‘Eey, nog wat beleefd @ sgoowl?’

Deze week gaf een brugklasser mij een korte en heldere uitleg hoe het Arabisch schrift in elkaar zit. Je leest van achter naar voren, er zijn alleen medeklinkers en de klanken zijn met zeer kleine notities hier en daar verstrooid.
Het Egyptische hiërogliefenschrift gaat uit van hetzelfde principe, vooral op dat moment dat het van beeldschrift overgaat in lopend schrift.
Klnkrs zn nt cht ndg. Inderdaad klinkers zijn niet echt nodig.
Ons Europees schrift, dat evenals het Arabisch schrift berust op het gebruik van de brede pen, is door de introductie van de computer in versneld tempo aan het verouderen. Daar hebben vooral de letterontwerpers in de afgelopen decennia een probleem mee gehad, vooral zij die uitgingen van de lettervorm die gebaseerd was op het gebruik van de brede pen. Al die boeken van de Koninklijke Bibliotheek, die open gesneden zouden moeten worden om digitaliseren mogelijk te maken, zijn daar voorbeelden van.
Er is een nieuw fonetisch schrift in aantocht.
De Volkskrant van dit weekend beschrijft dat jongeren nog nauwelijks e-mails versturen.
Ze communiceren evenals voetbalsupporters op hun mobiele telefoon.
Tieners mailen niet meer. Ze msn’en, sms’en en ze Hyven, want ‘mailen is voor oudjes’.
E-mail? De 15-jarige kijkt je fronsend aan. Soms nog wel voor school, als we bestanden naar elkaar moeten versturen.
E-mail heeft alleen maar nadelen, vindt de Hyves-generatie. Je kunt niet eens zien of iemand online is, je krijgt niet direct antwoord, je moet te veel letters typen en je hebt altijd een computer nodig.
En wat erger is: e-mail is ouderwets, iets waarmee opa’s tobben en wat ouders voor hun werk gebruiken. Dûh.
Nee, dan tieners. De snelheid waarmee hun roddels zich verspreiden, doet ouderen soms wanhopen. Een harde afspraak gaat nooit verder dan:”We bellen”.
Tieners bouwen hele netwerken op met vrienden die ze in levende lijve nog nooit gezien of gesproken hebben, maar die ze wel kennen!
Een enkel msn-berichtje eindigde afgelopen vrijdag in een landelijke staking van scholieren op het Museumplein in Amsterdam. De berichtjes werden gewoon onder schooltijd verstuurd en ook gelezen, maar geen docent die dat in de gaten had.
Op msn, de digitale hangplek, is de communicatie even snel als ontoegankelijk. Je moet hun geheimtaal kennen om er iets van te kunnen volgen.
Als neerlandici zich afvragen waar het heen moet met de Nederlandse taal, moeten ze daar eens een kijkje gaan nemen.
De ‘generatie-Einstein’ kiest feilloos uit haar wapenarsenaal.
Kan dat niet via msn, vraagt de meelevende ouder zich af. ‘Nee, msn gebruik je alleen als je zin hebt om te praten.‘ En Hyves dan? ‘Dat is als je eigenlijk niets te melden hebt.’
Voor instant-communicatie is de mobiel nog onovertroffen. De helft van de tieners kan niet meer zónder.
In de VS zijn scholieren en universiteiten noodgedwongen overgestapt naar Facebook of MySpace, de Amerikaanse Hyves-varianten, om contact te leggen met de studenten, want de e-mail is te traag en daar reageert niemand meer op.
Tieners hebben hun eigen geheimschrift.
Volgende week laat ik me inwijden in hun nieuwe woordenboek.

15 Reacties

    • En wij de kranten maar geloven!
      Staat het zaterdag in de VK, is het zondag al weer achterhaald.
      Wat gaat de tijd toch snel als je ouder wordt:(

      • mwah ….
        Een rondgang onder mijn eigen leerlingen leerde me dat dit voor velen nog een ver-van-hun-bed-show is hoor. Ze vinden het “cool” dat hun leraar geschiedenis op hyves en msn zit en de mobieltjes worden nog veelvuldig ingezet om te sms-en. Een mobiel msn-abbonnement is namelijk ook niet gratis.
        Het deed me realiseren dat de jongeren wel gebruik maken van communicatiemiddelen waar een oudere generatie geen kaas van heeft gegeten, maar dat diezelfde jeugd over het algemeen niet tot de ‘gadget-generatie’ behoort. Veel van hetgeen ik hierboven aangaf wordt juist door professionele trendwatchers als eerste opgepikt. Begeef je je eenmaal in dat wereldje, dan ben je al gauw bang achter te lopen. Bewaar je enige afstand, dan zie je hypes komen en gaan.

