Analyse van Zadkine door de CBE Group

Olaf Mc Daniel is Manging Partner van de CBE Group. 

Hij studeerde Onderwijskunde.

[Wordt ons onderwijs wel goed bestuurd?]

 

Mc Daniel:

  • “Scholenreus aan de rand van de afgrond”, kopte de Volkskant over het Rotterdamse ROC Zadkine. Is het management van onze scholen wel capabel? Het verhaal is toch wat genuanceerder. Als bedrijven in de moeilijkheden komen worden er de bekende maatregelen genomen: diep snijden in de kosten, productieverhoging, tandje erbij van het personeel, ontslagen, grootschalige reorganisaties etc. In het onderwijs ligt dat toch wat anders.
  • Snijden in de overhead is altijd een eerste actie: het onderwijs moet beschermd worden! Maar de regeldichtheid en rapportageverplichting aan overheid en inspectie zijn zodanig groot geworden, dat veel instellingen hun centrale diensten niet verder kunnen uitkleden,
  • Daar waar er in het bedrijfsleven gestreefd wordt naar een hogere productiviteit per medewerker, is die in het onderwijs de laatste jaren alleen maar – met werkdruk als argument – omlaag gegaan. “Tandje erbij” is in andere maatschappelijk sectoren heel normaal, maar in het onderwijs vrijwel ondenkbaar. Zo is de docent in het voortgezet onderwijs voor 42% van zijn/haar tijd inzetbaar voor het onderwijs. Daar kan geen normaal bedrijf mee overleven!
  • De productieketen van het onderwijs is nog altijd van de vorige eeuw en daardoor veel arbeidsintensiever dan nodig. Intelligent gebruik van ICT om personeelskosten te besparen en de werkdruk te verlagen worden mondjesmaat ingezet. Dat maakt het onderwijs niet alleen veel duurder dan nodig, maar ook voor de huidige generatie leerlingen onaantrekkelijk.
  • Managers die de juiste maatregelen willen nemen, worden met schier onmogelijke randvoorwaarden geconfronteerd. Uiteindelijk is het onderwijs hiervan het slachtoffer en dat zal in komende jaren alleen maar tot verdere problemen gaan leiden. De praktijk van ons onderwijsbestuur zit gevangen in een 20e eeuws korset. De kabinets(in)formateurs zouden de omvorming daarvan als kernonderwerp in hun programma moeten opnemen. Een essentiële moderniseringslag in de besturing van ons onderwijs!

11 Reacties

  1. Dat is inderdaad een geniale

    Dat is inderdaad een geniale analyse zoals je dat van een bepaald soort "onderwijskundige" bij de CBE mag verwachten.
    Het is inderdaad godgeklaagd dat we leraren niet in ligstallen opsluiten, op zijn tijd van het nodige voer voorzien en via de nodige bedrading of via wifi automatisch laten melken en het product via ICT op "klanten" aansluiten die ook draadloos verbonden worden. En dat alles bestuurd door een manager op vliegafstand die hoog betaald wordt, anders wordt hij immers weggekocht door het internationale bedrijfsleven.
    "Intensieve menshouderij" werd dat eerder genoemd. En het CBE weet dat onze bestuurders in de zaal haarfijn uit te leggen, VO-Raad, PO-Raad, Asscher zijn gretige toehoorders.

  2. Olafje

    Zie ook het artikel onder het stuk van Ad Verbrugge in de NRC. Van Norbert Bollen. Die schrijft ondermeer dat de bestuurslaag gebukt gaat onder de slechte naam die een enkele (er volgen drie voorbeelden) hun berokkent. Kijk nog eens door het feestnummer van de CBEgroup heen: 

    www.cbe.nl/staffing/downloads/CBETimes.pdf

     

     

  3. De procenten van McDaniel

    Ben ik voor 42% van mijn tijd inzetbaar voor het onderwijs? Voor domkoppen als McDaniel wel. Hij kijkt niet verder dan naar de prikklok en naar de loonstrook, deelt 750 door 1659 en voilá: 42%. Nou, ja eigenlijk 45% maar McDaniel zal wel het trekkingsrecht of een ander detail hebben meegerekend.

