Gisteren heb ik bij toeval een 4-mei-herdenking bijgewoond. Wat mij trof was dat Hitler bij onze oosterburen aan de macht kwam doordat de Duitsers hun vertrouwen in de politici en de democratie verloren en hun heil in de handen legden van een goedgebekte avonturier die de Duitsers welvaart en compensatie voor vernederingen beloofde. Bij mijzelf heeft het debat over onderwijs op deze website een grote afkeer van politiek en politici doen ontstaan en ik zal bij verkiezingen nooit stemmen op oude gevestigde partijen. Ik sta daar niet alleen in. Het falen van de politiek wordt door velen gevoeld en die gevoelens komen tot uitdrukking door de groei van politieke partijen die ver van het politieke midden afstaan. Helpt BON door het stimuleren van het bewustzijn over het falen van de politici het vertrouwen in de demokratie verder te ondermijnen of versterkt ze haar juist omdat zij een bewijs is van het zelfreinigend vermogen van een demokratische samenleving? Het is nu aan de politici om in woord en daad aan te tonen dat het laatste het geval is.
Reacties zijn gesloten.
vreemde vraag
Dat er veel fout is met de parlementaire democratie, dat ze weinig feeling heeft met wat er in het land speelt en dat het onduidelijk is wie in dit land waarheen stuurt is, zie ik goed. Dat extremisme daarop een antwoord van sommigen kan zijn: duidelijk en zorgwekkend!
Maar je vraag, beste Seger, of “we” als BON corrigeren of destabilisatie ondersteunen vind ik, hoewel legitiem, een vreemde.
Is BON een vereniging/groepering van mensen die verantwoordelijkheid voor een kwalitatieve samenleving afschuiven of afgeven aan menners? Volgens mij, NEMEN we daadwerkelijke verantwoordelijkheid en doen we dat degelijk en constructief (en dus kritisch!).
Neen, wij zijn niet het probleem! Als de crisis zo fundamenteel is, dat de democratie op het spel staat, dan moet je BON zien als een (bescheiden) correctiebeweging.
Bovendien: goed onderwijs – zoals ik het voorsta, en ook daarin herken ik me in BON – is ook bijdragen aan (behouden van) vorming van mensen die kritisch verantwoordelijkheid kunnen nemen voor/in de samenleving op een rationele en verstandige en op anderen betrokken manier: verantwoordelijke mensen met de daarvoor noodzakelijke bagage.
Kortom: Voor mij is het duidelijk dat de beweging BON en hetgeen wat ze inhoudelijk voorstaat, nodig zijn om een democratische samenleving te waarborgen.
Democratie: veel te weinig!
Ik heb juist het gevoel dat het ‘afstaan’ van je macht aan populisten (w.o. A. Hitler) een gevolg is van een te weinig functionerende democratie. Dat is dan weer afhankelijk van je visie op democratie.
Democratie is niet een ‘wij roepen, u voert uit’ proces. Voor een echte goed functionerende democratie moeten mensen goed geschoold zijn en niet te lui. Ze moeten zich verdiepen in de processen in de samenleving en ze moeten daarop een visie ontwikkelen. Op basis van deze visie volgen ze de nieuwe ontwikkelingen en bekijken of hun basisvisie houdbaar is en ook van toepassing op de nieuwe ontwikkelingen. Democratie is geen automatiek waar je de ene keer deze en de andere keer díe wens uit de muur trekt (b.v. goed onderwijs en ook nog eens lage belastingen. Dat gaat gewoon niet samen.)
Daarnaast moet je er als democraat grondig van doordrongen zijn dat je voor een democratisch besluit een meerderheid nodig hebt. Je moet je erbij neer kunnen leggen dat je je zin niet krijgt als er voor jouw idee geen meerderheid te vinden is.
Voor onze democratie zijn zeer duidelijke en goede procedures afgesproken. Ja, die kosten allemaal tijd. Dat is de prijs die je betaalt voor een goede (of in ieder geval de minst slechte) samenlevingsvorm die er is.