  1. Wanneer je het dagboek van Anne Frank leest…
    Wanneer ik het dagboek van Anne Frank lees, is dat geschreven in een ‘volwassen’ regelmatig doorlopend handschrift. Dat was in die tijd nog heel gewoon.
    Het handschrift moest voldoen aan bepaalde voorwaarden: een bepaalde hoek, letterlengte en dun versus dik. Vanzelfsprekend een uitvloeisel van het schoonschrijven met de brede en de spitse pen, dat ver teruggaat tot in de zeventiende eeuw.
    Het is mij nooit duidelijk geworden waar het kenmerkende ‘meisjeshandschrift’, zoals je dat zo vaak tegenkwam in de tijd dat een opstel nog met de hand geschreven werd, op gebaseerd was. Ik weet dat in ieder geval niet. Dat de uitvinding van de balpen daar invloed op heeft gehad is wel bekend.
    Het handschrift van de huidige scholier kenmerkt zich door gebrek aan uniformiteit. Het is rommelig en meestal onleesbaar. Het gezegde ‘oefenen baart kunst’ is hier blijkbaar niet meer toegepast.
    Aan het ‘leren schrijven’ op de basisschool wordt blijkbaar onvoldoende aandacht en tijd besteed.
    Op de Latijnse school in de zeventiende eeuw stond voor het ‘leren schrijven’ nog twee jaar.
    Wanneer ik het huiswerk van mijn leerlingen nakijk, schrijven velen nu in msn-taal.
    ‘Even’ wordt ‘ff’ en vele woorden zijn fonetisch neergeschreven. Ik moet mijn leerlingen regelmatig bij me roepen om te vragen wat er staat. Bij grote werkstukken is dat minder aan de orde, omdat daarbij de computer met de spellingcorrector wordt gebruikt.
    Ik ben benieuwd hoe mijn collega-neerlandici hier tegenaan kijken.

    • Everbody loves gothic
      Toch blijven de mooiste handsschrift het Gotisch Cursief

      Historia vitae magistra

    • What’s in a gothic
      Toch blijft het mooiste handschrift het Gotisch Cursief

      Historia vitae magistra

    • als niet-neerlandicus ….
      … maar als docent geschiedenis, ben ik helder wat betreft taalgebruik en handschrift. Géén msn-taal in tentamens of werkstukken (zeker de laatsten moeten ‘formeel’, ook wat betreft de eigen motivatie voor het onderzoek). En als ik in een tentamen na 2x overlezen een woord/zin niet begrijp (en ik roep er soms m’n vrouw nog wel eens bij, als ze in de buurt is) dan is het jammer dan. Zo ook met MTC-antwoorden: bij twijfel/onduidelijkheid is het fout.

      d/t- en andere fouten m.b.t. taal reken ik niet fout in tentamens (maar ik verbeter ze wel, wat me vaak verraste reacties oplevert en ook wel enig gezag/respect). In werkstukken wordt er op 8 of 10 onderdelen gescoord waarbij het laatste onderdeel steevast “taal & uiterlijke verzorging” is. Iemand die een werkstuk vol taalfouten en kromme zinnen inlevert verliest dus punten. En nee, wat dat betreft ben ik geen docent ‘die het zo goed vindt omdat ze het helemaal zelf gedaan hebben en niet van internet geplukt’. Het laatste daar krijgen ze bij mij geen kans toe (of juist wél de opdracht voor); het eerste moet gewoon in orde zijn. In 4vmbo/5havo/6vwo welteverstaan.

      • Zo zullen we moeten handelen
        Zo zullen we moeten handelen bij geschiedenis, want niet kunnen (begrijpend) lezen en schrijven (formuleren), is de dood in de pot.
        Ontlezing is net zo’n groot probleem voor de historicus als voor de bibliothecaris!

    • Stichting ‘De Roos’ in Utrecht,..
      …een club van bibliofielen geeft jaarlijks een boekje uit met de nieuwste woorden van het laatste jaar.
      De veranderingen nemen steeds toe en de boekjes worden aldoor dikker.
      Daarin een overduidelijk invloed van de taal van de straat, van cabaretiers en politiek, en in toenemende mate ook van scholieren.
      De taal is aan grote verandering onderhevig o.a. door de invloed van de nieuwe media.

  2. De jeugd bestaat niet
    Er zijn vast een groot aantal scholieren voor wie dit verhaal opgaat. Er zijn echter ook nog hele hordes anderen. Mijn leerlingen (MBO-2-Techniek) zijn veelal (maar niet allemaal) enorme krukken op de computer. Weten niet hoe de spellingcontrole werkt, kunnen geen voetteksten maken, kunnen nauwelijks ‘plakken en knippen’, hebben geen benul welke info je kunt vertrouwen en welke niet. Sturen zelden e-mails (en dan nog bijna onbegrijpelijk wegens de taalfouten), bellen wel, maar echt niet zo vaak, moeten niets van SMS-hebben (dat gepiel met die knoppies)

    Het is echt aperte onzin om te beweren dat deze jongens beter zijn dan wij op de computer.

    • Het is echt aperte onzin
      “Het is echt aperte onzin om te beweren dat deze jongens beter zijn dan wij op de computer.

      Dat is een … als een …

    • Nou… Of dat zo is valt te bezien.
      Beter is, het is niet juist om te beweren dat jongens op een bepaald niveau beter zijn met computers dan de vrouw.
      Aan de andere kant, er zijn ook bepaalde jongens, die niet zo vaak met andere mensen omgaan, maar wel met computers, die wel beter zijn met deze apparatuur dan meisjes van dezelfde leeftijdscategorie. Ofwel, als we zo doorgaan belanden we in cirkelredenaties.

      Historia vitae magistra

Reacties zijn gesloten.