Beta-canon in Volkskrant

Wat vinden de beta’s onder ons over het initiatief in de Volkskrant om een jaar lang een beta-canon aan te maken? Als alpha vind ik dit een fantastisch initiatief omdat ik meer kan begrijpen over zaken waar mijn voormalige beta collega’s in de olie industrie het over hadden. Ook omdat ik het gewoon interessant vind?

Maar wat vindt de beta’s ervan?

Gr. Beth

5 Reacties

  1. Over die canon
    Op zich vind ik kennisoverzichten van verschillende vakgebieden meestal interessant, dus ook deze bèta-canon, maar als ze het doel hebben het onderwijs te verbeteren (ik weet niet of dat hier het geval is), heb ik er m’n twijfels bij.

    Lijstjes van vakinhouden, en bijvoorbeeld ook lijstjes van bekwaamheden waar docenten aan moeten voldoen, zijn denk ik de oplossing niet. Mijn indruk is dat ze een soort schijncontrole geven.

    Het blijft in de kern altijd neerkomen op de kwaliteit van de docenten en de faciliteiten die ze krijgen om hun werk goed te kunnen doen. De rest, goed onderwijs dus, volgt daar grotendeels vanzelf uit.

    • de ene canon is de andere niet
      Ik denk dat er meer verschillen dan overeenkomsten zijn tussen de geschiedenis canon en de exacte canon.
      Ik begreep dat de exacte canon gaat over grote ontdekkingen. De eerste gaat bv over het getal nul en het positiestelsel.
      Iedereen die tot 100 kan tellen heeft een effectief begrip van het getral nul, kan er mee werken. Je gebruikt het zonder er verder bij na te denken. Bij geschiedenis is dat heel anders. Over de tachtig jarige oorlog heeft iedereeen ooit wel wat geweten, maar die kennis is weg en wordt door de geschiedenis canon opnieuw in het spotlicht gezet.
      Aan de andere kant zijn er heel weinig mensen die zich realiseren wat een geweldige uitvinding het positiestelsel is, wat het betekent om getallen zo te kunnen schrijven (itt romeinse cijjfers bv).

      Die exacte canon zal dan ook nooit een omkadering kunnen geven van “wat je van wiskunde moet weten”. Wedden dat er geen: “oplossen van 2 vergelijkingen met twee onbekenden” in voorkomt?

      Overigens ben ik blij met deze aandacht. Gewoon omdat we dan trots kunnen zijn op welke geweldige ontdekkingen er zijn geweest. Dat kan best invloed hebben op het onderwijs. Hopelijk leren ook de kennis-is-subjectief-idioten er wat van.
      Maar ook hiervoor geldt dat je goeie docenten moet hebben. Als de basisschool leerkracht zelf niet enthousiast kan worden van de ontdekking van het positiestelsel, … tsja… dan houdt het weer op.

  2. Beta-canon: Niet zo’n goed idee
    Een beta-canon lijkt mij niet zo’n goed idee. De Volkskrant wil natuurlijk meer omzet, maar als je je abonneert op b.v. “Natuurwetenschap en Techniek”, of een ander tijdschrift (zie b.v. www.nvon.nl/oud/nvox/nwt-start.htm) kun je je honger naar meer begrip “over zaken waar mijn voormalige beta collega’s in de olie industrie het over hadden” beter stillen.
    Deze tijdschriften staan bovendien vol met verwijzingen naar interessante boeken, artikelen elders en URL’s. Een bekwame redactie heeft de bijdragen gecontroleerd, zodat ik niet geconfronteerd hoef te worden met het geleuter dat je meestal aantreft in weblogs, wiki’s en ander internetgeneuzel. De eerste bijdrage op de internetsite van de Volkskrant over het getal nul heeft mij direkt al genezen. Hier hoef ik niet meer naar toe. Er is een nulelement “0” zodanig dat a + “0” = a en er is een eenelement “1” zodanig, dat a*”1″ = a. Gewoon afgesproken. En ja hoor, de 1 verschijnt ook al als onderwerp. Hoe verzinnen ze het ?

    • Bedankt voor de tip!
      Ik zal zeker me een van die bladen die u aanraadt lezen. Maar als communicatie persoon, vind ik het een goed initiatielf van de Volkskrant, (daar is een krant voor om te verkopen) om misschien jongeren interesseren voor de beta vakken. Als u bekend was met onderzoek doen, dan zou u geleerd hebben dat je eerst met algemene bronnen begint en dan pas de diepte ingaat.

      Mijn probleem in de olie industrie was dat ik de techniek wel begreep, ik was onder andere technical writer, maar niet de achtergrond had om de formula’s te begrijpen. Overigens, was dat altijd wat ik wilde, maar mijn algebra, meetkunde, scheikunde en natuurkunde leraren hadden geen geduld voor vragen die niet aansloten op hun beleveniswereld. Misschien het feit dat vrouwen daar niet in voorkwamen als coaches of the football team daar wat mee te maken had.

      Maar zonodig kan ik u haarfijn uitleggen o.a. hoe een horizontale put en aansluiting in elkaar zit, wat mijn collega’s zaggen dat ook al had ik niet de achtergrond in de techniek, dat ik wel heel erg snel kon leren. Sommigen hadden ook belangstelling voor mijn dissertatie in de letteren, maar er waren ook anderen met een keiharde oordeel van “Wat moet je ermee”.

      Wel hadden ze respect voor mijn talenkennis en zo konden we tot een zeer constructief samenwerking komen,. Het feit dat ik hun hielp met publiceren van hun werk, heeft mij later geholpen met het publiceren van mijn eigen werk, hoewel het er anders aantoegaat in de harde wetenschappen dan in de letteren, en waarschijnlijk ook sociale wetenschappen.

      Prof. Snow in de VK waarschuwde in de jaren 60 voor een scheiding tussen de harde en geestewetenschappen en wat dat teweeg zou kunnen brengen.

      Mvg,
      Beth Sweens

  3. En wat vindt men er nu van ?
    En wat vindt men er nu van ?
    Lees verder…..
    Tot nu toe:
    ‘Nul staat voor niets’
    Plaattektoniek: wegdrijven zo snel als een vingernagel groeit
    De WC
    De Transistor
    Energie
    Darwin
    Algoritmen – wat we (niet) kunnen berekenen
    Het Brein
    De Kernbom

Reacties zijn gesloten.