Te lezen in De Gelderlander van 25 augustus j.l.: ‘Universiteit’ voor talentvolle kinderen.
Een paar citaten:
“Als eerste in het land gaat de Nijmeegse universiteit leerlingen en leerkrachten van de regionale basisscholen, jonge onderzoekers van de Radboud en pabo-studenten bij elkaar brengen om gezamenlijk met onderzoek en wetenschap aan de gang te gaan. Het knooppunt richt zich exclusief op kinderen van 6 tot 12 jaar en wil ze onder begeleiding van jonge wetenschappers aanzetten tot experimenterend en onderzoekend leren. Het is ook de bedoeling dat jonge wetenschappers samen met docenten uit het basisonderwijs en pabostudenten nieuw lesmateriaal voor kinderen op de basisschool ontwikkelen. Wetenschappers leren op die manier hun onderzoek en vakgebied toegankelijk en begrijpelijk te maken. De basisscholen kunnen zelfs desgewenst een jonge onderzoeker van de universiteit ‘adopteren’. “
“Experimenterend en onderzoekend leren”, waar kennen we dat van?
“Het wetenschappelijk knooppunt is, zegt Figdor, mede geboren uit ongerustheid over de stand van zaken in het basisonderwijs en de lerarenopleidingen. ” Er is overal te weinig uitdaging en te weinig wetenschap. Met dat laatste bedoel ik onderwijs over de wereld om ons heen. Het onderzoekend leren moet een impuls krijgen. In simpele vakken als rekenen en taal kun je ontzettend veel wetenschap stoppen.” “
Dat er ’te weinig uitdaging’ is, is congruent met de waarneming dat onderwijs vooral ‘leuk’ moet zijn. Maar of dit nou de oplossing is voor slimme kindertjes?