Actieplan Leerkracht, Dijsselbloem en Competentieonderwijs

In de bijlage een samenvatting van het overleg in de 2e Kamer over het CGO. Legt men het Actieplan Leerkracht en de adviezen van de Commissie Dijsselbloem ernaast, komt men tot de sombere conclusie dat er weinig zal veranderen voor de positie van de docent en van het niveau van het onderwijs.

Enkele tegenstrijdigheden tussen Actieplan Leerkracht/Dijsselbloem en het standpunt van het Ministerie OCW :

– inspraak docenten is van belang -> maar CGO wordt hoe dan ook ingevoerd ; voldoende draagvlak docenten is niet van belang.
– meer bevoegde docenten voor de klas ; niveau moet omhoog -> maar CvB blijven het recht houden tot het aanstellen van instructeurs/onbevoegde docenten. Zal niet door de overheid worden opgelegd.
– lagere werkdruk -> maar controle vereist gaat nu eenmaal gepaard met “papier” (dus er verandert niets)
– meer aandacht voor Nederlands en Rekenen -> maar niveau 3 leerlingen mogen niet de dupe worden van stringente eisen aan algemeen vormende vakken

Laat ik maar stoppen met het zoeken naar en vinden van verdere tegenstrijdigheden. Ik kom nu al tot de conclusie dat het Ministerie OCW weinig / niets heeft geleerd van alle kritiek vanuit het onderwijsveld (docenten).

Een trieste constatering, zeker nu docenten in het beroepsonderwijs (voorlopig) ook al moeten afzien van hetgeen is afgesproken in het Convenant voor (financiele) versterking van de positie van de docent. Ook daar grijpt het Ministerie niet in. Blijkbaar vinden ze het niet/nauwelijks de moeite waard om het vak interessanter te maken voor docenten.

De beloftes smelten als sneeuw voor de zon…

1 Reactie

  1. Standenmaatschappij
    Wat mij hogelijk dwars zit is de intolerantie en starheid in het onderwijssysteem die de politici accepteren. Deze is het gevolg van enerzijds het bestaan van de brancheraden (MBO-raad, HBO-raad, MO-raad) en anderzijds de feitelijke monopoliepositie van de schoolorganisaties die deze raden bemensen. Opengooien die handel!! (want handel is het wat het geworden is)
    De oppositie tegen de uniformering wordt afgezwakt doordat er voor intelligente en wel-to-do ouders nog steeds ontsnappingsroutes zijn: witte basisscholen, Zelfstandige Gymnasia en universiteiten die mogelijk wel aan kwaliteit hebben ingeboet maar nog steeds aan internationale normen voldoen. De kinderen van intelligente en rijke ouders volgen hun tertiaire onderwijs meestal aan een universiteit.
    De combinatie van bovenstaande factoren heeft de implementatie van het ideaal dat elke leerling onafhankelijk van zijn ouderlijk milieu onderwijs moet (kunnen) krijgen overeenkomstig zijn capaciteiten verslechterd.
    Seger Weehuizen

Reacties zijn gesloten.