Kortom: een goede democratie eist zeer veel van de (echt) betrokken samenlevers:
– goede scholing, bereidheid de ontwikkelingen te volgen
– ontwikkeling van een eigen visie, doordenking van de consequenties daarvan (goed onderwijs kost geld)
– respect voor procedures, regelingen en afspraken. Accepteren dat dit tijd kost en veel overleg
– je kunnen neerleggen bij besluiten waar je het niet mee eens bent, gewoon omdat je geen meerderheid krijgt.
twee richtingen
Beide richtingen, zoals in de discussie geschetst, vind je momenteel in de peilingen terug. Enerzijds winnen de ‘makkelijke oplossingen’ predikende populisten (Verdonk/Wilders) aan virtuele stemmen; anderzijds groeit D’66 weer juist in reactie op de extreme uitersten (waaronder ook de SP geschaard kan worden). Er is weer behoefte aan ‘nuance’; aan een afgewogen oordeel en welke A. Pechthold lijkt te geven (en als verklaring voor de wederopleving van D’66 wordt gezien).
Het “probleem” van onze hedendaagse samenleving is dat er niet meer wordt gedacht in politieke stromingen, maar in one-issue bewegingen. Synoniem voor een directe behoeftenbevrediging? Onderwijsproblematieken kunnen haast naadloos worden ingeruild voor politiefunctioneren, de zorg of, zoals ik laatst ’n generaal b.d. zag beweren in de krant, het leger. Als het gaat om arbeidsomstandigheden en salaris in het onderwijs is het niet ‘na ons de zondvloed’ maar blijkbaar ‘na ons het leger’ want de generaal b.d. pleitte er voor de miljoenen van Plasterk als ’n voorbeeld te zien voor wat er met het leger zou moeten gebeuren (blijkbaar is het de generaal ook niet duidelijk dat die miljoenen goeddeels een sigaar uit eigen doos betreffen).
BON is ook zo’n one-issuebeweging. Hoewel docenten i.h.a. maatschappelijk betrokken zijn, vragen wij ons niet/nauwelijks af waar Plasterk, waar Bos, waar de regering het geld vandaan moet halen. Wij hebben een “probleem”; overheid/samenleving los het maar op.
Het gaat nog altijd om de verdeling van de (beschikbare) koek. Mijn financiële expertise gaat niet zo ver dat ik daar zinnige dingen over kan zeggen. Daarom roer ik maar de trom; om aandacht te vragen voor datgene waar ik wél wat zinnigs kan zeggen. Onderwijs bijvoorbeeld.
Kort door de bocht
Ik heb toch wel wat kanttekeningen bij je beweringen. Inderdaad is BON een één onderwerp beweging. Dat vind ik ook zuiver. BON heeft niet de kennis in huis over andere onderwerpen en elke keuze, elke koppeling van onderwijs met andere maatschappelijke domeinen, maakt het voor mensen lastig om mee te doen. Je moet dan kiezen tussen de BON mening over onderwijs en die over de oorlog in Afganistan. Zuiver dus om die koppeling niet te leggen.
Daar tegenover staat dat BON wel degelijk is opgericht vanuit een maatschappelijke visie, vanuit een geconstateerd maatschappelijk probleem. Ad heeft hierover geschreven natuurlijk.
Ook biedt BON wel degelijk oplossingen. Zelfs voor de financiële kant van het verhaal. Denk daarbij aan minder overhead, een minder dikke schil van onderwijs verzorgingsinstituten en aan schaalverkleining. Ook is herhaaldelijk gepleit voor versobering van lesmateriaal. Verder is de salariswens niet de primaire wens van BON. Je kunt BON niet beschuldigen van een luie houding als of de club van alles en nog wat van de overheid verlangt. Lijkt me allemaal zeer onterecht. Bovendien vraagt BON voor het eigen werk niets van de overheid, niets van de ouders, niets van de leerlingen en niets van de werkgevers. Terwijl er honderden zeer hoog gekwalificeerde uren per maand worden gedraaid. Volledig belangeloos.
