Enige tijd geleden kwam RegioPlan met een onderzoek naar de werkzaamheden van de docent. Niet onderzocht werd hoe vaak een docent tegenwoordig gedwongen is taken nagenoeg gelijktijdig op te nemen. Maw wat is zijn multitasking capability?
De huidige leerling weet niet beter. Het is de manier om meer werk efficienter te verzetten!
Bekijk dit stukje Rondom tien van 13 september 2008 … en huiver.
Multi-superficiality en langsfladderende koolmeesjes
Omdat ik in de aankondiging zag dat “multitasking” aan bod zou komen in de uitzending, heb ik ernaar gekeken.
Tegenover twee leerlingen (eentje die monomaan voor zich uit zat te praten, zonder op reacties in te gaan) stonden een paar verstandige jonge ouderen die in hun werk tot de ontdekking waren gekomen dat mensen bij dat door en achter elkaar doen, veel minder presteerden. Vooral ook omdat ze hun taak waar aandacht voor nodig was, steeds weer opnieuw moesten hervatten.
En passant werd de tegenwerping dat je toch naar muziek kunt “luisteren” en tegelijkertijd je huiswerk kon doen of kon opnemen wat in de les werd gezegd (het meisje zorgde dat haar oortelefoontje achter een lok verborgen was in de klas) adequaat gepareerd. Muziek op die manier beluisteren is iets anders dan twee intensieve taken tegelijkertijd doen. Het meisje gebruikte de muziek als beat om op het ritme de tekst tot zich door laten dringen.
In elk geval werd daar ook weer duidelijk dat multitasking leidt tot oppervlakkig langs laten glijden van de werkzaamheden.
Helaas werd de twee meiden niet gevraagd waarom bijna alle leerlingen op het eindexamen al klagen als er een vogeltje langs het raam fladdert.
Rondom 10
Ik heb het ook gezien. Wat me zo langzamerhand verbijstert is dat niemand op het idee schijnt te komen om het simpelweg eens uit te proberen. Zet een voorstander van het multitasken eens tussen het publiek met laptop en gsm en vraag hem (haar) eens een website te lezen over kan me niet schelen welk onderwerp. Het hoeft niet eens moeilijk te zijn. En overhoor die persoon na afloop. Natuurlijk tussentijds gestoord door msnnen smssen en andere zaken die de multitaskers zo goed kunnen.
Of simpeler nog. Geef iemand een briefje in zijn handen om te lezen, maar blijf ondertussen tegen hem aanlullen en vraag of hij in staat was beide infostromen tegelijkertijd te verwerken. Ik heb dat laatste wel een paar keer geprobeerd bij mensen. Het resultaat is volkomen voorspelbaar.
Ik heb nog nooit een zo wijd verbreid idee gezien dat zo ontzettend makkelijk onderuit te halen is. Ik denk simpelweg dat dergelijke testjes nog nooit op wetenschappelijk niveau zijn uitgevoerd. Dat lijkt in niemands belang.
@45
Deze testjes zijn wel degelijk uitgevoerd maar dan bij ADHD-ers.Of te wel kinderen ( of volwassenen) met concentratieproblemen. Het resultaat kennen we eigenlijk allemaal. Deze kinderen hebben veel baat bij een prikkelarme omgeving. Ook bij niet adhd-ers zijn testen gedaan met de Bourdon-Vos test in een prikkelarme en prikkelrijke omgeving. Bourdon-Vos is een concentratietest. De resultaten hiervan waren significant. In de prikkelarme omgeving werd tot 70% beter gescoord door de testpersonen. Waarschijnlijk kennen de multitaskdiscipelen deze onderzoeken niet. Maar ja, de halfwaardetijd van deze kennis….
Inzake Multi-flauwekul
Ik verbaas me net als 1e Kerstdag over de hardnekkigheid waarmee nog steeds over dit sprookje wordt gedebatteerd.
Ik verbaas mij er net zo sterk over hoe ongelooflijk oneerlijk mensen tegenover zichzelf zijn. Ik ben er zeker van dat al die multi-kullers diep in hun hart hun eigen onzin voor geen millimeter geloven, maar ze blijven zichzelf wijsmaken dat ze erin geloven. Als puber maakte ik ook altijd mijn huiswerk met de radio aan, maar zodra het maar even lastig werd deed ik hem uit. Ik had geen wetenschappelijk onderzoek nodig om te weten hoe je je moet concentreren.
Koos Spee for minister van onderwijs
De Januskop van de overheid is opnieuw stuitend. Daar waar je in het verkeer ik meen zo’n 150 euro boete krijgt als je belt tijdens het rijden, worden bij het onderwijs allerlei lieden zwaar gesubsidieerd die dezelfde onzin bij onze kinderen door de strot duwen.
Overigens rijd ik altijd met de radio aan (radio 1 zelfs, met veel gesproken woord), maar zet ik zelfs na 25 jaar autorijden dat ding uit in drukke omgevingen waar ik echt bewust moet opletten.
Vanuit de evolutie
Ik denk dat men zich voor bekende, en dus vertrouwde en ook voor regelmatige, inclusief rithmische geluiden gemakkelijk kan afschermen. Toen onze voorouders nog in beestevellen op jacht gingen en oorlog voerden was het belangrijk dat hun hersenen onmiddelijk op ongewone geluiden reageerden.
Seger Weehuizen
Generatie Neanderthaler
Dat heb je dan niet goed begrepen van de presentator van rondom tien (de leeftijd waarop het programma was afgestemd). Die had via de autocue al het voorgeprogrammeerde slot klaar, en dat las hij voor ook al was het tegendeel gebleken:
“Krijgen we toch een generatie Einstein die veel meer kan dan onze generaties?”.
Deze spectaculaire sprong in de evolutie mag toch niet onvermeld blijven.
multitasking
Hoewel dat rare woord uit de ICT komt, hebben computers meestal meer moeite met ‘multitasking’ dan mensen. (zie toch eens hoe mijn harde schijf nu weer moeite heeft met het spelletje dat in de andere task bezig is).
Mensen kunnen bijvoorbeeld rustig door het verkeer heen manouvreren en ondertussen via de mobiel effectief ruzie maken met de partner. Ook zijn er mensen die bij verjaarpartijtjes in de ene hoek van de kamer prima (ELIZA-test-waardig) reageren op vragen en antwoorden, maar ondertussen toch gehoord hebben wat er zes meter verder, aan de andere kant van de kamer over hen beweerd wordt, en daar ineens op kunnen gaan reageren.
Er zijn ook mensen die prima kunnen werken aan ingewikkelde klussen terwijl ze op de radio naar een of ander praatprogramma luisteren, maar in het geheel niet meer kunnen functioneren als op de radio muziek klinkt. En ook mensen waarvoor het omgekeerde geldt.
