in de US woedt (en in de UK begint).

      Diegenen die ID verplicht willen stellen in het natuurwetenschappelijk deel van het curriculum hebben een achterliggende religieus/ideologische agenda. Dit betekent dat zij wel heel hard roepen over hun wetenschappelijke onderzoekingen (die er niet zijn), maar daar feitelijk zelf geen enkele interesse in hebben. Zij houden zich liever bezig met het maken van websites zoals deze en musea, alwaar hun gedachtengoed als de Waarheid wordt aangeprezen.

      De tegenstanders van ID intussen spuwen vuur en analyseren en reduceren zich een slag in de rondte. Dit heeft echter geen enkel effect op de ID gelovigen.

      HNL lijkt mij vergelijkbaar met ID. Veel geblaat en weinig wol als het om onderbouwing gaat, maar dat is ook niet zo belangrijk want men gelóóft er in. Zelfs al analyseren de tegenstanders het door en door, voor de rechten in de leer is dat niet belangrijk. De HNL-ideologie, met alle aan de uitvoering ervan verbonden emolumenten, is dat wel.

      Wat naar mijn idee verandering teweeg kan brengen zijn de aantoonbare consequenties van de toepassing van deze ideologieën: Aanzienlijk verminderde maatschappelijke kansen voor vele eraan blootgestelde leerlingen en verzwakking van de maatschappij als geheel.

      In Nederland hebben veel ouders en leerlingen het voor zichzelf al in de gaten en ik hoop dat in de samenleving als geheel op tijd eenzelfde besef doorbreekt.

      Het aanschouwelijk maken van de consequenties van HNL lijkt mij op dit moment het allerbelangrijkste.

      Planeten Paultje

      • aanschouwelijk VOOR WIE
        Je analyse lijkt me juist, maar je kunt er een stapje aan toevoegen. Wij moeten ons richten op ouders en op kinderen. Dat betekent liever een stukje in de Telegraaf of SBS6 dan een discussie in een vaktijdschrift. De verandering kan enkel vanuit de basis komen. Die basis moeten wij voorlichten. Dáár ligt dan ook direct het voordeel. Hoe concreter hoe beter als het gaat om voorlichting van die basis. En precies dáár scoren we gemakkelijk. “Kijk, de juf kan niet rekenen” is een aanzienlijk concreter argument dan dat de leerlingen tegenwoordig zo anders zijn dan vroeger en nu als generatie Einstein meervoudig communiceren en daarom hun eigen leerweg op een integratieve manier moeten uitzetten en doorlopen.

      • ID
        Beste PP
        Je analogie is wat ongelukkig. Van ID kan ik me nog wel een paar uitwerkingen voorstellen die een beroep doen op de intelligentie van de leerling.
        willem smit

  2. Sluitende definitie
    Voor ik over wat dan ook wil discussiëren moet ik eerst een sluitende definitie van het Nieuwe Leren hebben. Ik heb op deze website al vele voorbeelden gezien van korte beschrijvingen van het beproefde leren (betere term dan oude leren hoor). Uitleg, informatie, oefening, toepassing, herhaling (zoiets).
    Ik kan nooit discussieren over het Nieuwe Leren, inclusief leren (opkomende term), competentiegericht leren, probleemgestuurd onderwijs, praktijkgestuurd onderwijs, ervarend leren, ontdekkend leren, vaardigheidsleren etc. etc. Ik hou het even op Het Nieuwe Leren, maar nu een goede beschrijving!

    • Rob Knoppert
      Oh maar dat is geen probleem, hoor: die definitie krijgen we toch binnenkort van Rob Knoppert? Ik bedoel, hij schijnt het te weten (voorstanders van HNL moeten toch weten wat ze voorstaan?) En na zijn bijdrage in NVOX is hij het aan zijn stand verplicht om van zich te laten horen. -We wachten.

    • Definitie HNL
      Beste Hinke
      HNL is niet te definieren. Dat is niet zo omdat er veel varianten zijn, dat geldt ook voor HOL, dat is zo omdat HNL is opgetrokken uit misvattingen. Er zijn per onderwerp maar weinig waarheden maar het aantal misvattingen per onderwerp kent geen beperking. Waarheid en misvatting zijn niet elkaars tegenovergestelde, ze hebben erg weinig met elkaar te maken. Koop daarom nooit een Encyclopedie van de Domheid want de inhoud daarvan maakt altijd een willekeurige indruk en zo’n boek is zijn geld nooit waard.
      willem smit

      • Ik kan het niet laten
        Willem, sorry, ik kan het niet laten: in je laatste bericht heb je zo’n mooie wijsgerige stelling. Maar of ik hem helemaal begrijp? Je bedoelt dat er, aangaande 1 kwestie, maar 1 ware lezing bestaat. Alle andere lezingen zijn het gevolg van slordigheidjes, opzettelijke leugens, vergissingen door vermoeidheid, enz.
        Toch is dan volgens mij nog steeds die 1ne lezing waar en zijn al die andere lezingen ONwaar: en het tegengestelde van waar is ONwaar. Kortom, waarheid en misvatting zijn wel elkaars tegengestelde.
        Mij ontgaat de bedoeling van je opmerking.
        Maar ik geef toe: dit binnenbrandje voegt niets toe aan de zaak waar BON voor staat. 😉

        • juist/onjuist
          beste Simon,
          inderdaad een binnenbrandje, maar ik begin opnieuw en omzeil de problemen verschaffende termen waar/onwaar en vooral Waarheid/onwaarheid. Over een bepaald onderwerp kun je een opmerking maken die niet juist is. Je kan ook een juiste opmerking maken. Nu denken velen dat er een soort pariteit of correspondentie tussen deze twee verzamelingen bestaat maar dat is niet zo. De eerste verzameling is veel groter en zelfs onbegrensd, de tweede is veel kleiner en eindig.
          Dit verschil heeft grote gevolgen, om te beginnen bij de definitie van het onderwerp waarop de opmerkingen betrekking hebben. Als een verzameling teveel onjuiste opmerkingen bevat is definitie van het onderwerp bijna niet mogelijk. Dat maakt het zo moeizaam over HNL te lezen, je geest loopt vast in de interne tegenstrijdigheden. Met een amateur-filosofische groet,
          willem smit

Reacties zijn gesloten.