Voormalig minister van onderwijs Jo Ritzen heeft adviezen voor Plasterk. Hij moet “(…) stevig in de slag met zijn collega Bos, zijn partijleider op Financiën.” Aldus een artikel op ScienceGuide van 8 maart 2007.
============================================================================
“Ritzen herkent zich in Plasterk
Minister Plasterk moet stevig in de slag met zijn collega Bos, zijn partijleider op Financiën. Dat is de kern van het advies dat zijn voorganger Ritzen de nieuwe PvdA-minister heeft gegeven. “Hij heeft net als ik te maken met een partijleider die tevens minister van Financiën is. Kok vond dat hij zich moest bewijzen en wilde zuiniger dan zuinig zijn. Maar goed onderwijs begint bij goede financiën. Dat heb ik tegen Plasterk gezegd.”
Ritzen analyseert in Observant de verschillen en overeenkomsten tussen ‘toen’ –het CDA-PvdA-kabinet Lubbers- Kok (1989-1994)- en de nieuwe christelijk-sociale coalitie. Hij erkent dat zijn verstandhouding met Kok te lijden kreeg onder het feit dat de onderwijsuitgaven een groot deel beslaan van de bestedingen die via bezuinigingen direct beïnvloedbaar zijn. “De chemie was weg. De echte verwijdering is veroorzaakt door de WAO-crisis.” Ritzen ging er vanuit dat de klappen óf in de uitkeringen óf in het onderwijs zouden moeten vallen en werd daarom “de architect van de plannen om de WAO te hervormen.”
Die voorstellen leidden tot een diepe crisis binnen de PvdA en coalitie en bijna tot de val van Kok. Dat neemt niet weg dat Plasterk volgens Ritzen zich nadrukkelijk moet manifesteren buiten het strikte onderwijsterrein: “[Het] is voor het onderwijs goed als er een geprofileerde minister zit die een bredere rol vervult en zich niet alleen met zijn eigen departement bemoeit. Ik denk dat Plasterk dat kan, dat hij dat gezag wel kan opbouwen.”
Ritzen adviseert de nieuwe bewindsman ook nadrukkelijk in te zetten op Europeanisering en internationalisering van het hoger onderwijs en onderzoek. Een intensieve, informele band met de collega’s in de EU opbouwen is daarbij een effectieve aanpak. “Daar heb ik veel lol aan beleefd.”
Wat Plasterk beter zou moeten doen dan Ritzen zelf destijds is het opbouwen van “een verstandhouding met de woordvoerders” in het parlement. “Ik heb dat niet gedaan, drie maanden lang niet. Terwijl de Kamer toch altijd de neiging heeft iemand te ontgroenen.” Het leidde ertoe dat de Kamer minder ontvankelijk was voor de analyses en betogen van minister Ritzen, zo geeft hij aan. De Kamerleden zeiden tegen hem: “We komen niet om naar u te luisteren, maar om u iets te vertellen. Ik werd ‘de professor’genoemd.”
Ritzen blijkt vertrouwen te hebben dat zijn adviezen in goede aarde zullen vallen bij Plasterk. Toen hij zich op bezoek aan Den Haag recent even bij de nieuwe minister meldde “lag mijn boekje op tafel: ‘De minister, een handboek’. Hij had het van een ambtenaar geleend.”
Dat is de kern van het advies dat zijn voorganger Ritzen de nieuwe PvdA-minister heeft gegeven.”
ritzen
de krokodillen^tranen van ritzen, nog wel in zijn eigen maastrichtse huisorgaan (in observant van maart 2007, overgenomen in scienceguide) ; en ongetwijfeld bedoelt hij het goed :
ritzen, de voormalige minister, wijzer geworden, geeft welwillend advies aan plasterk en wijt daarbij zijn echec voornamelijk aan de beperkte financien, waarmee zijn ministerie toebedeeld was ;
vrij vertaald : meer geld, en alles was goed gegaan ;
wel wel ; in mijn herinnering aan het ministerschap van ritzen komen andere aspecten op : een gederailleerde onderwijs^hervorming, reeksen mislukte vernieuwingen, desorientatie, pedagogisch gegoochel, demotivatie op de scholen ; die effekten hebben lang doorgewerkt, ja zijn nog steeds van invloed ;
wie de schuld ? de toenmalige minister van financien, kok ; gekortwiekt door kok :
wie zo stevig van het belang van onderwijs overtuigd was (en dat was ritzen zeker, en nog steeds) en dan op zijn post blijft, verdient niet anders dan dat iemand ‘krokodillen^ tranen’ roept, -tig jaren later ;
nu schrijven we het jaar 2007 ; plasterk, eveneens een uitmuntende wetenschapper, lijkt beter over het inzicht en de vaardigheden te beschikken, die nodig zullen zijn voor het weer op peil brengen van het onderwijs in brede zin ; dat wil zeggen, inclusief de dringend nodige nieuwe orientatie in de universiteiten, maar ook de inrichting van het VMBO onderwijs en de HBO sector ;
de vraag blijft open of het hem lukken zal (4 jaar ? 8 jaar ?), en – in verband daarmee – hoe lang hij blijven zal ; dat was bij ritzen nooit de vraag ;
De wijze lessen van Ritzen
De tekst waarop bovenstaand artikel teruggrijpt is te vinden in de Observant jaargang 27, nummer 23.
De financiele problemen waar het onderwijs toen mee worstelde schijnen inmiddels opgelost te zijn…
Bestrijder van graaiende topmanagers
Doekle Terpstra, fanatiek bestrijder van graaiende topmanagers, gaat er dus 53.000 euro op vooruit.
Maar Doekle weet dan ook van aanpakken.
Overigens, je moet zulke berichten wel relativeren: dit bedrag is natuurlijk bruto, daar moet zo’n optimist 50% belasting over betalen. Dan houd je maar uiteindelijk een schamele 28.000 euro over. Ik zou het er niet voor doen, natuurlijk.