En er zijn ook mensen die vier of vijf taken moeten uitvoeren, daarin eerst de gemeenschappelijke deler zoeken en vinden, en dan met 1 handeling allevier of allevijf de taken afhandelen.
Wat was hier nu het onderwerp? Dat je mensen, die ergens mee bezig zijn, kunt storen in de werkzaamheden, dat je dat dat makkelijker kunt als ze geconcentreerd met 1 taak proberen bezig te zijn, of dat je het dan juist moeilijker kunt?
Even uit elkaar halen
Beste Doctor,
Als doctorandus zal ik mij enigszins bescheiden opstellen. Maar ik wil toch het volgende naar voren brengen:
Dat mensen bepaalde handelingen automatiseren is bekend. De beginnende autorijder kan dat nog niet en heeft grote problemen met eenvoudige ritjes. Maar naarmate hij meer ervaring krijgt, worden de routineuze handelingen geautomatiseerd en kan hij rekening houden met het verkeer. Hij zou dan zelfs ruzie kunnen maken met zijn mobiel, al denk ik dat dat in ingewikkelde situaties levensgevaarlijk is.
Ook weten we dat waarnemen breder is dan via de directe zintuiglijke waarneming. Mensen kunnen in een menigte iemand herkennen zonder die werkelijk “gezien” te hebben. (Zie oa Mark Mieras, “Ben ik dat?”) Als ze daarna nog eens rondkijken zullen ze de persoon wel kunnen spotten. In eerste instantie ging het niet om echt zien, maar globaal scannen, een automatisme dat ieder mens aangeboren is.
Maar ik ken geen mensen die ingewikkeld kunnen klussen en een praatprogramma werkelijk tot in detail kunnen volgen.
Ook de mensen die een gemeenschappelijke deler in vier, zelfs twee taken kunnen vinden, ben ik noch in levende lijve, noch in de literatuur tegengekomen.
Het onderwerp is dat kinderen worden bevestigd in hun idee dat ze best huiswerk kunnen maken en tegelijkertijd mailen, telefoneren of ruzie met hun moeder maken, terwijl ze juist moet worden afgeleerd om zo bewusteloos te werken.
Niet alleen kinderen denken zo
Ik ben het helemaal eens met Philippens.
De houding van die kinderen komt overigens niet helemaal uit het niets. Onze maatschappij is van hoog tot laag en van oud tot jong doordrongen van het sentiment ‘Ik wil dit, ik wil het nu meteen en ik wil al die andere dingen ook meteen.’
Dus heeft een ‘volwassene’ tegenwoordig voor zijn instant-behoeftenbevrediging een blikje of yoghurtpak in zijn ene hand en een mobieltje in de andere. Dan wordt het wel lastig om ook nog het stuur van je fiets of je auto vast te houden. De TV staat de hele dag aan en in de oren zit een of ander apparaatje wat je vroeger alleen bij mensen met een gehoorstoornis zag. Thuis wordt elk gesprek drie of vier keer onderbroken door de telefoon. Dat is wat onze kinderen om zich heen zien en dat kan je toch moeilijk het goede voorbeeld noemen. Des te meer reden om daar op school tegenwicht aan te bieden.
wisselende subjecten
Geachte Bernard Wijntuin,
Is dit (dat mensen lijden aan consumptief presentisme) hetzelfde onderwerp als dat van multitasking of toch een ander?
@WW: Zelfde onderwerp
Dat consumptieve ongeduld leidt tot gedrag waarin je alles door elkaar doet (Colaatje + patatje erin proppen en gewoon met volle mond doorpraten). Dat gedrag leidt tot de illusie dat je die dingen ook tegelijkertijd GOED kunt doen. Leest u a.u.b. het artikel van Marjoleine de Vos wat onlangs op deze site de hemel in werd geprezen. Zij zegt het nog wat fraaier dan ik het hier doe.
aanvullende criteria
Geachte Bernard Wijntuin,
Deze site heeft geen zoekfunctie, heb ik het idee. Wellicht kom ik het artikel waar u op doelt nog eens tegen…
Hoewel ik het idee heb dat de onderwerpen hier toch uiteen gaan (uw voorbeeld lijkt mee betrekking te hebben op fatsoensnormen), voegt u wel een nieuwe criterium toe, nl. de mate waarin iemand die meerdere dingen tegelijkertijd doet, al deze taken succesvol/goed kan afhandelen. Dat is – dat zult u met mij eens zijn – toch weer iets anders dan stellen dat iemand meerdere taken niet tegelijkertijd zou kunnen oppakken.
U bouwt hiermee voor ouders een dooddoener in. Zoon- of dochterlief heeft een onvoldoende gehaald, maar zegt dat hij/zij toch de best heeft gedaan. Zegt Pa: “O ja. Nou, je had anders toch de hele tijd die radio aanstaan toen je zat te leren. Of niet soms?”
Ik heb nog even bij de BON-uitgangspunten gekeken. Kwaliteit van onderwijs verbeteren, iedereen op het eigen niveau benaderen, vanuit de eigen mogelijkheden enz.
Dat klinkt mooi.
Het schijnt echter buitengewoon moeilijk te accepteren dat, waar het ene kind het beste functioneert bij “mono-tasking”, het andere kind het beste functioneert bij “multi-tasking”. Dat je, als de ene leerling een probleem heeft met procenten en mollen, de radio af moet zetten opdat die zich kan concentreren, terwijl je bij de andere leerling dan gewoon wat moet gaan babbelen over voetballen opdat die zich kan concentreren.
zoekfunctie
Deze is er wel: in re rechterkolom onder het logo van Google.
zoeken naar zoeken
Dank u 25_12_1945,
Ik heb evenwel gezocht naar een zoekfunctie die alleen in dit forum zou gaan zoeken. (De Google-functie leidt bij Marjoleine de Vos naar een extern document).
Er staan aan mijn zijde overigens enkele browser-functies uit (bv. flash enzo) dus ik zie mogelijk niet alles wat uw site te bieden heeft.
Werkt hier wel binnen deze site
Intikken van “Marjoleine” in de Google invoer geeft de volgende zoekstring:
www.google.com/search?ie=UTF-8&oe=UTF-8&domains=beteronderwijsnederland.net&sitesearch=beteronderwijsnederland.net&q=marjoleine&form_token=f3b0ec87b590b88004a03168eda0d838&form_id=googlesearch_sitesearch
U ziet dat het domein is meegenomen. Ik gebruik IE7 hier.
In Firefox 3 en Chrome geeft het exact hetzelfde resultaat (6 hits)
Alle browserinstellingen staan ingesteld volgens de standaardwaarden
nogmaals…
… mijn dank
Ik zal “marjolein” getypt hebben i.p.v. “marjoleine”. “Marjolein de Vos” geeft nu ook meer treffers dan vanochtend.
