El Commandante.

El Commandante.

We kennen allemaal dat gevoel  dat je het beste kan omschrijven als ‘toen stond mijn verstand stil’. Een toestand van stille verbijstering meestal om te veel onbenul, schaamteloosheid, disrespect of een combinatie van dit alles. Dat ‘verstandsgevoel’ moeten zowat alle leden van het AOB gehad hebben die aanwezig waren bijde ontmoeting met de nieuwe hoofdman van de VO-raad, hopman Paultje. Paultje ging er prat op dat hij de vakbondsmeute stil kreeg toen hij hen duidelijk maakte dat het nu maar eens over moest zijn met het bashen van onderwijsbestuurders en managers, en ook die ‘professionele ruimte’ en verlaging van de werkdruk moesten de docenten maar eens op hun buik gaan schrijven want in crisistijd en geld- te- wei nig- tijd zijn dat toch al snel extreme eisen.

Mijn verstand stond stil toen ik dat las op de blog van de kersverse VO bestuursvoorzitter hopman Paultje. Iemand die er nog altijd groots op is dat hij de stakingsleider van de allerlaatste grootste havenstaking is geweest gaat nu helemaal van zichzelf verguld eventjes de vakbond duidelijk maken dat er, wat hem betreft, een andere wind waait in het onderwijs, de hopman Paultjeswind, een gure wind in dienst van onderwijsbestuurder en manager.

Het was zuster Marja ( oud-minister van onderwijs) die op een symposium van Beter Onderwijs Nederland ook al eens een pleidooi voor de onkreukbare hardwerkende en altruïstische bestuurder weggaf. Ook zij riep op om te stoppen met het bashen van de bestuurderslaag van het onderwijs. Ik heb haar toen in een column duidelijk gemaakt dat het niet de docent is die van het onderwijs een chaos heeft gemaakt, niet de docent is die de mooie schoolgebouwen heeft afgebroken en vervangen door onderwijsfabrieken, niet de docent die de onbevoegden en onbekwamen benoemt, niet de docent die de werkdruk alsmaar verhoogt enz…. Het is de bestuurder die zich laaft aan de vele subsidiepotten en geen greintje schroom heeft als hij zichzelf een bonus toebedeelt voor een geslaagde reorganisatie waarbij honderden docenten het veld mochten ruimen. Dus dat ga ik hier niet herhalen.

Want hopman Paultje weet niet zo veel van het Nederlandse onderwijs. Tijdens zijn politieke carrière heb ik hem er nooit over gehoord en daarna verdween hij uit de publieke sfeer en dook plots weer op bij de IKON en vele rondreizen in de wereld der armen, liefst in een ver buitenland. Daar bekwaamde Paultje zich als bestuurder. Hij bracht namelijk de armoede in kaart. Dat kunnen alle bestuurders, iets in kaart brengen, of in kaart laten brengen, en daar dan dikke rapporten over laten schrijven, meestal door duurbetaalde louche consultancybureautjes. Bureautjes die voor hun wollige zweefteverij handenvol geld hebben gekost. Zo veel handen vol dat er hier en daar een schooltje omviel. Voor de bestuurder geen probleem die kon in een ander schooltje aan de slag, had hij op voorhand door een ander duur bureautje in kaart laten brengen, de docenten die stonden en staan op straat.

Te hoge werkdruk, oudere docenten die aan de deur worden gezet, diplomafraude en gesjoemel, failliete scholen, inleveren bapo-uren ( ouwe lullen dagen), gesjoemel met taakbelastingbeleid, de lijst van misstanden en toestanden in het onderwijs begonnen bij de zo begeerde autonomie van de scholen, lees: de ongebreidelde zucht naar bestuurlijke zelfbevlekking, is eindeloos lang, al jaren lang.

Hopman Paultje gaat op koffiekransje met een aantal directeurtjes en waar zeurt dat volk over als ze hun nieuwe hopman ontmoeten? Dat zij, de hardwerkende bestuurder met auto met chauffeur en een beloning ter grootte van de Balkenende-norm, in pers, columns en andere schrijvelarijen op de hak worden genomen. Als Paul ferm heeft gesteld dat hij daar vooral de vakbond eventjes voor op zijn nummer zal zetten gaan de bestuurderdertjes verder met het verkopen van hun gebakken lucht en hoe het Nederlandse voortgezet onderwijs er volgens hun in 2020 uit moet komen te zien. Niet verwonderlijk want die gebakken lucht brengt al twintig jaar veel geld in het laatje.

