Een mooie illustratie van de manier waarop de RvB van een middelgrote scholengroep in het midden des lands denkt over het thema “vertrouwen”. In elk geval is ‘vertrouwen’ kennelijk een reden om een docent zeker niet meer dan LB te betalen en de verantwoordelijkheid daarvoor vrolijk af te schuiven. Overigens is uit betrouwbare bron te vernemen dat er inderdaad gaat (zoals in de tekst te lezen valt) een hoop geld in dat stafbureau gaat zitten. Niet alleen door de luxe aankleding maar vooral door de betaling van degenen die het bureau bevolken.
———————
Vertrouwen
Overal in de samenleving speelt gebrek aan vertrouwen: tussen politiek en burgers, tussen leidinggevenden en professionals. Dat gaat niet aan scholen voorbij. Ook leraren laten zich soms argwanend uit over hun schoolleiding of hun bestuur. Ik vind dat een fatale ontwikkeling!
Vertrouwen over en weer is de basis voor een goede arbeidsrelatie. Vertrouwen bindt en haalt het beste in mensen naarboven. Vertrouwen is cruciaal als het gaat om samenwerking: tussen personeelsleden onderling; tussen leraren en leerlingen; en tussen leidinggevenden en medewerkers. Door gebrek aan vertrouwen voelen medewerkers zich beknot en ondergewaardeerd en gaan leidinggevenden orders uitdelen en controleren. Denk maar eens aan de handhaving van de 1040-norm.
Ook binnen onze scholengroep schort het vaak aan vertrouwen. Zo ontving ik laatst een e-mail van een nieuwe docent die het betreurt dat hij geen kans maakt op een LC- of LD-functie, omdat – zo had hij op school gehoord – het geld daarvoor in het stafbureau gaat zitten. Dit voorbeeld maakt duidelijk dat vertrouwen ook actieve kennis vergt. Bijvoorbeeld over het feit dat de scholen van de XXX Groep aan de ene kant profiteren van de voordelen van grootschaligheid, doordat ze bijvoorbeeld zaken als salarisadministratie en ict in een gezamenlijke backoffice kunnen onderbrengen. Aan de andere kant is ervoor gekozen de verantwoordelijkheid voor onderwijsinhoud en -organisatie (dus ook functietoedeling) op schoolniveau te beleggen, herkenbaar voor leerlingen en medewerkers.
Wij hebben onze XXX Groep de laatste jaren ingericht vanuit het idee dat zaken die beter lager in de organisatie geregeld kunnen worden, nïet bovenschools ter hand genomen moeten worden. Alleen al door dat principe als uitgangspunt te nemen, is vertrouwen uitgesproken in de kwaliteit en het inzicht van de verschillende medewerkers en leidinggevenden. Als je verantwoordelijkheid diep in de organisatie legt toon je respect voor ieders vakmanschap. Dat moeten we vooral blijven doen. Juist in het werk dat wij doen, is dat zo belangrijk. We moeten weten wat we aan elkaar hebben, anders ga je elkaar loslaten. En dus ben ik blij met iemand die hardop uitspreekt wat blijkbaar meer wordt gedacht. Dan krijg je de kans om aan onderling vertrouwen te werken.
Afzender: lid CvB van de XXX Groep
———————
Is de strekking niet
Is de strekking niet dat de schrijver bedoelt te zeggen dat die nieuwe medewerker onterecht dacht dat hij geen kans maakte op meer dan LB vanwege dat dure stafbureau? Of moet ik hier een “wees maar tevreden met je LB en heb vertrouwen in onze keuze geld te steken in een centrale administratie” in lezen?
Het laatste
Het laatste is de werkelijkheid, het eerste is de bedoeling. Daarmee misbruik je (m.i.) het begrip vertrouwen.
Vertrouwen
1; 2; 3; 4; 5, met *uitleg*…