Het valt mij op dat kleuters die (echt) ver voor zijn op de rest toch nog regelmatig een B scoren in het CITO-leerlingvolgsysteem. Voor de leerling niet erg, maar wel merkwaardig voor kleuters die ongeveer een jaar voorop lopen.
Het kan natuurlijk dat de kleuters hun dag niet hadden, of gewoon niet gewend waren aan de vragen van de toets o.i.d.. Toch is het raar dat kleuters die veel minder ver zijn de toets kennelijk beter maken. Kortom, wat is er aan de hand met de (voor mij) onverklaard lage scores van voorlijke kleuters?
Is het wellicht zo dat het met onderwijsrendement te maken heeft? Dat het voor de school gunstig is als kleuters niet te hoog scoren? Of is er iets anders aan de hand?
kleuters toetsen?
Een toets is maar beperkte steekproef uit wat een leerling kan en kent. Dat geldt voor de Cito Eindtoets Basisonderwijs, en dat is een zeer uitgebreide toets. Het geldt in extreme mate voor korte toetsen voor kleuters. Voor kleuters lijkt mij dat het oordeel van de leerkracht ver superieur is aan de score op een toets. Het is niet voor niets dat bij herhaling experts adviseren om niet te beginnen aan het toetsen van kleuters in welk systeem dan ook (maar politici luisteren niet altijd).
De handleiding bij het leerlingvolgsysteem moet over een en ander behoorlijke uitleg geven. Ik heb niet de beschikking over onderzoek dat onder dit leerlingvolgsysteem moet liggen. Is het bijvoorbeeld beoordeeld door de Cotan (Commissie Toetsaangelegenheden van het Nederlands Instituut voor Psychologen)?
Kleuters niet toetsen…
Kleuters moet je niet te vaak langs de meetlat leggen. Behalve letterlijk dan.
Laat die kinderen in alle rust zich ontwikkelen. Er komen in het leven nog toetsingen genoeg.
Zelf heb ik nooit wat uitgevoerd, niet op de bewaarschool en ook niet op de grote school. Toch kreeg ik aan het einde van de basisschool het hoogst haalbare advies.
Het is maar een voorbeeld:-)
Verband met tekstverklaren?
Mij doet dit voorbeeld denken aan het tekstverklaren op school, vooral in het voortgezet onderwijs. Als ik daarbij te ver dóór dacht was de kans groot dat ik niet met het gewenste, ‘goede’ antwoord kwam.
Reden? Die toetsen zijn afgestemd op de meest platte, inhoudsloos mogelijke manier om met teksten om te gaan. Daarbij gaat het niet om de betekenis van een tekst maar enkel om overeenstemming op puur syntactisch niveau. Met andere woorden: Je moest proberen zo veel mogelijk woordjes uit de antwoordalternatieven in de tekst terug te vinden. Het alternatief met op dat punt de grootste mate van overeenstemming was het ‘beste’ antwoord.
Als middelbare scholier heb je zulke dingen snel door. Als een toetsmethode stompzinnigheid beloont, ga je je ernaar gedragen. Je schat de stupiditeit in waarmee de toets in elkaar is gezet, en je zoekt een gelijk niveau op van stupiditeit bij het maken van de toets. Van kleuters kun je een dergelijke strategie nog niet verwachten.
Onderzoek bevestigt
Bram,
Onderzoek kan dat alleen maar bevestigen. Het is voor leerlingen en studenten vaak levensgevaarlijk om wat dieper op de stof in te gaan dan anderen, om ook nog eens een boek te lezen naast de opgegeven literatuur, enzovoort. Het probleem is de oppevlakkige manier waarop toetsvragen worden ontworpen, en de starre manier waarop leerkrachten vervolgens omgaan met verschillen van mening over hun beoordeling.
Mede hierom heb ik mij ooit gestort op het beoordelen in het onderwijs, en het ontwerpen van toetsvragen in het bijzonder.
Vanmorgen in de Volkskrant een ingezonden brief van Peter Jamin, oud-docent Engels, die al die extra Toetsen van Van Bijsterveldt maar een slecht plan vindt. En hoe juist is dat.
De stelling dat al die toetserij, die sinds de zestiger jaren een enorme vlucht heeft genomen, bijdraagt aan de versimpeling en de zuloisering van ons onderwijs, lijkt me heel goed te verdedigen. We hebben eenvoudig niet de briljante toetsen en examens die dekken waar het onderwijs voor is, dus al dat voorbereiden op toetsen en examens gaat ten koste van al hetgeen dat in het onderwijs van waarde is en niet toetsbaar.
Al die toetserij?
Een Nederlander doet op dit moment slechts 1 keer in zijn leven een verplicht examen: het examen voortgezet onderwijs. Om dat ‘al die toetserij’ te noemen gaat wel heel erg ver Ben.
Al die toetsen . . . .
Van Bijsterveldt, mei 2011: Actieplan ‘Basis voor Presteren’ Naar een ambitieuze leercultuur voor alle leerlingen
Rekentoetsen.
Veerman: selectie aan de poort.
Zijlstra: dat neem ik in ieder geval over
12-jarigen: Cito Eindtoets Basisonderwijs
Permanente dreiging voor de allerkleinsten: politieke oprispingen, evenal van Wim Meijnen, om een peuter- maar in ieder geval een kleutertoets af te nemen. Bij alle kleuters van Nederland natuurlijk, hoezo dacht u dat kleuters hun eigen privacy hebben?
Enzovoort.