     

    Een detail dat McDaniel vergeet is dat ik als leraar ook al die andere uren 'voor onderwijs' inzetbaar ben, ingezet wordt, en mijn geld dubbel en dwars waard ben. Want werk nakijken hoort bij onderwijs, lesvoorbereiden hoort bij onderwijs, toetsen maken of herzien hoort bij onderwijs, cijferadministratie hoort bij het onderwijs, aanvullend leerlingmateriaal maken hoort bij onderwijs, contact met ouders en mentoren over de leerlingen hoort bij onderwijs, enfin, ik hoef u de hele rataplan niet voor te schotelen want u bent Olaf McDaniel niet en u bent geen domkop met een bord er voor.

     

    Zou Olaf McDaniel, Managing Partner van de CBE-groep, een stap vooruit kunnen denken? Zou hij zich kunnen inbeelden wat er gebeurt met de kwaliteit van al dat andere werk als we zijn voor-de-klas-percentage van 42 eens opleuken naar, wat zullen we zeggen, 55? Of 60 misschien? Mogen leraren toch nog steeds in hun handen knijpen: maar 60% werken en 100% uitbetaald krijgen!

     

    Rekening houdend met 10% deskundigheidsbevordering oftewel een béétje aan je vak en aan jezelf toekomen, kan een kind uitrekenen dat de verhouding tussen tijd voor onderwijs 'voor de klas' en buiten de klas dan verschuift van 1 op 1 naar 2 op 1.

     

    Gaaf man! Dan kun je dus opeens twee keer zo snel nakijken! Zie je wel dat we niet zo bang moeten zijn voor innovaties? Het is gewoon een mindset.

     

    • McDaniel is niet dom

      McDaniel is niet dom natuurlijk. Het kán niet anders dan dat hij de argumenten van Couzijn kent. Er is hier dus geen sprake van een vergissing of van een verschil van mening, maar simpelweg van een leugen. Met een reden natuurlijk

    • 1 op 2 of 2 op 1?

      Kijk eens naar deze berekening: 37 lesweken van 25 lessen à 50 minuten met een opslagfactor van 1,7 levert 1310 uur op. Voeg daar 166 uur deskundigheidsbevordering en je komt op 1476 uur uit. Delen op 1659 levert 89% op aan rechtstreekse lestaken. Dat is wel wat anders dan 33% (McDaniel) of 67% (Couzijn). De juiste getallen kennen werkt vaak in een discussie.

      Probleem: opslagfactor van 1,7. Veel scholen hanteren een lagere factor. Strijd voor deze factor, die heel reeel is. Een lager factor betekent dat je weinig so's, repetities kunt geven. Binnen die repetities is er nauwelijks tijd voor vernieuwingen (Jaren dezelfde rep geven). Verder heb je dan weinig tijd voor voorbereiding op de vakinhoud en op de leerlingen. Gebruik dit soort argumenten met meer voorbeelden waar een lage factor toe leidt.

      Klaas Wilms

      • WMS schreef: “De juiste

        WMS schreef: "De juiste getallen kennen werkt vaak in een discussie"

        Inderdaad. Wat ook helpt is het onderscheid kennen tussen 'de juiste getallen' en 'uit de lucht gegrepen getallen'. Mijn school werkt helemaal niet met een universele opslagfactor van 1,7. Mijn school programmeert een vast aantal lessen per week voor 1 fte leraarschap. Dat aantal werd m.i.v. afgelopen september weer met 1 verhoogd. Er volgde geen mededeling van bestuur of schoolleiding dat we voortaan de lessen minder grondig hoefden voor te bereiden, minder toetsen hoefden af te nemen, minder individueel contact met ouders of leerlingen hoefden te hebben.