Vergissing WW
Bij de BON uitgangspunten heb IK niets gevonden over eigen niveau en eigen mogelijkheden. Mij klinkt dat ook veel te soft. Het is bijna altijd een aanleiding om het niveau te verlagen. Heb ik verkeerd gekeken?
niveau en mogelijkheden
Geachte Hinke Douma,
Uitgangspunt 4 lijkt mij een pleidooi te zijn voor onderwijs dat aansluit bij de individuele mogelijkheden van een leerling. Maar mogelijk lees ik dit hier teveel vanuit het individu en moet dit uitgangspunt gelezen worden vanuit de notie van het “groepsniveau”: je hakt de leerlingpopulatie in drie of vier blokken en daar laat je dan drie of vier afzonderlijke programma’s op los.
Bij uitgangspunt 7 wordt het individu expliciet genoemd, zij het – zo lees ik het – om te benadrukken dat het ook weer niet de bedoeling is dat er een klas per leerling gaat ontstaan. Die kwalificatie zou op zichzelf niet in strijd hoeven te zijn met een didactische benadering waarbij rekening wordt gehouden met eigen niveau en eigen mogelijkheden. Maar ook hier: misschien heb ik de uitgangspunten wat milder gelezen dan ze bedoeld waren.
marjoleine
Geachte Bernard Wijntuin,
Ik heb het door u bedoelde artikel en de posting op deze site nu gevonden en doorgenomen.
Als tegengewicht tegen hype-jes rond multitasking kan het artikel van Marjoleine de Vos natuurlijk geen kwaad. Er staat in het artikel echter niet bij welk wetenschappelijk onderzoek zij heeft geraadpleegd.
Bij de American Psychological Association zijn hierover wel artikelen te vinden met persbericht-achtige samenvatting. Zie bv. www.apa.org/releases/multitasking.html. In het onderliggende artikel worden er kritische kanttekeningen geplaatst bij het rendement van multitasking. Nog wat kritischer is www.theatlantic.com/doc/200711/multitasking
Het zwakke element in dit type onderzoek is dat de proefopstellingen doorgaans a-select zijn. Dat is bij veel wetenschappelijk onderzoek natuurlijk precies de bedoeling en zeker als men op basis van dat onderzoek adviezen de wereld in wil slingeren (hetzij richting onderwijs, hetzij richting bedrijfsleven, waar de multi-tasking hype ooit ontstaan is).
Bij effectiviteitsmetingen van cognitieve strategieen kan het a-select karakter de testopstelling echter irrelevant maken omdat een a-selecte proefopstelling veronderstelt dat het effect van een cognitieve strategie grosso modo voor iedereen gelijk is. Op kwalitatieve gronden kan geconcludeerd worden dat dit niet het geval is, en deze conclusie kan ook kwantatitief onderbouwd worden: wat voor de een een efficiente cognitieve strategie is, is voor de ander een garantie voor falen. De persoonlijkheidsstructuur en ook de aard van de taken speelt hierin een rol.
Met andere woorden
Niet iedereen kan multi-tasken en is alleen weggelegd voor personen met de juiste persoonlijkheidsstructuur en dan alleen nog bij bepaalde taken.
bijna…
Beste jeronimoon,
U heeft het nu bijna goed. De juiste ‘conclusie’ is:
Iedereen kan multi-tasken en iedereen doet dat ook en iedereen moet dat ook, maar als men de effectiviteit ervan zou (kunnen) meten dan zou (zeer waarschijnlijk) blijken dat multitasking als cognitieve strategie alleen significant effectiever is bij personen met een bepaalde persoonslijkheidsstructuur en bij een bepaalde combinatie van taken.
Hiermee
geeft u aan dat multitasking gelijk staat aan ” het mysterie van het geloof” immers u geeft aan dat multitasking niet te bewijzen is, maar naar alle waaschijnlijkheid dus wel bestaat voor een beperkte groep. Laat ik mij dan voor een keer opstellen als wetenschapper, komt u nog maar eens terug als u keihard bewijs hebt voor uw bewering. Bij ontbreken hiervan, bestaat het niet.
verificationisme?
Beste jeronimoon,
Een wetenschapper die zegt dat, als iets niet bewezen is, het dus niet bestaat?
In ieder geval lijkt het mij
In ieder geval lijkt het mij niet echt zinnig om hier onderzoek naar te doen. Geen heldere hypothese.
Het is ingewikkelder als je denkt.
bescheidenheden
Hoi Doctorandus,
Als u een baan hebt die in het verlengde ligt van datgene waarvoor u doctorandus bent geworden, dan moet ik me misschien bescheiden opstellen. (Dr. R.W.W. mag ook, wat mij betreft. Of Dr. ABW, het is maar wat u het leukste vindt klinken.)
Het spreekt dat voor “multitasking” in een bepaalde zin van dat nog steeds rare woord, een bepaalde mate van internalisering/automatisering van kennis en handelingen vereist is. U lijkt te veronderstellen dat dit dan gepaard gaat met een afnemend bewustzijn in relatie tot een bepaalde taak (iemand kan bewust ruzie maken met zijn vrouw maar rijdt dan even minder bewust auto). De reactiesnelheid bij de ene taak wordt daardoor evenwel niet noodzakelijk minder, dus gedragsmatig gezien is er weinig van dat afnemende bewustzijn te merken.
Kinderen kunnen best twee of drie dingen tegelijk doen. Het gaat daarbij natuurlijk niet om strikte simultaniteit, maar om taken die semi-simultaan plaatsvinden, in snelle onderlinge afwisseling.
Niet alle kinderen natuurlijk, maar wel veel, en mogelijk meer kinderen dan volwassenen.
Kinderen bewust afleren om taken door elkaar af te handelen lijkt mij volstrekt uit den boze. In het leven komt men heel vaak in situaties waarin een bepaalde taak zeer moeilijk is of lijkt. Het probleemoplossend vermogen van mensen is groter naarmate men zich, door op zo’n moment eventjes over te schakelen naar een andere taak, over een ‘dood punt’ in de ene taak heen kan helpen.
Kinderen bewust afleren om
Is daar dan wel wetenschappelijk onderzoek naar gedaan? Ik probeer mijn kinderen alleen ongewenst gedrag af te leren. Ze mogen best dingen door elkaar doen. Maar spelen/lezen aan tafel is uit den boze. Bovendien gaat het eten dan beter en als ze op een dood punt zitten qua eten helpt even spelen niet. Daarnaast complimenteer ik mijn kinderen als ze geconcentreerd alleen kunnen spelen.
Het is ingewikkelder als je denkt.
concreet
Dr. W.W,
(citaat) “En er zijn ook mensen die vier of vijf taken moeten uitvoeren, daarin eerst de gemeenschappelijke deler zoeken en vinden, en dan met 1 handeling allevier of allevijf de taken afhandelen.”
