In Trouw staat een lezenswaardig artikel over de groei van de zelfstandige Mavo’s. Ook de lezersreacties zijn de moeite waard.
10 Reacties
Goed artikel, foute denkwijze Interessant artikel: groei van zelfstandige MAVO’s is heel begrijpelijk omdat er op het VMBO zoveel probleemjongeren zijn. De conclusie dat dat komt omdat er te weinig praktijk gegeven wordt op het VMBO is echter nergens op gebaseerd. Helaas is dit een visie die populair is, maar daarom nog steeds niet juist.
Het probleem van het VMBO is dat er zoveel probleemjongeren zijn. Zij komen terecht op het VMBO, enerzijds omdat het misschien het juiste niveau is, anderzijds omdat de ‘hogere’ vormen van middelbaar onderwijs hun probleemleerlingen zo snel mogelijk afschuiven naar het VMBO. Bovendien zijn de alternatieven voor probleemleerlingen, bijvoorbeeld het speciaal onderwijs, vrijwel ontoegankelijk geworden of gewoon afgeschaft.
Nogmaals: er is niets mis met het VMBO! Prima opleiding. Helaas komen alle probleemleerlingen hier terecht. Dat zijn er veel meer dan vroeger, terwijl er minder mogelijkheden zijn om deze jongeren goed op te vangen.
Eerst het VMBO-T kritisch onder de loep Bovendien: wat staat docenten met VMBO-T-klassen in de weg om gewoon goed onderwijs te geven? Goed onderwijs geven aan VMBO-T-leerlingen lijkt mij de beste manier om de oude mavo te doen vergeten.
Dat laatste is natuurlijk geen doel op zich. Maar als het waar is dat het VMBO-T achterblijft bij de oude mavo (is dat wel zo? en waarom denkt men dat?) is een stelselwijziging niet de eerste en niet de enige remedie. Eerst maar eens kijken naar wat er feitelijk in dat VMBO-T gebeurt, dat de toets der kritiek al of niet kan doorstaan.
Exemplarisch Ik heb het al vaker aangehaald: voor mijn vak (geschiedenis) is er prima vergelijkingsmateriaal voorhanden. Immers: het laatste jaar MAVO was één van de twee eindexamenonderwerpen “Indonesië” en dat gold ook voor het eerste jaar VMBO-TL. Je kunt boeken, stofomschrijving, eindtermen en eindexamens dus prima naast elkaar leggen. Er is een (drastische) teruggang in zowel omvang van de studielast als niveau te constateren. Omvang valt nog te billijken als je de toename in studielast op andere gebieden (sectorwerkstuk bijvoorbeeld, wat je daar ook van moge vinden) bekijkt. Maar het niveau van de vraagstelling, het soort vragen – da’s allemaal van een lager niveau dan de ‘oude’ MAVO-D. VMBO-TL zit voor mijn vak nog niet op het niveau van MAVO-C.
Het is ook in de instroom van VMBO-TL leerlingen in het HAVO te merken. We hadden als eis een gemiddelde 7 (eindlijst VMBO-TL) om tot de havo toegelaten te worden. Momenteel is er overleg om gehoor te geven aan wat docenten al een paar jaar roepen en om wat al een paar jaar uit de rendementscijfers blijkt: de toelatingsnorm moet scherper. Het gat VMBO-TL – HAVO is groter dan het gat MAVO-D – HAVO. En dat terwijl er ook sprake is van een onderbuikgevoel dat de havo van vroeger, de havo van nu niet meer is.
Op 2 punten constateert deze eenvoudige docent dus al dat het VMBO-TL het niveau van de MAVO niet haalt.
Beste Geschiedenisleraar,
Ik Beste Geschiedenisleraar,
Ik val dit jaar in in 2 4HAVO klassen. Moet daar volgens de Rooy in een jaar de wereldgeschiedenis in vogelvlucht door.
Onze toekomstig hoger opgeleiden met een overzichtskennis aan geschiedenis het hogeronderwijs en het leven in sturen, er lijkt iets voor te zeggen. De onderbouw kennis gewoon oppoetsen en uitbreiden.
Maar het is in praktijk allemaal jank, jank, om een gewaardeerd Bonner te citeren. De ex-VMBO-Ters hebben nog nooit van Griekenland, behalve als vakantiebestemming, gehoord. Volgens de ex-VMBO-ers zijn de Romeinen altijd door Julius Ceasar, hun beroemde stripkeizer geregeerd. Wel gezellige vechtersbazen hoor, maar Jackie Chan is spannender.
