Onderstaande ingezonden brief stond in Trouw van 14 April 2007. Interessant voor de bureaucratiemeter om met deze persoon contact op te nemen?
========================================================
Gesol met urenformules
Op mijn 58ste verliet ik in 1995 (‘op verzoek’) het hbo. Kort daarvoor moest mijn afdeling, in het kader van een ‘zelfevaluatie’, de afdeling waar ik toe behoorde (bouwkunde en civiele techniek) in kaart brengen in verband met de kwaliteitszorg. Ik bezat nog de ‘urenformules’ van 1972 die ons, heel transparant, door de directeur van de hts, ter beschikking waren gesteld. Deze urenformules drukten het aantal docenturen uit in relatie tot het aantal studenten.
In het kader van mijn afscheid heb ik deze formules (van 1972) toegepast op de situatie in 1994. Wat bleek? Het aantal docenturen was gehalveerd, het aantal uren voor management en administratie ongeveer verdrievoudigd. (Deels begrijpelijk omdat ook het onderwijs moest voldoen aan de Arbowet, daarvoor was men nog vrijgesteld.)
Van collega’s weet ik dat het daarna nog erger is geworden. Dit beleid werd opgedrongen door het ministerie van onderwijs. Ter ‘verdediging’, om overbelasting van docenten te voorkomen, hebben vakbonden in die tijd het aantal uren en de verhouding ‘lestijd’, ‘onderwijsontwikkeltijd’ en ‘voorbereidings- en correctietijd’ vastgelegd. Dit leidde per saldo onvermijdelijk tot veel minder contacttijd.
Wat het ministerie van onderwijs nu wil met de verplichting docenten in de avonduren te laten vergaderen, is in feite niets anders dan een inbreuk op de cao. Eigenlijk is het walgelijk. Eerst een beleid voeren waarbij het onderwijs wordt uitgekleed en vervolgens de schuld leggen bij hen die geen schuld treft.
B.H. Kraaijenbrink Borne
=====================================================