Hoe hebben we er zo’n puinhoop van kunnen maken?

Uit NRC van vandaag, 4 maart 2021: 

Als ze één prioriteit heeft, zegt de in september aangetreden inspecteur-generaal van de onderwijsinspectie Alida Oppers, dan zijn dat de basisvaardigheden. Lezen, rekenen, schrijven. Het onderwijs daarin staat onder druk, blijkt uit diverse onderzoeken. „Basisvaardigheden zijn het fundament voor je leven”, zegt ze. „Beheers je die niet goed, dan ondervind je daar veel nadeel van.”

Over schrijven heeft de inspectie donderdag een nieuw onderzoek gepubliceerd. De resultaten zijn „niet om over naar huis te schrijven”, in de woorden van onderzoeksleider Marleen van der Lubbe. Ruim een kwart van de leerlingen haalt aan het eind van de basisschool het minimale niveau niet. „Ze kunnen geen samenhangend betoogje schrijven of rekening houden met schrijfconventies”, zegt Van der Lubbe. „Ze lopen risico laaggeletterd te worden.” Het streefniveau, nodig om zelfredzaam te zijn in de samenleving, wordt door 28 procent van de leerlingen gehaald in plaats van de geambieerde 65 procent. „Er is dus werk aan de winkel.”

De vorige inspecteur, Monique Vogelzang bracht in april 2018 “de Staat van het Onderwijs” uit waarin gekeken werd naar het kwaliteitsverlies van het onderwijs op lange termijn. Men had niet slechts de situatie van het voorgaande jaar in ogenschouw genomen, maar gekeken naar de ontwikkelingen van de voorgaande twintig jaar. Het resultaat was ontluisterend. De beide ministers vonden destijds dat er toch ook veel goed ging in het onderwijs, dat we het toch allemaal samen moesten doen en dat we niet moesten vingerwijzen of zwartepieten.

Inmiddels is er een nieuw rapport en dat bevestigt de ellende. Ondertussen is er niets gedaan. Er is nu ongeveer acht jaar gewerkt aan Onderwijs 2032 en de opvolger Curriculum.nu waarin vooral aandacht was voor thematisch onderwijs, voor 21st century skills en voor het aansluiten bij toekomstige eisen voor nog niet bestaande banen. Curriculum.nu staat nu in de ijskast tot een conglomeraat van belanghebbenden meent dat het tijd is dat weer te serveren. Want, laten we eerlijk wezen, er zijn bergen projectgelden te verdienen met trainingen, curriculumherzieningen, al dan niet elektronische schoolboeken en meer van zulks. Nu er plotseling ook 8,5 miljard beschikbaar is (uit te geven in 2,5 jaar) om de gevolgen van de schoolsluitingen in de coronacrisis tegen te gaan, en duidelijk is dat dat geld maar heel gedeeltelijk aan nieuwe vaste leraren kan worden uitgegeven, zullen alle organisaties uit de onderwijskleilaag zich haasten om daar in prachtige folders bestemmingen voor aan te bieden.

BON strijdt al vijftien jaar voor gewoon goed onderwijs, door hoogopgeleide leraren in een onderwijsomgeving met rust, reinheid en regelmaat. Een onderwijsomgeving die tot een jaar of twintig geleden, in staat was om iedereen, ook kinderen uit achterstandssituaties, te leren lezen, schrijven en rekenen. Inmiddels is het aantal hoger opgeleiden, in het bijzonder het aantal mensen met een universitaire opleiding, geëxplodeerd, maar is het aantal leraren met een universitaire opleiding gedecimeerd. Leraar is kennelijk geen erg gewild beroep. Al jaren niet.

Hoe hebben we er zo’n puinhoop van kunnen maken? Wiens belangen hebben een rol gespeeld? Waar gaat het vele geld naar toe? De augiasstal moet uitgemest worden. Er is een deltaplan voor het onderwijs nodig. Een gestructureerd plan voor tien jaar, waarin de onderwijsproblemen worden opgelost. Niet met incidenteel 8,5 miljard, niet met hippe plannetjes als flex onderwijs, niet door de zoveelste generieke curriculumherziening waarover niet is nagedacht, maar door de lat hoger te leggen op de lerarenopleidingen, de kleilaag rondom het onderwijs te decimeren, de lumpsum af te schaffen en de hoogopgeleide docent te waarderen en hem haar vak terug te geven. Laten we weer eens gewoon gaan lesgeven.

 

 

Geef als eerste een reactie

Laat een reactie achter