De VS, land van de leugendetectors en ultieme testgekte. (Hanson: Testing Testing; Lemann: The Big Test)
Het VK, altijd bereid om de VS te volgen. Remember Cyril Burt. Al heel vroeg in de vorige eeuw grootschalige tests voor selectie.
Ieder competentie-assessment een pseudo-onderzoek van je persoonlijkheid.
Toetsen
De CITO toets is op dit moment niet verplicht (en is dat nooit geweest).
Je hebt gelijk dat de overheid nu uit lijkt op meer testen. Maar dat is vanuit een beginsituatie waarin er extreem weinig verplichte toetsen (namelijk 1 in de hele schoolloopbaan) zijn.
Verplichte toetsen
Mark,
De school en/of ouders mogen ook voor een andere toets of onderzoek kiezen (nog wel, Van Bijsterveldt wil dat veranderen). Het zal lastig zijn (wie kent voorbeelden) om het vo binnen komen zonder die Cito-toets of een vergelijkbaar gegeven (anders dan het oodeel van het hoofd der school).
Mijn kleinkinderen zijn gisteren thuisgekomen met hun rapporten, waar naast de gewone vakken voor het basisonderwijs ook vijf scores van cito-toetsen vermeld staan. Voor ieder trimester. Voor ieder jaar.
Zie ook blog over psychologische tests waar kinderen gedwongen aan deelnemen.
Enzovoort.
Voorbeeld
Ik ben een voorbeeld (ben van 1979 zoals mijn pseudoniem aangeeft). Ik mijn gemeente werd geen CITO toets afgenomen, iedereen ging toch naar de middenschool.
De kleinkinderen van Wilbrink
zijn zeer waarschijnlijk onderhevig aan het verplichte leerling(achter)volgsysteem. Dat systeem vereist jaarlijkse toetsing door een buitenstaand bureau, in de meeste gevallen dus door CITO.
Vanf de kleutertijd werden kinderen tweemaal per jaar onderworpen aan CITO-toetsen, dit in het kader van het achtervolgsysteem. Uiteraard leverden die toetsen zelden nieuwe informatie op. Zwakke leerlingen bleven gedurende hun hele schoolloopbaan ‘zwak’ scoren. Men maakt het nauwelijks mee dat C/D-leerlingen in de loop der jaren B/A-leerlingen worden, hoewel dat wel de bedoeling scheen te zijn geweest van dat leerlingachtervolgsysteem (preventieve aanpak: lachertje eerste klas). Want leerlingen kunnen, met extra hulp wel bijscholen, intussen is de rest van de klas nog meer bijgeschoold geworden!
Daarom is dat hele leerlingvolgsysteem, dat m.i. verplicht is, een wassen neus. Er wordt NIET ontdekt of verbeterd wat juf/meester niet ook allang ontdekt had.
Maar intussen is er wel veel extra werktijd geschapen voor de Interne Begeleider (de spion/collaborateur) van het Samenwerkingsverband) en voor het team in de vorm van administratie en vergadertijd. Het is allemaal schieten met kanonnen op een paar muggen gebleken!
Leerlingachtervolgsysteem
Moby,
Nu je dat zo opschrijft realiseer ik me dat ik mij niet kan herinneren ergens al eens een serieuze evaluatie van die leerlingvolgsystematiek te hebben gezien.
En dat is toch opmerkelijk, gezien de verplichting die Marjan van Bijsterveldt scholen wil opleggen op nog meer te gaan (achter)volgen. (Actieplan ‘Basis voor Presteren’
Naar een ambitieuze leercultuur voor alle leerlingen. OCW, mei 2011)
Laten Jasper van Dijk, Harm Beertema en andere onderwijsspecialisten maar eens gaan informeren wat er zo ‘evidence based’ is aan de plannen van de minister.
Uit verslagen van de Inspectie heb ik wel begrepen dat er een wereld van verschil kan liggen tussen het gebruiken van een leerlingvolgsysteem, en verstandig gebruik maken van de gegevens die dat systeem oplevert. Dus enige evidentie is er wel, maar die wijst precies in de omgekeerde richting.
Ben Wilbrink.
Als er zo’n systeem wordt
Als er zo’n systeem wordt gebruikt dan zou je toch verwachten dat op zijn minst bij onderpresterende leerlingen extra uren les wordt ingeroosterd met extra huiswerk, ouders die wordt verzocht om dat te begeleiden indien zij hiertoe in staat zijn enz.
Of ben ik nog gekke Henkie?
vage begrippen fijn voor kletspraat
“Elke klas zit barstensvol talent, want ieder kind heeft talent”
Talent stamt van het Griekse werkwoord tolmaoo (τολμαω) = ik (ver)draag; aoristusstam tlè (τλη); verwant met het Latijnse tollĕre = optillen, wegdragen (denk aan de modus tolendo tollens [P → Q; ¬Q; ⊢ ¬P] en de modus ponendo tollens [¬(P ∧ Q); Q; ⊢ ¬P]). In de oudheid was het ook de naam van een hoeveelheid goud of zilver dus ook van een som gelds. En ja hoor, tegenwoordig heeft het vooral de betekenis “iets dat je van jezelf uit goed kunt’, “aangeboren handigheid of geschiktheid voor iets”, maar vanwege Matteüs 25:14-30 betekent het ook wel “iets dat je in meerdere of mindere mate vanuit jezef kunt”. In het eerste geval is het niet waar en in het tweede geval een open deur. Onzin dus.
Seger Weehuizen