Kun je vier of vijf taken bij naam noemen, waarin de gemeenschappelijke deler gevonden is en alle vier of vijf taken dan met 1 handeling afgehandeld worden?
voorbeeldje
Beste Ivy.
Voorbeelden roepen altijd tegen-voorbeelden op, maar oke.
Je kunt bijvoorbeeld een argument uitschrijven en dat bijna gelijktijdig gebruiken voor:
– een posting op een internet-forum
– in een hoofdstuk uit een boek dat je aan het schrijven bent
– in een mailtje aan een kamerlid
– in een briefje aan een staatssecretaris
– een stukje in een ingezonden brief
– enz.
en je kunt deze argumentatie ook wel gelijktijdig formuleren in een telefoongesprek met een kennis.
Het is overigens ook mogelijk hetzelfde argument in de ene brief te gebruiken als een positief argument, en in de andere brief die je gelijktijdig schrijft juist als onderdeel in een bewijs uit het ongerijmde. Dat zou je dan bipolaire multitasking kunnen noemen.
Dit is een eenvoudig voorbeeld, natuurlijk. Meer complexe voorbeelden zijn te vinden in de wereld van de ICT. Je hebt programmeurs die voor elke taak een apart stukje code bedenken. Moeten ze tien taken afhandelen, dan geeft dat tien stukjes codes. Er zijn er ook die eerst een minuutje nadenken en dan 1 stukje code schrijven waarmee ze alle tien de taken in 1 keer kunnen afhandelen.
Dit is een eenvoudig
Dit is een eenvoudig voorbeeld, natuurlijk. Meer complexe voorbeelden zijn te vinden in de wereld van de ICT. Je hebt programmeurs die voor elke taak een apart stukje code bedenken. Moeten ze tien taken afhandelen, dan geeft dat tien stukjes codes. Er zijn er ook die eerst een minuutje nadenken en dan 1 stukje code schrijven waarmee ze alle tien de taken in 1 keer kunnen afhandelen.
Conclusie: de software is nu multitasking. Maar nu de programmeur die dat ene stukje code dat 10 taken kan verrichten feitelijk maakt. Doet die programmeur dat simultaan met andere activiteiten of heeft hij/zij daar zijn/haar volle aandacht voor nodig?
eerste hand
Dag Marten Hoffmann,
Software – of een stukje programmacode – kan multitasking zijn geworden zonder dat de programmeur zich daarvan bewust was. In mijn voorbeeld gaat het om een programmeur die zich bewust was daarvan. Die was daadwerkelijk mentaal met drie of vijf of tien verschillende opdrachten tegelijkertijd bezig. Dat zou bijvoorbeeld ook voor drie of vijf of tien verschillende klanten kunnen zijn.
Ik kan je uit vrij betrouwbare bron melden dat zo’n programmeur dan soms nog gewoon andere dingen kan doen. De mooiste stukjes programmacode schijnen overigens te ontstaan in de file op de A2. Legpuzzelen schijnt ook wel eens te helpen. Weer andere programmeurs schijnen alle problemen op te lossen terwijl ze half-lallend over de bar in een cafe hangen.
Allemaal voorbeelden van niet tegelijkertijd
Deze programmeur heeft die tien verschillende opdrachten niet tegelijkertijd gekregen. Ze komen niet op hetzelfde moment aan en hij lost ze niet tegelijkertijd op.
Het verschijnsel dat U hier beschrijft, ken ik ook. Ik kan ergens een nachtje over slapen. De volgende ochtend los ik mijn probleem plotseling op. Ik heb die ervaring bij cryptogrammen. Er worden dan, terwijl ik slaap of iets anders doe, door het brein allerlei associaties gemaakt. Als ik er dan weer eens bewust mee bezig ben, komt de oplossing naar voren. Maar ik ben dan niet in een diepzinnige analyse bezig met mijn psychiater, terwijl ik tegelijk een bouwbestek doorneem.
Dat is wat anders dan multitasking. Je kunt geen ingewikkelde, aandachtvragende dingen tegelijkertijd goed doen.
casuistiekerij
Geachte Philippens,
Zoals aangekondigd: elk voorbeeld leidt tot ’tegen-voorbeelden’.
In dit geval gaat u het gegeven voorbeeld deconstrueren vanuit het vermeende verschil in het moment waarop de opdracht tot de taak is gegeven. Dat is zoiets als zeggen dat een leerling niet tegelijkertijd het huiswerk geschiedenis en het huiswerk aardrijkskunde zou kunnen maken omdat de eerste taak in het derde uur is geformuleerd en de tweede taak in het zesde uur. Die deconstructie is echter niet effectief: het is mogelijk dat een ICT-er een klant aan de lijn heeft met een probleem, en tezelfdertijd een e-mailtje leest waarin een andere klant een ander probleem voorlegt, waarbij de ICT-er beseft dat die twee problemen – die ogenschijnlijk niets met elkander van doen hebben – dezelfde factor gemeenschappelijk hebben.
Het voorbeeld dat u geeft is ook een voorbeeld van multi-tasking. U heeft uw lichaam de taak gegeven tot rusten, en dat doet het lichaam ook keurig want u ligt te slapen. Tijdens dat slapen blijft uw lichaam echter allerlei andere taken uitvoeren. Als u dan wakker wordt, blijkt u een oplossing voor een probleem te hebben gevonden (waarschijnlijk niet zozeer omdat uw brein allerlei associaties heeft gelegd, maar veeleer doordat allerlei associaties waardoor de oplossing werd tegengehouden, zijn weggevallen).
U hoeft dit natuurlijk zelf niet als voorbeeld van multi-tasking te beschouwen. Ik voorspel u: naarmate deze casuistiek voortgezet wordt zou men zelfs geneigd kunnen zijn een situatie waarin de president van de Verenigde Staten tijdens het winnen van een gouden medaille hardlopen op de olympische spelen de opdracht tot het afvuren van een kernraket zou geven, niet meer als een voorbeeld van multi-tasking aan te merken. Laten we dan maar hopen dat de generaals die het commando moeten uitvoeren, dat dan ook niet doen.
Lallend programmeren
Daarom zijn al die ICT-projecten zo’n doorslaand succes.
Dr. W.W.: Zelden heb ik zo’n verzameling borreltafel postulaten bij elkaar gezien. Hoe verzin je zoiets.
Klaas Wilms
ICT-projecten
Beste wms,
Dat ICT-projecten zo vaak mislopen komt overwegend doordat mensen die er geen verstand van hebben, er over mee praten, en dat doorgaans doen op basis van inzichten die zij aan de borreltafel menen te kunnen hebben opgedaan.
De wereld van de ICT is – vanuit het perspectief van de BON – dus in hoge mate vergelijkbaar met de onderwijswereld.