Hopman Paul vergeet voor het gemak dat die vakbond betaald wordt door de leden zelf. Elk lid betaalt van zijn eigen loon de contributie voor de vakbond. De heren directeuren en bestuurders betalen de contributie van hun lidmaatschap aan de VO –raad met belastinggeld uit de grote pot. Verder vergeet hopman Paultje dat elke docent er door zijn management op gewezen wordt dat de twee grootste deugden  van de docent volgens de bestuurder niet didactiek en pedagogiek zijn maar zelfreflectie en feedback ontvangen. Nu, wat de columnist doet, en diegene die kritiek levert op de zonnekoningen van het onderwijs is niet meer dan feedback geven om er voor te zorgen dat die graaiende zweefliegers ook eens op zichzelf gaan reflecteren.

Ik heb me vergist, ik buig en strooi as op het hoofd, en denk aan de wijze woorden van mijn opa ‘oordeel niet naar zijn woorden, maar naar zijn daden’. Dat doe ik dan ook en moet tot de conclusie komen dat het woordje ‘hopman’ voor Paultje te lief is, te snoezerig, te braaf. Aangezien Paul er bij zijn eerste optreden met de vakbond, de vertegenwoordiger van de werknemer, prat op gaat dat hij door zijn vermanende woorden en starre houding het gepeupel stil kreeg, geldt vanaf nu niet meer ‘hopman Paultje’ maar ‘el commandante’.

 

Jesse Jeronimoon  

11 Reacties

  1. Met Psychologie en Didaktiek

    Met Psychologie en Didaktiek worden normaal akademische disciplines aangeduid en geen deugden. Deugden zijn eerder gewenste karaktertrekken. De eerste eis die men aan een leraar moet stellen is dat hij zijn leervak beheerst. Hij is er zich bij het les geven dan bewust van hoe het onderdeel van zijn leervak dat aan de orde is past in het geheel. Hij moet boven de leerstof van het moment staan en ook links naar andere vakken kunnen leggen. Hij moet kunnen “spelen” met de leerstof. Het is haast uitgesloten dat iemand in een leervak goed kan onderwijzen wanneer hij van dat leervak weinig afweet. Het bezitten van psychologische en didaktische gaven is gedeeltelijk een persoonlijkheidskenmerk. Iemand kan die in ruime mate bezitten zonder ooit les gegeven te hebben. Anderzijds zijn er docenten die die gaven niet hebben en bij wie scholing in die disciplines weinig bijdraagt aan beter les geven. Soms omdat ze het meteen goed doen. Vóór de schoolbesturen en detail wilden voorschrijven hoe les gegeven moest worden kon een docent vaak het beste les geven op een wijze waarop als het ware zijn hele persoonlijkheid naar voren kwam. Vóór de Zoek het zelf maar uit didaktiek door de onderwijsvernieuwers werd voorgeschreven was het voor een soepele kennisoverdracht wel belangrijk dat de leerlingen er van overtuigd waren dat een leraar tijdens de les wist waarover hij sprak. Ik zou verbaasd zijn over de nadruk die de onderwijsraden op bijscholing leggen als ik hier op de website niet geregeld zou lezen dat dat is omdat daarmee in Onderwijsland geld en invloed gemaakt kan worden zonder dat de leerlingen en leraren in de klas daar veel aan hebben. Een leraar moet in principe zo veel van zijn leervak weten dat hij zichzelf kan aanpassen aan veranderingen in het lesprogramma. De wapenrusting van een leraar moet in volgorde van belangrijkheid uit de volgende onderdelen bestaan: 1. zeer goede leervakkennis; 2. bewustzijn van het belang van psychologische en didaktische kennis en 3. In het bezit zijn van de vechtlust en machtsmiddelen  om bemoeizuchtige buitenstaanders ver weg te houden. Dat laatste geldt natuurlijk alleen zo lang hij in staat is voldoende goede onderwijsprestaties wat zijn vakgebied betreft te leveren.

    Schoolbesturen hebben helemaal geen belang bij GOED psychologische scholen van docenten. Psychologische scholing is immers ook een wapen dat docenten tegenover hun besturen zouden kunnen gebruiken. In zo verre klopt het verhaal van Jeronimo uitstekend.

  2. De positie van de man maakt

    De positie van de man maakt dat hij alle besturen vertegenwoordigt. Op zich al een belachelijke constructie natuurlijk, dat een man alle diverse onderwijsbesturen zou kunnen vertegenwoordigen. Ik vind het dan niet onlogisch dat hij zich om te beginnen wil inlikken bij al die besturen. Maar als ik de baan zelf al ridicuul vind, volgt daaruit dat ik alle uitspraken van iemand op zo'n post ook ridicuul vind.

    Ik vind de man dus zeker niet een commandant, maar eerder een merkwaardig fenomeen.

    Om te beginnen zou hij journalisten duidelijk kunnen maken dat hij niet de diversiteit aan leerkrachten vertegenwoordigt.