         

        Bovendien telt het schooljaar 40 onderwijsweken. WMS gaat uit van '37 lesweken'. Is dat een 'juist getal', naar zijn opvatting? Mijn school programmeert geen proefwerkweken. Er zijn geen drie weken in het schooljaar waarin ik geen les hoef te geven en geen alternatieve onderwijsvormen hoef uit te voeren. Ik geef gewoon tijdens 40 schoolweken onderwijs.

         

        Ergo: wat in de discussie 'juist' geacht wordt, is iets anders dan wat WMS 'reëel' vindt. En dat is weer wat anders dan wat in de schoolpraktijk de feiten tonen.

         

        Ergo 2: om 'de juiste getallen' te laten werken in een discussie is eerst nodig om overeenstemming te hebben over wat 'de juiste getallen' zijn.

         

        In de grond zijn we het eens: het is de moeite waard om te strijden voor een reële opslagfactor, die leraren in de gelegenheid stelt om de kwaliteit te leveren die ze waard zijn. Maar je aantal van 1476 uur aan lesgerelateerde zaken plus deskundigheidsbevordering is meer (gerechtvaardigde) wens dan realiteit. Mag, kan, prima. Maar noem dat dan niet 'de juiste getallen'.

         

        • Juiste getallen

          Mijn getallen waren voorbeeldgetallen (van mijn vroegere school een paar jaar geleden – sindsdien niet erg gewijzigd). Uit het tweede deel van mijn reactie was dat al te zien. Had ik er wat duidelijker bij moeten zetten. Juiste getallen zijn bedoeld als juiste getallen voor de school waar je werkt.

          In een schooljaar kom je volgens mij nooit op 40 onderwijsweken. 52 weken – 12 weken – kerst,nieuwjaar ed, kom je op maximaal 38 en nog een beetje. Haal daar nog wat opstart- en eindejaarstijd af en je zit op minder dan 38 weken.

          Verder lijkt het dat jouw reactie aantoont dat je de juiste getallen niet kent. Er is toch een taakbeleid op school? Daar staan de getallen in. Soms een factor, soms een absoluut getal in uren of minuten. Als er een les bij komt, moet een MR hebben ingestemd (of hebben geslapen).

          Een les extra zonder dat er iets afgaat, betekent automatisch dat andere taken (voorbereiding enz) in het gedrang komen. Dat dient een MR te benadrukken als feit. Voor korte tijd (jaar) wil een leraar wel extra tijd investeren, maar daarna schrap je vanzelf zoveel tot je weer op een fatsoenlijke werkweek uitkomt. Een schoolleiding die kiest voor teveel lessen per docent, kiest voor slechte voorbereiding en daarmee voor slecht onderwijs. Maar dit stond ook al in mijn eerste reactie.

          Klaas Wilms

  4. Dit soort vernieuwers hekelt

    Dit soort vernieuwers hekelt steeds het verondersteld 'mechanistische' van het traditionele klassikale onderwijs. Maar zie eens de taal waarmee Olaf het onderwijs bepsreekt, alsof er sprake is van een productieproces met een productieketen. Het onderwijs is volgens hem een leerfabriek, waar de productie verhoogd kan worden door meer automatisering in te voeren en op personeel te bezuinigen!

    Ik gruw van zulke voorstellingen van zaken want ze kloppen van geen kant. Leerlingen zijn geen producten die je met wat mechanische ingrepen kunt verbeteren.

    Bovendien slaat zijn fabrieksvoorbeeld volgens mij de plank mis: een fabriek voert niet de productie op in barre tijden maar legt de fabriek juist enige tijd stil vanwege tegenvallende verkopen.

    De man slaakt kreten waar de praktijkmens niets mee kan, want die kreten zijn vaak met elkaar in strijd. Zoals hier: enerzijds het verwijt van mechanistisch richting traditioneel onderwijs (wat een valse voorstelling is) maar anderzijds het onderwijs beschouwen als een fabriek met een productieproces. Enerzijds het traditionele onderwijs veroordelen, anderzijds het veel competitievere en traditionelere onderwijs van Azie als voorbeeld geven.

    Je hebt niets aan dergelijke duurbetaalde kretologie.

Reacties zijn gesloten.