Inzake werken op de A2
Dr. W.W. schrijft De mooiste stukjes programmacode schijnen overigens te ontstaan in de file op de A2. Wat het mooiste is is natuurlijk een kwestie van smaak. Ik heb echter de indruk dat het schrijven van computerprogramma’s überhaupt niet meer zo veel in Nederland gebeurt. Ondanks al ons multitasken zijn we gewoon te duur. Veel software komt uit India, en voor ons Nederlanders blijft de schone taak over om door anderen geschreven software te ‘implementeren’. Zoiets als een DVD-speler instellen zonder enige notie van de techniek waarmee je werkt.
insourcing
Geachte Bernard Wijntuin,
Inderdaad, veel softwarebedrijven hebben besloten om alleen nog de dure – veelal door de overheid gesponsorde – consultants zelf in dienst te houden en het echte werk te laten uitvoeren door Indiers en Roemenen die dat nu nog voor anderhalve euro per uur doen. Toch wordt er ook hier in den lande nog wel ‘software’ gemaakt, soms zelfs door doctoren en doctorandussen.
Wat ‘mooie’ code is, is inderdaad deels een kwestie van smaak, net zoals wat een ‘mooie’ wetenschappelijke theorie is.
Er is hiervoor wel een quasi-mathematisch criterium. ‘Mooie’ code is monotoon onder functionele uitbreiding. Dit houdt in dat als de code werkt voor taak A, en er komt een andere vergelijkbare taak B langs waarvoor je dezelfde code zou kunnen gebruiken met een zekere aanpassing, die code NA de aanpassing nog steeds taak A moet kunnen afhandelen. Anders gezegd: ‘mooie’ code kun je krachtiger maken zonder dat de functionaliteit die reeds gerealiseerd was, herontwikkeld hoeft te worden.
Multi-blurp-programmeur
Ik heb de eerste helft van mijn werkende leven in de automatisering doorgebracht. Ik verzeker u dat computerprogrammeur een serieus beroep is. Computerprogrammeurs kunnen net zo min multitasken als wie dan ook. Wel heb ik te maken gehad met computerprogrammeurs die meenden dat te kunnen. In de praktijk leverden die het slechtste werk af. Sommige klussen kon je helemaal niet aan ze opdragen, omdat ze noch de hersens, noch de concentratie bezaten die daarvoor nodig waren. Ze begonnen er wel aan, maar het kwam gewoon NOOIT af. Die klussen knapte ik dan maar zelf op. Geheel monotasking. Lallende programmeurs zou ik, evenals lallende piloten en lallende ministers, zo snel mogelijk uit hun functie verwijderen.
tegenvoorbeelden
Geachte Bernard Wijntuin,
Ik heb zoeven, terwijl ik de berichten op dit forum las, een stukje code opgezet, getest en uitgeleverd voor het inlezen en aanmaken van een bepaald type bestanden dat in de verzekeringswereld nogal eens gebruikt wordt.
Maar toch heeft u wel een beetje gelijk. Ik ben niet opgeleid tot programmeur of ICT-er.
Dat zal het zijn.
Hier schiet mijn denken tekort
Ik begrijp er niets van.
In het voorbeeld van het argument, moet je van tevoren achtereenvolgens kennis hebben genomen van al die zaken en zien gezien hebben dat het om dezelfde materie gaat. Vervolgens ga je dat misschien in een razend tempo, maar ook weer achtereenvolgens overal deponeren op het forum, de tekst, de mail die je eerst moet openen, de tekst van de brief waarvoor je de tekstverwerker vervolgens opent en de brief die je adresseert. Een vermoeiende manier van werken, zoveel achtereenvolgens, maar het is niet gelijktijdig, dus geen multi-tasking.
De programmeur zal ook die taken toch eerst achtereenvolgens geanalyseerd hebben en geconstateerd hebben dat zich in de opbouw van zijn programma de mogelijkheid voordoet om dat stukje in te lassen. Vervolgens gaat hij achtereenvolgens dat identieke stukje plaatsen.
Zo kan ik ook allerlei alinea’s in deze posting schrijven en achtereenvolgens het woord “achtereenvolgens” op de juiste plaatsen invoegen. Ook dat is niet wat die leerlingen met multitasking bedoelen. Zij denken dat ze fundamenteel verschillende zaken, begrip van een tekst met wiskundige uitwerkingen, het probleem dat het uit is met een vriendinnetje met een ander vriendinnetje bespreken, een jeugdpuistje uitdrukken voor de spiegel, gelijktijdig kunnen doen. Maar dat mondt er in uit dat ze een formule uitknijpen, van het vriendinnetje een wortel trekken en over de wiskundeleraar gaan roddelen.
Geachte Philippens,
Hier
Geachte Philippens,
Hier gaat u het gegeven voorbeeld deconstrueren door een strikte notie van simultaniteit toe te passen. Volgens Einstein (die van voor de generatie) is die notie niet toepasbaar op de fysische werkelijkheid.
Na deze deconstructie geeft u een andere, meer relevante deconstructie waarbij de mate waarin de taken verschillend zijn benadrukt wordt in relatie tot de vraag of er sprake is van ‘echte’ multi-tasking. Daarin formuleert u de intuitie die hier relevant is. Dat een kind dat bezig is met huiswerk het boek van geschiedenis en het boek van aardrijkskunde tegelijkertijd open heeft liggen, dat wordt niet zozeer als een ‘probleem’ ervaren alswel de mogelijkheid dat een kind, tijdens het maken van huiswerk, ook nog zit te bellen met een vriendinnetje.
Als u nu echter de voorbeelden terug herneemt, dan zult u vaststellen dat juist de voorbeelden van het tegelijkertijd uitvoeren van zaken die niets met elkaar te maken hebben (autorijden en ondertussen bellen) intuitief acceptabel zijn als voorbeelden van taken die gecombineerd zouden kunnen worden. Dat kunnen we dus kennelijk prima: taken die niets met elkaar van doen hebben, combineren.
Mensen die van mening zijn dat “multi-tasking” niet mogelijk is, lijken heen en weer geslingerd te worden door verschillende intuities omtrent wat “multi-tasking” eigenlijk is. Is het mogelijk dat deze slingerende intuities veroorzaakt worden doordat men er behoefte aan heeft tegen zoon- of dochterlief te zeggen: “En nu ga je je huiswerk maken en je zet die computer UIT!”?
Misschien is dat zo nu en dan een goed advies aan zoon- of dochterlief. Het advies trachten te rechtvaardigen door het feit dat mensen allerlei taken (functioneel) simultaan kunnen uitvoeren, te ontkennen, lijkt me echter niet verstandig.
Het gaat niet om zaken die niets met elkaar te maken hebben
Met die zogenaamde “multitasking” waar U het over heeft heb ik geen probleem. Als een van de taken geautomatiseerd is, of als er al langer over een zaak gebroed wordt kunnen er natuurlijk gelijktijdig intelligent lijkende oplossingen worden gevonden. Dat gebeurt al van de generatie Neanderthaler tot en met de generatie drWW.