  3. Ik snap niets van die

    Ik snap niets van die opmerkingen van Marja en Paultje. Als iemand zich met mijn zaken wil bemoeien omdat hij vindt dat hij beter weet wat goed is voor mijn kinderen, een heleboel verknolt en daar nog eens dik voor betaald wordt dan is hij in mijn ogen een ordinaire boef die volgens mij de bak in moet. In mijn ogen was de oude Gynnasium-ß opleiding van vóór de Mammoetwet de perfecte opleiding voor mijn kinderen en tegenwoordig kun je alleen nog maar op zoek gaan naar de minst slechte opleiding. Ik ben er ook niet van overtuigd dat die opleiding opgeheven moest worden omdat anders te weinig gedaan kon worden om intelligente kinderen die hun milieu niet meehadden een betere kans te bieden. Dat had ook anders opgelost kunnen worden. Schoolbestuurders en onderwijsmanagers hebben sedert de Mammoet van Cals systematisch kapot mocht gaan trappen zelf ijverig aan de vernieling van het onderwijs meegewerkt.Waarom zou ik respect moeten opbrengen voor mensen die het systematisch voor ouders moeilijker maakte om hun kinderen een goede scholing te bieden? Voor de rechter zouden ze moeten komen wegens de deelname aan een misdadige organiatie die zonder geldige reden probeert om ouders uit de ouderlijke macht te zetten. Aan de garotte zou ik zeggen als ik een vroom Islamiet was. Wie het onderwijs wurgt verdient het om zelf gewurgt te worden. Oog om oog, tand om tand! Maar ik ben geen Islamiet en ik ben ook niet vroom. Maar mijn andere wang toekeren is wel het laatste waar ik zin in heb.

  4. Als oud-“vakbondsman” zo je

    Als oud-"vakbondsman" zo je oud-collega's toespreken? (lees: je oude idealen plotseling niet meer herkennen)

    "El commandante" is te veel eer, maak er maar "The Great Disgracer" van.

  5. Een treurig schouwspel.

    Een treurig schouwspel. Nederland wordt bestuurd door mensen die geen mens meer zijn, maar functionaris, of professional of hoe je dat soort ook zou moeten noemen. Organisaties hebben een "missie" en een "doel" en huren poppetjes met de juiste namen in hun telefoon die bereid zijn om hun eigen gedachten weg te zetten ten faveure van die missie, dat beleidsdoel of die rijdende trein.

    De plannen moeten uitgevoerd en de hersenen worden enkel nog gebruikt om dat zo effectief mogelijk te doen. De wereld is een spelletje waarin de betrokken poppetjes de ene keer deze en de volgende keer een andere rol spelen. Inhoudelijke consistentie is geen criterium meer, het gaat er slechts om dat je je "competenties" inzet voor het doel van je huidige werkgever, zoals een voetballer van club verandert, zo verandert een hbo bestuurder in een minister en een vakbondsman in een arrogante radenbaas. Volledig consistent in hun eigen speelgoedwereld: ze doen hun best voor de organisatie die ze het meest betaalt.

  6. ’t mag wel een paar tikkies

    't mag wel een paar tikkies minder op de man gespeeld, zelfs als het een column is. We zijn sterk in het inhoudelijk debat. Laten we dat dan ook doen!

  7. Wat een slechte

    Wat een slechte scheidsrechter. Eerst ziet ie die elleboog niet ( collega even stil wegens buiten bewustzijn), dan ziet hij de schwalbe niet van de tegenpartij en nu dit. Ach zal wel iets te maken hebben met belchinezen en matchfixing.

  8. Een inhoudelijk debat brengt

    Een inhoudelijk debat brengt weinig als je tegenstander niet integer en eerlijk is. Als je denkt dat je tegenstander niet zo is kun je je beter richten op het vinden en geloofwaardig maken van de werkelijke motieven en bedoelingen van je tegenstanders. Het feit dat, hoewel BON sterk is in het inhoudelijk debat, zij toch maar weinig bereikt sterkt het vemoeden dat het eerstgenoemde niet van toepassing is.

  9. De schrijver van de column

    De schrijver van de column zou er verstandig aan doen zorgvuldiger te formuleren. De boodschap zal hierdoor krachtiger overkomen.
    Nu wemelt het in de tekst van de slordigheden. Zo bevat de titel van de column een joekel van een fout. Comandante wordt geschreven met één m.

  10. De auteur van de column zou

    De auteur van de column zou er verstandig aan doen zorgvuldiger te formuleren. Dan zal de booschap van de tekst met meer kracht overkomen.
    Nu wemelt het in de tekst van de slordigheden. Zo staat er een joekel van een fout in de titel. Comandante wordt met één m geschreven.

Reacties zijn gesloten.