Spellen en rekenen: de mening van onder andere de vakbobo’s

Onderstaand artikel komt uit Trouw van 19 januari 2007
________________________
Meningen verdeeld over eindexameneisen

Schrijf je: goed gespeld of gespelt, goed opgeteld of opgetelt? Het gaat slecht met het taal- en rekenonderwijs in Nederland. Deskundigen adviseren de nieuwe regering over de oplossing van dit probleem.

Pabostudenten zakken massaal voor een taaltoets die amper het basisschoolniveau ontstijgt. Rotterdamse rechtenstudenten kunnen ook al niet goed spellen. De Onderwijsraad hekelde onlangs naast het taal- ook het rekenonderwijs in Nederland. Wat is de oplossing voor dit probleem?

Doekle Terpstra, voorzitter van de HBO-raad, pleitte deze week voor een bijspijkerjaar voor pabostudenten. Maar daarin ziet econoom Arnold Heertje niets: “Daarmee zeg je toch dat het vwo- of havo-diploma niet meer garant staat voor adequate kennis.” Hij ziet meer in een herwaardering van het centraal schriftelijk eindexamen: dat moet moeilijker worden en bovendien zwaarder gaan tellen voor de eindlijst.

Daarmee is taalkundige Jan Stroop van de Landelijke Vereniging van Neerlandici het roerend eens: “Nu wordt het cijfer van het centraal eindexamen gelijkelijk verdeeld met de schoolonderzoeken. Dat is te vrijblijvend, daar kunnen scholen makkelijk de hand mee lichten.”

De eindexameneisen op het gebied van spelling en grammatica moeten omhoog en ze moeten ook veel gedetailleerder worden beschreven, vindt Stroop. Havo- en vwo-leerlingen zouden daarnaast het vak taalkunde moeten volgen: “Ze moeten weten hoe de Nederlandse taal ontstaan is, wat dialecten zijn, klinkers en medeklinkers. Door het beschouwen van de taal leer je die ook beter beheersen.”

Leerlingen en studenten moeten niet alleen beter leren spellen, maar ook beter leren rekenen. Daarom heeft Jan van Maanen, directeur van het Freudenthal Instituut voor didactiek van wiskunde en natuurwetenschappen, nog een aantal andere ideeën. Bijvoorbeeld: stel extra middelen beschikbaar om leerlingen al in de brugklas te begeleiden bij rekenproblemen. En laat lerarenopleidingen minstens 40 procent van de tijd besteden aan wiskunde- of rekendidactiek.

Onderwijskundige Miriam Schreurs van Iederwijs Nederland heeft een onorthodox verzoek aan de nieuwe regering: verplicht de Cito-eindtoets niet in het basisonderwijs, schaf die liever af. “De docent moet zijn vak terugkrijgen en geen administrateur zijn van toetsresultaten.” Van al die toetsen knapt het taal- en rekenonderwijs niet op, stelt zij: “De laatste jaren is de controle opgeschroefd, maar de resultaten hollen achteruit”. Zijn leerkrachten van die tijdrovende ’toetsdwang’ bevrijd, dan kunnen ze juist méér aandacht besteden aan de taal- en rekenontwikkeling van de individuele leerlingen.

Kars Veling, oud-voorman van de ChristenUnie en tegenwoordig rector van het (zwarte) Johan de Witt-college in Den Haag, heeft geen behoefte aan extra maatregelen van de nieuwe regering: “De sleutel voor verbetering van het taal- en rekenonderwijs ligt bij de scholen zelf. Die kunnen het met de bestaande regels en middelen óók beter doen.”
________________________________________________________

4 Reacties

  1. De verbetering van spellen en rekenen
    …. en heel veel andere basale dingen.
    Ja, natuurlijk kunnen die scholen dat heel goed zelf. Daar heeft Veling helemaal gelijk in. Maar hij en ik weten óók dat die scholen dat niet zullen doen.
    Het struikelblok zit hem in de denkwereld van de schoolbazen.

    Je moet je afvragen waarom er eigenlijk scholen zijn.

    Vraag je dat aan mij, dan zeg ik: ‘Om mensen dingen bij te brengen die ze niet beheersten vóórdat ze de school inkwamen. Die dingen moeten, alhans naar de maatstaven van onze maatschappij, nuttig zijn, en de school moet de meest geschikte plaats zijn waar je die dingen kunt leren.’

    Vraag je dat aan een schoolleider, dan is het antwoord heel anders. Een schoolleider ziet het voortbestaan en het uitdijen van de schoolorganisatie als primair doel. Wat er eigenlijk in die school gebeurt is van secundair belang.
    Misschien zeggen ze het niet zo, maar ze handelen allemaal volgens dat principe.

    Het verbeteren van spellen, rekenen en welke andere vaardigheid dan ook is niet iets dat bijdraagt aan het in stand houden of zelfs groeien van de organisatie waar zij de baas van zijn. Waarom zouden ze zich er dan druk om maken? Schaamte? Kom nou toch!

    Ik geloof, dat de sleutel tot verbetering ligt bij een heropgerichte onderwijsinspectie. Een inspectie die zich op het primaire doel van onderwijs gaat richten: overdracht van vakkennis.
    Eerst 80 % van het bestaande personeel eruit, een nieuwe baas, en dan opnieuw opbouwen. Vergelijk het met Eliott Ness en zijn Untouchables.
    Zit een school dan te knoeien op een van die elementaire gebieden als spelling en rekenen, dan krijgen ze op hun lazer, met als laatste sanctie sluiting van de tent.

    • Lesgeven bijzaak?
      Stevin, je generaliseert nogal. Mijn directeur is althans helemaal niet uit op expansie. Hem gaat het om goed onderwijs. En dus wordt er op toegezien dat iedere leerkracht zich houdt aan de toetskalender, de resultaten met de IB’er doorspreekt en indien nodig Handelingsplannen opstelt als kinderen structureel bijgespijkerd moeten worden. Dat de inspectie toeziet op de basisvaardigheden is al lange tijd zo. En als een school niet voldoet, dan komt die nu ook al onder curale te staan. Maar uiteindelijk wordt er niets gedaan aan de werkelijke oorzaken, bijvoorbeeld de lage vooropleiding van PABO-studenten, het grote gehalte zorgtaken dat ten koste gaat van lestaken, de vele randverschijnselen (commissie zus, stuurgroep zo) waar een leerkracht zijn aandacht aan moet geven, de enorme papierberg die in het onderwijs is ontstaan enzovoort enzovoort. De hoofdtaak van een leerkracht moet de kennisoverdracht zijn, maar juist dat lijkt slechts bijzaak in het huidige onderwijs.

      • Geen tegengas
        Ik beweer dat er nu niets is dat het type directeur dat ik schets (die van u is dan misschien een witte raaf) ook maar een strobreed in de weg legt.
        En de onderwijsinspectie al helemaal niet.
        Zo’n directeur krijgt gewoon geen tegengas.
        Het beeld dat u schetst van een inspectie die de lesinhoud en de resultaten controleert herken ik helemaal niet. En de sancties, opgelegd door de inspectie (curale? ik neem aan dat u curatele bedoelt) lijken me niet erg serieus.

      • De inspectie
        Nog eens speciaal voor JanW.

        Een mooi staaltje van de onderwijsinspectie wordt hier kort genoemd. Het gaat om de Lizzy Tabbers school, die kinderen niet lezen en rekenen leert, maar wel van de inspectie het predicaat ‘voldoende’ krijgt.

        Dit is helaas geen uitzondering.

        (Met nogmaals dank aan Marino Kuper voor het naar boven halen van het inspectierapport).

Reacties zijn gesloten.