Maar daar gaat het niet om als mensen de term “multitasking” gebruiken om de genialiteit van de huidige generatie kinderen te karakteriseren. Zij bedoelen dat kinderen analyserende ( (= aandachtvragende) activiteiten tegelijkertijd perfect kunnen uitvoeren. Veel kinderen vinden het prachtig als ze afgeleid worden door de pieptoon van een sms-je, een telefoontje, een clip op de tv, een hyves-bericht dus springen ze er meteen op af. Zo leren ze zich te “onconcentreren”. En wat ook nog leuk voor ze is: er is nu ook nog het “multitasking”-verhaal om dat te legitimeren.
kern
Geachte Philippens,
We komen geleidelijk aan tot de kern, vermoed ik. (Ook al in de reactie van 25_12_1945 van 14-9 20:41). Het gaat hier kennelijk niet om een feitelijke stelling (multitasking is mogelijk of niet; nuttig of niet enz.) maar of het verstandig is het concept ervan te introduceren in onderwijsdiscussies op een wijze waaraan anderen een advies zouden kunnen ontlenen.
Ja, dan…
Maar wie zich daar zorgen over maakt, zou minister Plasterk eens moeten vragen of die op wil houden met het financieren van publieke omroepen die omroepgelden spenderen aan babbel-programma’s waarin allerlei oude koeien en triviale waarheden in een nieuw jasje worden gestoken, met nieuwe termen, en gedaan wordt alsof er nu toch een gans nieuw inzicht ontstaan is…
Het verspreiden van hyperige lariekoek kan prima overgelaten worden aan de commerciele omroepen, lijkt me.
multi-tasken
Beste W.W,
Ik heb je antwoord op mijn vraag gelezen. Ik heb geprobeerd om een aantal reacties op jouw antwoord te lezen. Als ik die reacties in ogenschouw neem, zou ik in herhaling vervallen als ik weer op jouw antwoord aan mij zou reageren. Ik moet zeggen dat veel van de reacties op jou aansluiten bij datgene wat ik al dacht toen ik je de vraag stelde.
Ik geloof namelijk niet in dat multi-tasken. Je hebt je, met je opmerking dat elk voorbeeld om een tegenvoorbeeld vraagt, ingedekt tegen voorbeelden die jouw voorbeeld zouden tegenspreken. Je kwam een beetje moeilijk uit je stelling. Dat is niet zo gek W.W, want multi-tasken is meer een fantasie dan een werkelijkheid. Concentratie is een vereiste als je bezig bent kennis op te doen. Weet je het nog? Op de opleiding leerde je dat je om kennis bij te brengen moest zorgen voor een fixerende aandacht, niet voor fluctuerende aandacht.
In mijn beleving bijten concentratie en multi-tasken elkaar. Multi-tasken is voor mij een modewoord, het bekt lekker weg, het is een Engels woord, het staat interessant. Meer zie ik er niet in. Als multi-tasken de lof verdient die sommigen daaraan willen toekennen, mogen alle behandelingen tegen ADHD een halt toegeroepen worden. Als er een groep is die een ster is in multi-tasken, is het wel de groep der ADHD`ers….. Nou, ik bedank wel daarvoor hoor.
Natuurlijk kunnen mensen
Natuurlijk kunnen mensen multi-tasken: ademhalen, lopen, kijken, praten, denken doen we allemaal teglijkertijd. Waar het volgens mij om gaat is dat dit nu wordt geextrapoleerd naar het onderwijs. We kunnen verschillende dingen tegelijk doen dus kunnen we alle dingen teglijk doen. Nee dus. Een discussie over de grens van wat wel simultaan kan en wat niet is dan het gevolg. Lijkt mij niet echt zinnig.
Het is ingewikkelder als je denkt.
ingewikkeld?
Wat is zo ingewikkelder dan ik denk?
Multi-tasken is een farce. We hoeven niet in herhaling te treden. De voorbeelden die jij noemt, zijn geen voorbeelden van multi-tasken die op lesgeven/onderwijzen van toepassing zijn. Ik heb vanmiddag staan koken: terwijl ik de kip inlegde, keek ik naar het potje met gember, ondertussen deed ik twee passen zijwaarts om de tomaten uit de koelkast te pakken, tevens draaide me om om mijn dochter te woord te staan, en passant draaide ik de kraan open voor een straal water op de groeten. Als je eens wist hoeveel ik dagelijks sta te multi-tasken in de keuken! ALthans multi-tasken analoog aan jouw voorbeeld.
Ik moet nog eens zien dat een leerling accuraat zit te boekhouden, terwijl zij via de hoofdtelefoon naar een Engelse tekst luistert (om die tekst zometeen te analyseren) en dat deze leerling ondertussen ook nog diep nadenkt over wat zij allemaal in haar boekverslag (Ned) zal verwerken. Het kán toch niet. Van leerlingen eisen dat zij zich tegelijkertijd op verschillende taken moeten concentreren, staat gelijk aan kindermishandeling. Waarom dat multi-tasken brengen alsof het weer een ander ei van Columbus is? Een lesrooster dat goed is samengesteld (gevarieerd, de vakken + aantal uren evenwichtig verspreid) biedt al genoeg multi-tasken (voor de liefhebbers van dat woord)
@Ivy, wij zijn het helemaal
@Ivy, wij zijn het helemaal eens. Ik denk dat discussie hierover helemaal nergens tot leidt, dat probeerde ik duidelijk te maken.
@BondscoachZonderland
@BondscoachZonderland, je ziet het. Het is simpeler dan je denkt!
Even verduidelijken
Multitasken komt inderdaad uit de informatica. De snelheid van de rekenprocessor is zoveel groter dan de snelheid van de in- en uitvoer dat bij een monotask de rekenprocessor het grootste deel van de tijd staat te niksen. Om de capaciteit van de processor beter te benutten is het idee ontstaan om de wachttijd te gebruiken om alvast aan een andere taak te rekenen.
Bij een groot deel van onze multitaskende jeugd speelt het tegenovergestelde: de rekensnelheid is dermate laag dat elke zenuwprikkel hun denkprocessen verstoord.
rekensnelheden
Geachte hendrikush,
Als de rekensnelheid van de jeugd bepaald zou moeten door te kijken naar de snelheid waarmee ze rekensommen kunnen maken, dan zal die vast lager zijn dan die van computer. Computers hebben daartegenover dan weer erg veel moeite met simpele klusjes als gezicht- en spraakherkenning. Sommige computers zijn tegenwoordig al helemaal niet meer vooruit te branden omdat daar een besturingssysteem op schijnt te moeten draaien dat 1Gb werkgeheugen vereist.
multitaskend hart-brein-leren met meervoudige intelligentie!