De samenleving, de overheid heeft een probleem en BON lost dat op. Zo is het en niet anders.
Tenslotte terzijde iets over makkelijke oplossingen. Als ik eerlijk ben biedt BON een makkelijke oplossing uit het rekendrama. Een goede, goedkope en gemakkelijke oplossing. Maak gebruik van de (bewezen) traditionele didactiek. Gebruik boekjes uit Belgie en school leerkrachten bij. Het is mijn overtuiging dat traditionele didaktiek voor leerkrachten eenvoudiger is dan realistisch rekenen.
Ik vind makkelijke oplossingen eigenlijk wel plezierig. Denk ook dat makkelijke oplossingen wel eens beter kunnen werken dan moeilijke oplossingen. De laatste hebben de neiging om een berg aan overheid en overlegtijd te kosten en in niets te resulteren. Moeilijke oplossingen lossen vaak niets op, maar kosten bergen geld en maken de samenleving uitermate complex. Laten we twee voorbeelden nemen: de strippenkaart vs de OV chip en het rekeningrijden versus accijns in de benzineprijs.
Binnen het onderwijs waren er ook veel moeilijke oplossingen. De allochtone kinderen hadden een taal achterstand. De makkelijke oplossing is om extra taallessen buiten schooltijd te verzorgen. De moeilijke is om onderwijs in eigen taal- en cultuur te gaan geven , want, zo was de ingewikkelde redenering, als die kinderen dat maar goed konden, dan werden ze vanzelf beter in het Nederlands. Ik heb dat nooit begrepen. Als je iemand wilt leren schaatsen, zet hem dan op die ijzers, maar ga niet eerst samen volleyballen (waardoor zijn vertrouwen in en kennis van zijn eigen lichaam toeneemt en hij dan zonder angsten vanzelf schaatsen leert). Kortom: al die moeilijke oplossingen hebben ons nogal van het juiste pas af geholpen.
BON heeft niet de kennis in huis over andere onderwerpen…
Namens wie spreek je, 45?
Ik spreek altijd alleen namens mezelf
Maar dat zal de bedoeling van je vraag wel niet zijn geweest. Je bedoelt te vragen naar argumenten.
Laat ik dan dit zeggen: BON is een onderwijs vereniging. We hebben ons verenigd onder de paraplu van een specifieke mening over onderwijs. Ik heb niet meer beogen te zeggen dan dat kennis over onderwijs de natuurlijke kennisbasis is van de vereniging. Kennis over defensie, vervoer of kunst of sport is hooguit toevallig aanwezig en over die onderwerpen zullen de meningen verdeeld zijn.
Maar eerlijk gezegd begrijp ik de discussie niet goed. Wordt er serieus geopperd om de doelstellingen uit te breiden? Met welk nut dan wel?
We zijn hopelijk geen vakidioten…
‘Kennis over defensie, vervoer of kunst of sport is hooguit toevallig aanwezig en over die onderwerpen zullen de meningen verdeeld zijn.’
Dat ’toevallig’ vraag ik mij af.
Die ‘verdeelde meningen’ is wel zeker.
Ook over onderwijs lopen de opvattingen vanzelfsprekend uiteen.
Juist in onderwijskringen is over het algemeen veel algemene kennis aanwezig, met bovendien ieder zijn eigen specialisatie, zoals jij je wiskunde.
Bovendien kun je onderwijs onmogelijk los zien van andere problemen en opvattingen in de samenleving.
Dus, ik pleit zoals je al weet, eerder voor verruiming dan voor verenging van de discussie.
Daar gaf Seger een mooie voorzet mee.
Re: kort door de bocht
Ik bedoelde m’n vergelijking meer in algemene termen, en niet specifiek BON (ik merk dat er elders ook al met m’n quote aan de haal is gegaan).
