Basisvorming, tweede fase en vmbo hadden een succes kunnen worden, als voor de invoering meer tijd was uitgetrokken. De invoeringsstrategie deugde niet.
Dat heeft oud-minister van Onderwijs Jos van Kemenade woensdag gezegd tegen de parlementaire onderzoekscommissie Onderwijsvernieuwingen. Hij is de eerste van een zeventigtal ministers, beleidsambtenaren, leraren en leerlingen die de commissie aan de tand zal voelen.
Volgens Van Kemenade (PvdA), minister van onderwijs in het kabinet-Den Uyl (1973-1977), had de overheid zeker tien jaar de tijd moeten nemen voor de invoering van de vernieuwingen. De commissie, die onder leiding staat van het Tweede Kamerlid Jeroen Dijsselbloem (PvdA), had de vroegere bewindman gevraagd wegens zijn plannen voor de middenschool.
Een gezamenlijke opleiding voor alle leerlingen van twaalf tot zestien jaar, de gedachte achter de middenschool, lag ten grondslag aan de basisvorming die in 1993 werd ingevoerd. ‘Ik was een tegenstander van de basisvorming’, zei Van Kemenade voor de commissie. Volgens hem was de basisvorming niet meer dan een noodsprong om iets van de gedachte van de middenschool te redden.
Van Kemenade is nog steeds voorstander van die middenschool. Met genoegen constateerde hij dat Alexander Rinnooy Kan in zijn recente rapport over het lerarenbeleid met spijt had vastgesteld dat ‘met polarisatie afscheid was genomen’ van dat model.
De oud-minister bestreed dat de middenschool vooral iets van links was. Hij verwees naar plannen uit de jaren zestig en zeventig van christelijke bewindslieden. Ook verzette hij zich tegen de gedachte dat de vrije ontplooiing bij de middenschool centraal stond. Waarom de middenschool er uiteindelijk niet kwam? Van Kemenade: ‘Het tweede kabinet Den Uyl kwam er niet. Leraren en scholen zagen er minder in. De sfeer was weg.’
(Bron: Volkskrant van vandaag)
‘Leraren en scholen zagen er minder in’
Mariëtte Hamer begin dit jaar:”Wij dachten, zei ze verbaasd, dat er consensus was over alle onderwijsvernieuwingen. Maar telkens als de zaak werd ingevoerd, bleek er grote onvrede te bestaan. Er bestond consensus over de vernieuwingen onder onderwijskundigen, politici, vakbondsbestuurders, het departement, de consensus van de autoriteiten, kortom de beleidselite.
Vraaggesprekken hopelijk in on-line archief
Ik heb de commissie per e-mail gevraagd de afzonderlijke vraaggesprekken on-line te zetten. Het is informatief en fascinerend materiaal, waarin de verantwoordelijken uit de school klappen en hun zienswijze op de feitelijke gang van zaken weergeven. Er komen vast ook schrijftelijke verslagleggingen, maar het kijken & luisteren voegt voor mij toch een duidelijke dimensie toe. Hopelijk gaat de commissie op mijn verzoek in, en blijven de vraaggesprekken publiekelijk beschikbaar in streaming video. Dan kan iedereen er op een gunstig moment van genieten, in plaats van dat je je werk tracht te plooien naar een ‘live’ uitzending van je ‘favorieten’ politicus, procesbegeleider of andere betrokkene.
1-0
voor de NRC-prognose: het lag niet aan van Kemenade maar aan de domme kiezer, leraar, politicus die Den Uyl – II niet in het zadel heeft geholpen. En de middenschool was ook geen stokpaardje van links.