Wat u zegt over computers die moeite hebben met multitasking is onjuist. Mijn computer haalt op dit moment mail op, laat een mooi muziekje horen, leest af welke toetsen ik indruk en bouwt afhankelijk daarvan het beeldscherm tekens opnieuw gedeeltelijk op. Of je dat multitasking noemt is afhankelijk van het niveau waarop je het beschouwt en van je definitie van multitasking. Ik heb een oude computer, met een processor met maar één CPU en die voert opdrachten sequentieel uit. Maar omdat hij zijn sequentiele monogamie snel wisselt is het voor de gebruiker functionele multitasking. Het besturingssysteem bepaalt de multitaskende eigenschap. Oudere batch verwerkende computers waren duidelijker singletasking. Modernere computers met multi core processoren voeren zelfs op hardware niveau meerdere taken tegelijk uit. De uitspraak dat computers er meer moeite mee zouden hebben dan mensen is hetzij zinloos, hetzij onjuist, want ook bij mensen kun je opmerken dat ademhaling, hartslag en andere functies gelijktijdig worden uitgevoerd.
Het gevaar van dergelijke uitspraken is dat een of andere goeroe ze straks gaat herhalen en dat het een eigen leven gaat leiden. Het klinkt namelijk prachtig: “computers kunnen niet zo goed multi tasken als mensen”, maar helaas: de uitspraak is zinloos (en/of beslist foutief). Voor je het weet heeft het APS een cursus multitaskend hart-brein-leren, nu met meervoudige intelligenties. Voor je het weet moet ik op cursus
dual cores
Geachte 25_12_1945,
U heeft gelijk, computers kunnen prima multitasken, mits ze een dual-core hebben. Anders is het hooguit zoals u dat noemt een geval van functionele multitasking.
Laat nu echter het menselijke brein al millenia-lang voorzien zijn van een “dual-core”. Net als dat van de meeste andere dieren trouwens. Het menselijk brein voert elke seconde miljoenen simulaten transacties uit, en dan niet vanuit een hierarchische structuur (zoals een computer zonder dual-core doet) maar semi-onafhankelijk.
Degenen die denken dat ‘multitasking’ bij mensen niet kan (of zeer nadelig is) redeneren vanuit de aanname dat een taak bewust uitvoeren veronderstelt dat men zich er van bewust is, dat je er bij wijze van spreken naar zit te kijken. Die veronderstelling is onjuist. Het is zelfs zeer twijfelachtig dat een taak uitvoeren terwijl je er ‘naar zit te kijken’ een positieve bijdrage levert aan het uitvoeren van de taak.
Je ergens al te zeer van bewust van zijn, geeft maar getob, immers.
@W.W.
U verdraait een beetje de dicussie. ” Multi-tasking” en ” generatie Einstein” Zijn begrippen die pas bij de opkomst en invoering van het nieuwe leren hun intrede hebben gedaan in het jargon van de onderwijsdeskundologen. Allebei de termen werden en worden gebruikt om het onderwijsleerproces zogenaamd aan te passen aan de jeugd en zijn omgeving. Geen van beide termen is gestoeld op degelijk wetenschappelijk onderzoek. Zoals 45 al aangaf, kleine wetenschappelijke experimentjes zullen al snel duidelijk maken dat multi-tasking zoals bedoeld het uitvoeren van meerdere taken tegelijkertijd met hetzelfde resultaat als bij het afzonderlijke uitvoeren van deze taken maar dan veel en veel sneller niet meer of minder is dan onzin. Alle hersenmogelijkheden ten spijt.Maar neemt u zelf de proef op de som. Ik stel voor dat u bij de volgende vrij-beurt uw partner tijdens het vrijen vergast op een deliberatie van de ” de redevoering van Marcus Antonius” van W.S. u weet wel “Vrienden,Romeinen,hoort. Ik ben hier om Caesar te begraven,….”. Ik wens u en uw partner veel succes.
PS. Indien u en uw partner toch enig plezier beleeft aan dit onderzoekje, gooi het dan niet op multitasking, maar sla het hoofdstuk “Parafilieën” in het handboek van de psychologie er op na
termmonopolieen
Geachte Jeronimoon,
Ik ben me er niet van bewust termen gebruikt te hebben in wat u “onderwijsdeskundologie” zou noemen noch dat enige persoon op een term enig monopolie zou kunnen doen gelden. Om een term te gebruiken hoeft die ook niet gestoeld te zijn op wetenschappelijk onderzoek. “Onderwijsdeskundologie” zou u zelf bedacht kunnen hebben, en toch zinvol kunnen gebruiken.
Wat uw voorbeeld omtrent vrijpartijen er precies mee van doen heeft, is mij niet helder. Dat mensen verschillende taken gelijktijdig kunnen uitvoeren, impliceert niet dat zij om het eender welke verzameling taken gelijktijdig zouden kunnen uitvoeren.
Welk handboek psychologie bedoelt u? Ik heb hier o.m.Lloyd, Mayes, Manstead, Meudell en Wagner (1984) paraat. De door u gebruikte term staat niet in de index. Ik zou in de andere handboeken kunnen gaan kijken, maar ik vermoed dat u hier een handboek psychiatrie in gedachten heeft. Daar heb ik geen handboek van paraat, en de drie andere taken die ik nu aan het afhandelen ben zijn niet goed te combineren met het doornemen van het verzameld werk van Freud.
Probeert
u het eens met Google. Maar eigenlijk zegt u dat multi-tasking niet altijd mogelijk is. Wat impliceert dat niet iederen in staat is om te multi-tasken. Het komt er dan volgens u op neer dat multi tasken alleen maar kan in bepaalde omstandigheden, door bepaalde personen en bij bepaalde handelingen. Zullen we dan maar stoppen om multi-tasken te verkopen als een universele mogelijkheid waar in het ondewijs vooral veel gebruik van gemaakt moet worden. Trouwens u blijkt dus ook niet in staat om 4 taken tegelijkertijd tot een goed einde te brengen. Daar bent u niet alleen in, zowat iedereen op deze aardkloot is hiertoe niet in staat, ondanks de bewering van multi task discipelen.
verwoordingen
Beste jeronimoon,
De verzamelde werken van Freud staan in het deel van de huisbibliotheek dat zich in een andere ruimte bevindt, vandaar. Ik had overigens het idee dat u een grapje maakte. Was dat niet zo dan?
Of er hier iemand op het forum “multi-tasken” wil “verkopen” als een “universele mogelijkheid” tot wat dan ook, betwijfel ik. Ik vermoed ook dat er buiten dit forum niemand is die dat zou willen doen. Enkel een paar uitspraken van een paar kinderen bij Rondom Tien schijnt reeds voldoende te zijn om allerlei mensen daartegen (nog eens) in het geweer te roepen, en die mensen draven dan door door kanttekeningen die men ter relativering van die zgn. ‘universele mogelijkheid’ zou kunnen, te hypostaseren tot een soort van onmogelijkheidsbewijs.