Wat te constateren valt is dat het lidmaatschap van politieke partijen terugloopt, maar dat mensen hun heil zoeken bij bewegingen zoals Greenpeace, Natuurmonumenten, een ANWB, een Motorrijders Actie Groep, of zelfs lokale actiegroepen, etc etc.
Het ’totale plaatje’ is blijkbaar niet interessant (meer). “Ik/we” heb(ben) een probleem; overheid los het maar op in de zin van “geen racecircuit meer in m’n achtertuin” (maar dat er zowat nergens autosport meer bedreven kan worden is niet “mijn” probleem); geen herrie meer van Schiphol (maar “we” gaan nog wel met z’n allen op vliegvakantie); “geen nieuwe spoorlijn” (maar de files blijven groeien) etc etc
Dát is wat ik bedoelde te zeggen, over “het politieke klimaat” in NL. Individualisering ten top. Als je “bek” maar groot genoeg is (zoals Brinkman nog onlangs). En de overheid laat zich daardoor leiden, hetgeen juist een weinig consistente politiek tot gevolg heeft.
BON is eveneens een one-issue beweging, maar springt er inderdaad uit door een oplossing voor te stellen die voor een groot deel met gesloten portemonnee kan worden verwezenlijkt. Ik denk alleen dat dat een cultuuromslag betekent, niet alleen voor het onderwijs maar voor de hele (managers)cultuur in Nederland.
één richting !
ref : wankelende democratien – twee richtingen
(ingediend door geschiedenisleraar op ma 05/05/2008)
(quote, hierboven)
— docenten i.h.a. maatschappelijk betrokken zijn, vragen wij ons niet/nauwelijks af waar Plasterk, waar Bos, waar de regering het geld vandaan moet halen — wij hebben een “probleem” — overheid/samenleving los het maar op
(unquote).
Ik ben het wel eens met je dat de westerse democratie (niet tot NL beperkt) een zeker verval vertoont. Daar valt veel meer over te zeggen , maar dat een andere keer. Nu dit :
Ik ben het gloeiend ONEENS met de bewering dat “wij” een probleem hebben, en dat de overheids-samenleving dat maar moet oplossen. We moeten dat zelf doen ! We moeten de overheid vertellen hoe dat gaat gebeuren.
Het is de overheid die het onmiddelijke probleem heeft, en de samenleving die een al langer doorziekend probleem vertoont. Die problemen zijn over langere tijd ontstaan, het onderwijs is erin terecht gekomen (als ik de kranten lees en BON geloof) ; niet andersom.
Ik heb al eens (op BON) aangegeven waar Bos en vrienden het geld kunnen vinden voor “onderwijs-problematieken”.
Off topic : dit soort problematieken zijn wel even anders dan die bij het “politie-functioneren”. Ook het probleem van “de zorg” heeft geheel andere dimensies dan het “onderwijs-probleem”. Wat het leger met het “onderwijs-probleem” te maken heeft, is mij duister (behalve dat ze daar, misschien, CGL-gesjeesden of -geslaagden goed kunnen “gebruiken”).
Het gaat eigenlijk simpelweg over geld verdelen. Daarover uitweiden wordt te lang voor een reactie zoals deze, ik zet een aanzet daaromtrent in een aparte blog : geld voor onderwijs.
