Mbo’er kan nog steeds geen hamer vasthouden

Onderstaand artikel komt uit De Volkskrant van 14 juni 2007.
————————————————————
Mbo’er kan nog steeds geen hamer vasthouden

Het rommelt in de onderwijspolder. En bedrijven staan erbij en hebben straks het nakijken. Ad Verbrugge en de vereniging Beter Onderwijs Nederland stellen terecht dat Competentiegericht Onderwijs (cgo) een middel had moeten zijn om de aansluiting met het bedrijfsleven te verbeteren en de uitval te verminderen (Forum, 15 mei). Sterker: dit zijn centrale doelstellingen van het onderwijsbeleid van de Nederlandse overheid sinds begin jaren tachtig van de vorige eeuw. In die tijd riep het bedrijfsleven al: ‘Ze kunnen nog geen hamer vasthouden.’ Op voorstel van de commissie-Wagner is daarom sinds begin jaren negentig het bedrijfsleven nauwer bij het middelbare beroepsonderwijs betrokken geraakt om de kloof tussen bedrijfsleven en beroepsonderwijs te dichten.

Het bedrijfsleven is over het algemeen groot voorstander van cgo, omdat men in bedrijven de zegeningen van het ontwikkelen van mensen op basis van competenties allang ontdekt heeft. Toch staat het bedrijfsleven in deze onderwijsvernieuwingsoperatie weer aan de zijlijn. Het adviesbureau Berenschot bevestigt in zijn rapport De kracht van het herontwerp dat bedrijven het gevoel hebben niet betrokken te zijn bij de invoering van het cgo (Binnenland, 4 mei). Bedrijven waar leerlingen werken en leren, klagen over het gebrek aan ondersteuning door scholen. Het gevaar dreigt zelfs dat bedrijven hun rol bij het cgo niet kunnen waarmaken, en afhaken.

Wat gaat er fout? Ik zie minstens twee kardinale weeffouten in het huidige systeem.

De eerste fout heeft te maken met de oprichting van een Stuurgroep Herontwerp MBO, die regie voert over de vorm en inhoud van de huidige onderwijsvernieuwing. Dit typisch Nederlandse construct bestaat uit vertegenwoordigers van de koepelorganisaties van het onderwijs en regeert zonder formele status. Maar de Stuurgroep Herontwerp heeft desondanks onnoemelijk veel invloed op de beleidsbeslissingen van het ministerie van Onderwijs. Je zou dit fenomeen het achterkamertje van de mbo-onderwijsvernieuwing kunnen noemen. Bedrijven zitten niet in dit kamertje of weten het niet te vinden, zodat de adviezen van de Stuurgroep eenzijdig gekleurd worden door het overleg in de ‘onderwijspolder’.

Een voorbeeld: onderwijskundigen hebben bedacht dat de inhoud van de opleidingen in het mbo met maximaal 25 competenties beschreven mogen worden. Zo kunnen onderwijskundigen opleidingen gemakkelijker met elkaar vergelijken en kunnen en passant wat bezuinigingen uitgevoerd worden door opleidingen samen te voegen. Er is echter één probleem: de 25 competenties zijn zo abstract dat ze te nietszeggend zijn voor toepassing in de beroepspraktijk. De competentie ‘vakmatig handelen’ heeft voor een banketbakker ongetwijfeld een andere inhoud dan voor een schoonheidspecialist. Maar in de abstracte denkwereld van onderwijskundigen is het niet belangrijk dit onderscheid duidelijk te maken. Dat bedrijven er vervolgens niks meer van begrijpen, is blijkbaar van secundair belang. Bedrijven ervaren dit als Kafka in het kwadraat. Voor hen zijn de beroepen in het beroepsonderwijs niet meer herkenbaar.

De tweede fout is dat sinds de invoering van de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB) de Regionale Onderwijs Centra (roc’s) zijn belast met de begeleiding van de leerlingen die het vak in de beroepspraktijk leren. Vóór de WEB deden de consulenten van de Kenniscentra Beroepsonderwijs Bedrijfsleven dat. Berenschot meldt dat leerbedrijven die intermediair tussen school en leerbedrijf terug willen. In de tien jaar dat de WEB nu bestaat, zijn roc’s niet in staat gebleken een adequate informatievoorziening, voorlichting en ondersteuning van leerbedrijven en leerlingen te verzorgen. De kloof tussen onderwijs en leerbedrijven is dus alleen maar groter geworden. Als gemotiveerd ondernemer die graag jongeren tot vakmanschap wil opleiden, wordt het je alleen maar moeilijker gemaakt.

Een kapper in Haarlem die stageplaatsen aanbiedt, kan te maken krijgen met maar liefst vier roc’s. Ieder roc heeft een eigen opvatting over competentiegericht opleiden en verwacht dat de leerbedrijven meewerken aan het eigen competentiegericht opleidingssysteem. Zo’n kapper moet wel heel erg gemotiveerd zijn. De kans is groot dat hij afhaakt. Een nieuwe kloof tussen bedrijfsleven en beroepsonderwijs dreigt te ontstaan. En dan is niet alleen een nieuwe generatie beroepsbeoefenaren verloren, maar dreigt ook de motor van de BV Nederland vast te lopen.

De auteur, Niko Persoon, is directeur van het Kennis- en Ontwikkelcentrum voor de Uiterlijke Verzorging en was tot voor kort voorzitter van de Advies Commissie Onderwijs Arbeidsmarkt van het ministerie van OCW.
————————————————————————-

2 Reacties

  1. Commentaar op CGO leveren?
    Van de AOb-site:

    Media, werkgevers, ouders en studenten gaan nogal te keer tegen de nieuwe ontwikkelingen in de bve. Na de invoering van de competentiegerichte kwalificatiestructuur is er grote ontevredenheid ontstaan bij studenten en docenten.

    Wordt het niet tijd om vanuit de AOb leden op de werkvloer met een antwoord en/of oplossing te komen? Ja, en met professionele overtuiging! Sectorraad en sectorbestuur bve roepen leden in de sector op om met ons te discussiëren over de ontstane situatie op de werkvloer.

    Op vrijdag 28 september 2007 starten wij de actie met een interne studiedag, waarbij deskundigen, onderzoekers en onderwijsgevenden onderzoeken wat dat professionele antwoord zal zijn.
    De studiedag wordt gehouden in Utrecht in de Jaarbeurs (grenst aan het station) van 9.30 – 16.30 uur. De sectorraad nodigt vooral collega’s uit die momenteel in de school de nieuwe ontwikkelingen aan den lijve ondervinden.
    Aan het bijwonen van de studiedag zijn geen kosten verbonden en werkgevers zijn verplicht door de CAO om vakbondsleden voor de studiedag vrij te geven. Na aanmelding krijgt u een verlofkaart toegestuurd.
    Aanmelden voor de studiedag van 28 september 2007 kan voor 31 augustus 2007 bij
    Marja van de Dungen onder vermelding van en ‘het nieuwe leren’ en uw naam en adresgegevens.

    E-mail adres: mvddungen@aob.nl
    Postadres: Marja van de Dungen
    P/a AOb
    Postbus 2875
    3500 GW Utrecht
    Telefoon: 030-2989281

    Ik ben heel benieuwd wat er uit komt. Zelf mag ik vast niet komen want ik ben geen AOb-lid.

    • Die Aob toch
      Het is een studiedag over CGO en dan moet je bij aanmelding HNL vermelden? Weet de Aob dan niet dat dit heeeeel verschillende dingen zijn?

      Overigens ook illustratief: bij de 4 sprekers is geen enkele docent.

Reacties zijn gesloten.