Om de vraag van hendrikush van 11:34 te beantwoorden met een vraag: waarom zou de BON of om het eender wie een standpunt moeten hebben over de mate waarin iets (“multitasking” of welke term men ook van een andere discipline wil lenen) bevorderlijk is voor het verwerven van (vak)kennis?
Zijn er al niet genoeg ‘deskundigen’ die pretenderen te weten wat daar allemaal bevorderlijk voor is, en wat niet?
Dan wordt
het tijd dat u uw gezichtsveld gaat vergroten. Multitaskende leerlingen zijn een drogredenen om het onderwijs in al zijn geledingen te veranderen en te vernieuwen. Dat is niet nieuw, dat doet al zo een twee jaar opgang. Multitasking wordt daarbij voorgesteld als een universele bekwaamheid van de schoolgaande jeugd. Ook Prof. J. Jolles heeft in zijn rede op de jaarlijkse algemene ledenvergadering van BON korte metten gemaakt met Multitasking, meervoudige intelligentie en andere zogenaamde verworvenheden van de hedendaagse jeugdige Homo Sapiens. De multitaskende Einsteingeneratie steekt in elk onderwijsdebat wel de kop op of wordt als argument aangereikt dat het zogenaamde” oude onderwijs” niet meer voldoet aan de leefwereld van het kind. Anders gezegd, ik als onderwijsgevende met meer dan 30 jaar ervaring weet niet wat de noden en deugden zijn van de leerlingen die elke dag voor mijn neus hun multitasking etaleren.
En nee ik maakte hoegenaamd geen grapje, het hele onderwijsdebat wordt vervuild met zweefliegerij, pseudo wetenschap, en niet ter zake doende wetenswaardigheden waar de halfwaardetijd geen invloed schijnt op te hebben. Het is neuzelarij, waarover heel wat gezeverd wordt en uiteindelijk niets toevoegt aan de zaak waar het om gaat. Beter Onderwijs in Nederland.
debatvervuilingen
Beste jeronimoon,
Uw ongenoegen omtrent allerlei neuzelarijen zal ongetwijfeld enige grond in de werkelijkheid hebben. Dat mijn gezichtsveld te beperkt is, zou ik ook niet durven ontkennen. Ik tracht het elke dag weer wat te verruimen, maar het zal vast beperkt blijven.
Dat een paar reclame-copywriters de term “Einstein-generatie” wel leuk vonden klinken, en dat die daarbij – al rondzwaaiend met de klepel – ook andere leuk klinkende termen in hun wazige visie meenden te kunnen betrekken, beschouw ik evenwel niet als een serieuze ontwikkeling. Die reclamejongetjes, die bedenken zoveel. Als professoren en anderen met dat soort flauwiteiten “korte metten” willen maken, dan moeten ze dat vooral doen. Het lijkt me tijdverspilling.
De concepten “multitasking” en “meervoudige intelligentie” zijn evenwel serieuze wetenschappelijke concepten. Op de theorieen die daarover bestaan EN op de praktische belang van deze concepten valt van alles en nog wat aan te merken, maar dat geldt ook voor allerlei andere noties, nieuwe – zoals emotionele intelligentie – en oude – zoals het intelligentie quotient.
Deze concepten hebben met het gebrabbel over de “Einstein-generatie” geen ander verband dan dat trendy types de verschillende termen toevallig in dezelfde longitudinale uitbarstingen schijnen te produceren.
inderdaad
laten we het geneuzel over de Einstein-generatie, multitasking, emotionele- sociale- en nog 24 andere soorten van intelligentie voor wie geen intelligentie bezit dan maar over aan de neuzelaars. Ik hoop dan maar dat de trendy types zich verder onthouden om een toontje mee te zingen in het onderwijsdebat. Zeker omdat enige kennis van onderwijs ten dele of zelfs helemaal ontbreekt. Dat de schoenmaker bij zijn leest blijve.
Helemaal mee eens
Helemaal mee eens Jeronimoon. Helaas is de werkelijkheid anders. Aanstaande dinsdag heb ik een ‘studiemiddag’ op mijn school. Thema: de Zapgeneratie. Spreker: Wim Veen. Doel: praktische tips voor de les.
Ik heb er nu al zin in…
experimentje doen?
Vraag eens of je met ene paar mensen en experimentje mag doen. Je zorgt dt je een stukje tekst op een A4tje hebt staan over een onderwerp waar wat over na te denken valt. Niet vreselijk ingewikkeld, maar iets waar van je kunt verachten dat de aanwezigen er niet bekend mee zijn. Dan ga je naar Wim toe en vraagt hem dat papiertje even te lezen/leren/bestuderen. Ondertussen zorg je voor verschillende afleidingen. Je vraagt hem of wat hij van BON vindt bijvoorbeeld. Of in hoeverre het realistisch rekenen wel constructivistisch is of … verzin maar. En na afloop overhoor je hem om te kijken wat hij heeft gelezen.geleerd van wat er op het papiertje stond. Wedden dat hij dat niet kan? Maar, zal hij zeggen: hij behoort niet tot de juiste generatie. Dik kans dat hij zelfs geïrriteerd doet omdat hij telkens gestoord wordt. Op dat moment pluk je ene jonge college, het meisje van de versnaperingen of een van te voren bestelde leerling bij zn kladden en voer je hetzelfde experimentje uit.
ALs hij dat allemaal iet wil, adn kun je ook wat vragen pepareren. Of hij ook begrijpt waarom tijdens eindexamens leerlingen zo vreselijk klagen over heiwerkzaamheden in de buurt, over de piepende schoenen van de docenten, over het gefluister van twee surveillanten.
Evidence based
Hartelijk dank voor de tips
Hartelijk dank voor de tips 25_12_1945. Ik weet zeker dat ik wel een aantal sectiegenoten bereid zou vinden om mee te helpen bij het organiseren van een dergelijke test.
Jongens (en meisjes)
Kunnen jullie een beetje bij de les blijven?
Is het “multitasken” van de “generatie einstein” bevorderlijk voor het verwerven van (vak-)kennis of is het dat niet? Die schattige meisjes in rondom tien vonden het vanzelfsprekend; jullie ook? Hoe gaan Bonners daar mee om?
Twee dingen …
Walter Mischel, Stanford University, discovered that if 4-years-olds could resist eating marshmellows while he briefly left the room -for the promise of two marshmellows on his return- they were more likely to have higher university entrance exam scores later on, better paid jobs, successful marriages and bettr health. (New Scientist, 13 sept 2008, p40)
Peter Higgs, naamgever van het Higgs-boson:
“If I’d done more maths at university I might have had the right background to do it” (id, p45)
Het -it- gaat over de verdere ontwikkeling van de theorie van het Higgs-veld.
Moraal?
Self-control is the key to our lifelong health and happiness. The good news is you can improve it.
Maar niet met multitaskende impulsbevrediging!