maarten
consumptie-politiek
Beste geschiedenisleraar. Je typeert en perceptieert overheden enerzijds als sinterklaas met een beperkte beurs en anderzijds de samenleving als kindertjes met te grote verlanglijstjes. Ik kijk blijkbaar met andere percepties naar hetzelfde. Wat vreemd dat die overheid en de samenleving tegenover elkaar staan. Wat vreemd dat (bijvoorbeeld) onderwijs zo hard moet zeuren bij de overheid om wat de samenleving wezenlijk nodig heeft. Wat vreemd dat de eerste zorg van de overheid is: zo goedkoop mogelijk vermijden dat mensen in opstand komen. Wat vreemd dat de overheid het onderwijs a.h.w. privatiseerde om geen financiele risico’s te lopen. Ik realiseer me dat ik dan veel meer vanuit ideologieen denk en de centrale waarden (en vooral belangen) die daarmee samenhangen en alles van PvdA tot extreem rechts zie als “neoliberaal”. Wat voor jou – blijkbaar – een gewone evidentie is, zie ik als een historisch gegroeide verhouding tussen overheid en “de mensen”, die berust op liberale principes, die nauwelijks de mijne zijn. Ik kijk dan naar de maatschappelijke analyse en keuzes achter het politieke handelen van partijen. Overigens: is de gerichtheid op populariteit van schreeuwerds als Verdonk of nette heren als Pechtold niet hetzelfde mechanisme als de marktwerking waartoe “de politiek” het onderwijs veroordeeld heeft en dat de oorzaak is van zowat alle ellende in onderwijsland waarover wij ons nu druk maken? De liberale heilstaat die goedkoop moest zijn en ons allen geluk zou brengen, de overheid in een “nette” (gladde) zakenmansrol plaatste met de hand op de knip en (bijvoorbeeld) ons als leraren degradeerde tot mestkalveren in de door een nieuwe vrije-jongens-elite gestuurde “diploma-fabrieken”? Het resultaat is noch kwaliteit, noch voordelig en degradeert iedereen, behalve degenen die denken erboven te staan, tot consumptie-wezen: het neoliberale mensbeeld.
In een democratie
Seger, zijn politici niet in staat om langdurig het ‘gesunde Volksempfinden’ te bespelen.
Lees in de draad hieronder de waardering van onze Vlaamse collegae voor BON en houd moed.
Geen gesomber; de zomer komt eraan.
Inz. wantrouwige Seger / kiezer
Wat u schrijft herken ik ook, en ik voel mij politiek geheel ontheemd. Maar is dat niet gewoon een leeftijdsverschijnsel? Naarmate je ouder wordt en meer weet, vallen allerlei helden vanzelf van hun voetstuk.
Maar je kunt de kwestie ook omdraaien: BON strijdt voor beter onderwijs. Krijg je beter onderwijs, dan krijg je ook betere kiezers. Met die redenering probeer ik mijn leerlingen en mijzelf een beetje moed in te spreken. Of de redenering klopt weet ik eigenlijk niet.
Nee,….
….die redenering klopt niet….
Overigens als reactie ergens boven…de echte democratie ging altijd over issues en niet over ideologiën, hoewel een en ander wel met elkaar te maken heeft.
Een oplossing verzinnen houdt altijd verband met een opvatting over de samenleving.
Dat alles met financiën te maken heeft, bestrijd ik ten stelligste.
De belastingdruk in Nederland is schandalig en dat geldt ook voor de morele druk.
Interessant in deze was de affaire Sophie Scholl.
Seger heeft in zijn item wel een belangrijk punt, maar daar mag op dit forum, geloof ik, niet over gesproken worden.
Niet overdrijven
Hals schrijft: “De belastingdruk in Nederland is schandalig en dat geldt ook voor de morele druk.”
Vraag 1: in vergelijking met welk land is de belastingdruk in Nederland schandalig en zo ja, hoe hoog is deze druk dan?
Vraag 2: wat verstaat u onder de “morele druk”?
Hals schrijft: “[…] maar daar mag op dit forum, geloof ik, niet over gesproken worden.”
Vraag: waarover mag volgens u niet gesproken worden?
op zoek naar een uitlaatklep voor gefrustreerd inzicht
Op de bovengenoemde 4-mei-herdenking werd ik geconfronteerd met mijn besluit om zodra er een politieke partij zou zijn die beloofde en in staat geacht kon worden het onderwijs in Nederland gezond te maken op deze partij te stemmen ongeacht haar overige programmapunten. Denkend aan andere ongewenste ontwikkelingen zoals de bureaukratisering van de (gezondheids)zorg en de toenemende inkomstenverschillen als gevolg van de mondialisering van de economie die zijdelings ook op de BON-site ter sprake kwamen realiseerde ik mij dat als de politieke incompetentie niet zou verdwijnen het bewustmakingsproces dat wij op de BON-site op stoom willen houden veel lezers van de BON-site en hun gesprekspartners voor hetzelfde dilemma zouden kunnen stellen.
