“Eigenaardig “zei ze na een tijdje. “Die man in die kamer naast mij komt uit Suriname. Hij is de zoon van de inspecteur van het lager onderwijs. Dat ik die man hier moet ontmoeten. Ik herinner me zijn vader goed. Mijn vader woonde toen in Nickerie. Hij was commies bij de belastingen. Wij gingen op school. Toen op een dag kwam de inspecteur. Een lange man, die iets in zijn hand hield en daarmede geregeld van in de neus bracht. Steeds weer gingen vinger en duim vanuit zijn zakdoek naar zijn neus.”
“En nu”, zei hij tot de onderwijzer, “nu wil ik de knapste leerlingen eens voor de klas hebben om te zien of er vorderingen zijn gemaakt.”
“Ik beefde, toen ik aangewezen werd. Stel je voor dat ik niet zou weten wat hij ging vragen.”
“Deze leerlinge”, aldus de onderwijzer, “is een van mijn vlijtigste en beste.“
“Wat was ik bang. Hij ging mij vragen over aardrijkskunde.”
“Welk land van Europa wilt ge hebben?”, vroeg de inspecteur,
“Ik zei Frankrijk.”
“Vertel dan maar van Frankrijk.”
En ik vertelde en vertelde en de inspecteur knikte goedkeurend.
“Ben jij daar geweest? “, vroeg hij. “Want je weet alles zo goed.”
Kort daarop overleed plotseling mijn vader. Moeder bleef achter met acht kinderen en verhuisde naar Paramaribo. Zij kon voortreffelijk piano spelen en ging lessen geven. Ik ging helpen in het huishouden. Een broer van vader hielp ons.
“Jij kunt goed leren”, zei hij op een dag, “Ik zal je les geven, dan kun je examen doen voor de kweekschool en kwekeling worden. Dan kun je helpen geld verdienen, want je moeder heeft het zwaar met al die kinderen.” Hij was onderwijzer op de mulo. Ik kreeg les en slaagde voor het toelatingsexamen. Wat was ik blij. Hij bleef mij les geven voor de opleiding tot onderwijzeres. Maar ook hij overleed plotseling. Geld om te studeren was er niet.
“Hindert niet”, zeiden de andere leerkrachten op school. “We zullen je wel helpen”.
“Maar ik kan het niet betalen. Mijn moeder is niet rijk….”
(Gevonden fragment)
Wat deed de man toch steeds?
De inspectie had in die lang vervlogen tijd blijkbaar iets heel anders te doen dan de papieren werkelijkheid te controleren.
Wat verder opvalt is dat de vlijtigste en de beste de meeste aandacht kreeg.
Maar wat me het meest intrigeert is wat de inspecteur toch steeds van iets in zijn hand naar zijn neus bracht.