De commissie-Dijsselbloem heeft gesproken en iedereen vindt het prachtig. Dus kinderen krijgen voortaan weer goed onderwijs? Vergeet het maar: het vernieuwingsvirus is tot diep in de scholen doorgedrongen.
Wie denkt dat het rapport ook maar iets zal verhelpen aan de treurige stand van zaken in het onderwijs, heeft het mis. Ook de komende jaren zullen middelbare scholieren op maatschappelijke stage worden gestuurd en allerhande theatervoorstellingen moeten bijwonen om hun diploma te halen.
De resultaten van dit parlementaire onderzoek weerspiegelen treffend de bedenkingen van critici die al veel eerder de noodklok luidden en die zich een paar jaar geleden onder aanvoering van filosoof Ad Verbrugge verenigden in de pressiegroep Beter Onderwijs Nederland (BON). In de discussie die zich ontspon tussen voor- en tegenstanders gold deze club als een verzameling conservatieve zwartkijkers, die – typisch iets voor oudere leraren en de gevestigde elite – tegen beter weten in bleven vasthouden aan verouderde standaarden en obsolete didactiek. Kritiek uit de hoek van BON-sympathisanten kon eenvoudig onschadelijk worden gemaakt met het zinnetje ‘zij willen terug naar de jaren vijftig’.
Zelfs Ronald Plasterk, die in zijn jaren als columnist en opiniemaker niet kon worden betrapt op enthousiasme voor lopende onderwijsvernieuwingen, herhaalde in een van zijn eerste interviews als kersverse minister van Onderwijs deze mantra: “we moeten natuurlijk niet terug naar de jaren vijftig.”
Inderdaad. Dat moet niet en zelfs al zou iemand dat wél willen, dan kan dat niet eens. Waar de BON-angehauchten zich zorgen over maakten en wat door het rapport-Dijsselbloem wordt bevestigd, is de daling in kwaliteit van het onderwijs over de hele linie. Het niveau in lezen, spelling, rekenen/wiskunde is gezakt. Leerlingen vertonen hiaten in elementaire kennis en vaardigheden, zowel op de basisschool, het middelbaar onderwijs, de pabo’s en de lerarenopleidingen, als op de universiteit, waar de deficiënte studenten aan bijspijkercursussen worden onderworpen. In vergelijking met andere Europese landen zijn Nederlandse scholieren achteruit gekacheld in de rangorden. Het onderwijs heeft jongeren de afgelopen twintig jaar systematisch tekort gedaan en de critici die dit eerder signaleerden, beschreven geen incidenten of anomalieën, maar een stevig verankerde trend.
Dat is ook precies de reden waarom er weinig zal veranderen in het onderwijs, in ieder geval niet op korte termijn en zelfs niet op middellange termijn. Het rapport van de commissie oogstte ruime maatschappelijke bijval en applaus. Dat feit op zichzelf wekt al het grootste wantrouwen. Hoe dat kan? Het hele onderwijsveld beweegt zich in een bepaalde richting, hanteert bepaalde didactische principes, er verschijnt een rapport waarin staat dat het niet goed gaat op deze manier, en iedereen reageert met: goed dat het eindelijk wordt gezegd en aangetoond! Je zou commotie en woede in het veld verwachten over een toch behoorlijk incriminerend rapport, maar nee, men veerde mee, alsof iemand anders ervan langs kreeg. Dit kan maar één ding betekenen: niemand van de betrokkenen (leraren, schoolleiders, onderwijsmanagers, beleidsbepalende koepels, ambtenaren, ex-staatssecretarissen of ministers) voelt zich aangesproken. De conclusies worden voor kennisgeving aangenomen. De redenering luidt blijkbaar: het is heel erg, maar ons treft geen blaam, want wij werken hier heel hard in zware omstandigheden om er toch nog wat van te maken.
HP/De Tijd is deze week voor een deel gewijd aan onderwijs.
Dit zijn de openingsalinea’s van het artikel ‘Onze kindren blijfen dom’.
Een tweede artikel in hetzelfde blad gaat over ‘De onderwijsvernielers’.
Goede tip!
Morgen direct maar even langs het tijdschriftenrek. Op de website staat dat er ook aandacht wordt besteed aan het feit dat de vernieuwers zich in de besturen en raden hebben genesteld. Een punt dat hier regelmatig wordt genoemd. Goed dat daar aandacht aan wordt besteed!
ongevoelig
“niemand van de betrokkenen (leraren, schoolleiders, onderwijsmanagers, beleidsbepalende koepels, ambtenaren, ex-staatssecretarissen of ministers) voelt zich aangesproken”. Misschien zijn ze inderdaad zo ongevoelig. Maar denken kunnen ze enigermate dus ze WETEN best wel dat ze aangsproken zijn en geven er de voorkeur aan te doen voorkomen dat zij geacht worden niet aangesproken te zijn.
Seger Weehuizen
meegewerkt
Bon is door HPdeTijd uitvoerig betrokken (geïnterviewd) bij totstandkoming van de teksten.
Inzake PR-status
Beste mijnheer Bergen,
Is de status van deze vereniging nu zodanig dat de journalisten zelf aan de deur kloppen of moet er af en toe toch nog met standpunten geleurd worden? Het eerste zou toch wel hoopgevend zijn.
Slaap maar lekker door……………………
het valt mij inderdaad op dat er een grote stilte is na het rapport.
Is iedereen in slaap gevallen ?
Zelfs de oppositie in de Tweede Kamer is erg rustig, je zou zeggen met dit rapport kan je toch punten scoren !
Er moet van hogerhand (de overheid) hard en duidelijk opgetreden worden, Lumpsum afschaffen en de onderwijs inspectie meer bevoegdheden geven (nu is de onderwijs inspectie een dood lichaam), lijken mij de eerste prioriteiten.
Daarna kijken wat CGO en HNL nu bijdraagt aan beter onderwijs.
“Terug naar de jaren ’50” is zo’n typische one-liner die het lekker doet in de politiek, maar eigenlijk inhoudsloos is.
Alhoewel in de jaren ’50 had je nog wel een groot saamhorigheidsgevoel in herrijzend Nederland.
Voor nu denk ik inderdaad dat iedereen lekker door slaapt, zzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz !!!
Je weet Joao…,
…een rapport gaat in een la.
Die la is op het ministerie oneindig groot, want er moeten nog vele rapporten bij.
De
Moloch zeker!