Seger Weehuizen
uitlaatklepanalyse gefrustreerd
Dat is knap : 118 woorden in twee zinnen. In de langste zin staan 72 woorden. Dat evenaart de lange-zinnen-kundigheid van Thomas Mann (Nobelprijswinnaar 1929) die volgens een niet nader genoemde telling in het hoogste kwartiel 64 woorden haalde, weliswaar over een veel grotere woordenpopulatie, maar die schreef dan ook in het duits, waar die verschijnselen vaker optreden, een tweede soort germanisme. Deze laatste zin heeft toch nog 48 woorden.
Nederlanders zijn kort-affer. Behalve in ambtelijke en adviseuze regeringsdocumenten, wat verklaart dat een ambtenaar ook wel iets meer verdient, en meer baan-zekerheid behoeft, immers de zinlengte is evenredig aan de ervoor gebruikte tijd. Deze zin heeft 31 woorden.
www.bookrags.com/biography/thomas-mann-dtx/ –
biography of Thomas Mann | 15,048 words, approx. 50 pages, ~300 words per page.
Thomas Mann is one of the most celebrated German writers in history, and he owes part of this fame to the US, where he held citizenship from 1940 onwards. He died in 1955 at the age of eighty, in Switzerland.
His first novel was Buddenbrooks (1901), a saga of a merchant family which traces through four generations the gradual growth of decay as culture slowly saps virility.
Der Zauberberg (1924), a vast symbolic work on the subject of disease in sick minds and bodies, and the sickness of Europe, probes the question of culture in relation to life.
maarten
Hitler had veel aanhang maar
Hitler had veel aanhang maar werd de macht in handen gespeeld door konkelfoeselende, anti-democratische politici die dachten hem aan een touwtje te hebben en verder veel van het “gedachtengoed” van de führer deelden. Lieden als de brave katholiek Papen, die later nog een pauselijke onderscheiding kreeg. Aan dat soort dingen denk ik op 4 mei en dan ben ik blij dat we nu een redelijk funktionerende hebben met doorgaans fatsoenlijke politici die wel steeds kritisch gevolgd moeten worden, o.a. door BON.
De nuance en de ideologie
Kijkend naar deze draad, denk ik: “gelukkig, de nuance is er weer volop onder de Bonners”. Als we het onderwijs willen verbeteren, zijn er extra middelen nodig. Die moeten ergens anders vandaan worden gehaald.
Die keuzes (in het aanpakken van issues) zijn overigens wel degelijk ideologisch gekleurd. Dat toont al de kritiek op het doorgeschoten liberale marktdenken hierboven. De fouten die in het verleden gemaakt zijn, zijn geworteld in de ideologische opvattingen van het CDA (te groot vertrouwen in het maatschappelijk middenveld, althans in vermaatschappelijking van scholen via de grote besturen), van de PvdA (die vindt dat de overheid onorthodoxe maatregelen moet nemen om de gelijkheid te bevorderen) en van de VVD (die niet zo heel veel problemen had met de “verbedrijving” van het onderwijs). Dat een ideologische oriëntatie niet altijd verkeerd uitpakt bewees de SP die vanuit dezelfde ideologische achtergrond als de PvdA beter begreep dat de maatregelen van de laatste partij juist een omgekeerd effect zouden hebben). Deze ongelukkige combinatie van net scheve ideologisch georiënteerde maatregelen verklaart het gecombineerde gedrag van de onderwijspolitici van de laatste decennia. Hadden ze hun verstand erbij gehouden dan hadden ze voorzichtiger geopereerd. In partijen als SP, D66, CU en GroenLinks konden we wel kritische en verstandige kritiek horen. We hebben geen populisten (met impliciete ideologische achtergronden die nog veel gevaarlijker kunnen zijn) nodig om de zaken te keren.