Maar ook de ex-HAVO onderbouwers weten van toeten nog blazen. Kennelijk zijn hun docenten in die jaren vooral gezellig pedagogisch met hen bezig geweest.
Dit gebrek aan kennisbasis gecombineerd met de bekende 4 HAVO motivatiedip leeidt tot cijferreeksen die aanvankelijk vooral het karakter van een Weense wals droegen (1-2-3).
Met heel veel klassikaal stampen en herhalen (lezen zijn ze ook al niet gewend) en individuele bijspijkerspreekuurtjes zit er nu een licht-opgaande lijn in.
Soms voel ik mij net Don Quichot ; geen tot nauwelijks geschiedenis in BO, alleen voor het leuk in de onderbouw, geen leeservaring en dat moet ik in 4HAVO even rechtbreien. Kortom de docent werkt zich weer over de kop, want die krijgt de klachten over de resultaten op haar bordje. Wat in 11 jaar onderwijs is misgegaan … ik zou het graag willen oplossen…. . Maar niet tenkoste van alles. De oplossing zal wel weer komen: programma verlichten en soepeler cijferen.
Daar komt hij weer : jank, jank
Don Quichot Bon Quichot
Zie mn avatar de mooiste plaat van Don Q en zijn maatje die ik ken. Picasso!
Ja, maar hoe zou dat nou toch komen? Historica schreef: “Maar ook de ex-HAVO onderbouwers weten van toeten nog blazen. Kennelijk zijn hun docenten in die jaren vooral gezellig pedagogisch met hen bezig geweest.”
Dit geeft te denken. De havo-onderbouw beslaat 60% van de havo-opleiding. Waarom zou in dit grootste deel van de havo-opleiding het vakonderwijs zo weinig vrucht dragen? De leerlingen krijgen in alle jaren geschiedenis. Enkele mogelijke – dus ook mogelijk onjuiste! – verklaringen:
1. Het is de leeftijd. Tussen 12 en 15 zijn leerlingen per definitie te weinig geïnteresseerd in de maatschappij (en tezeer op zichzelf gericht) om met vrucht onderwijs te volgen in geschiedenis, aardrijkskunde etc. Het probleem is van alle tijden.
2. Het is de leraar. Onderbouwleraren lopen niet zo hard als het gaat om de leeropbrengsten. Leuk bezig zijn met de kinderen is het hoogste doel van de onderbouwleraren, want anders zijn de klassen zo druk.
3. Het is de tweedegraads leraar. Sinds 1985 (HOS-nota) hoeven scholen in de onderbouw van havo en vwo geen eerstegraders meer in te zetten, *dus* zetten ze massaal tweedegraders in, die aanmerkelijk minder vakkennis hebben en deze aanmerkelijk slechter doceren en toetsen.
4. Het is de beunhaas. Met de wet-BIO in de hand kunnen scholen werken in de ‘leergebieden’ waar zij niet-geschiedenisleraren ‘geschiedenis’ laten geven, geheel ‘geïntegreerd’ in ander onderwijs, in bepaalde thema’s, in projecten etc. De leerling raakt het zicht kwijt op wat er feitelijk geleerd moet worden. Pas in 4-havo worden leerlingen en leraar wakker.
5. Het is de onderwijsorganisatie. Talloos zijn de scholen waarbij onderbouw- en bovenbouwdocenten aparte subteams vormen. Daardoor wordt geklaag van bovenbouwdocenten over het wrakke niveau niet of nauwelijks omgezet in harder werken in de onderbouw.
Ik hoor graag weerleggingen van bovenstaande *mogelijke* verklaringen en aanvullende verklaringen.
Couzijn,
Dit allemaal samen Couzijn,
Dit allemaal samen leidt ons naar de afgrond. Plus iedere generatie een stapje hoger zonder de bij behorende IQ-stijging. En door alle taalkundige onzin die ik dagelijks onder ogen krijg, ga ik ook nog spelfouten maken. Nog even en we weten allemaal van : Toeten NOCH blazen. (Hoeveel van uw leerlingen kennen dergelijke Nederlandse uitdrukkingen en gezegden nog?). Eindelijk allemaal gelijk. Na de salarisnivellerig in het onderwijs is dan de kennisnivellering succesvol verlopen.
Boekenkeuze Het versnelde traject in het VAVO is een reden waarom we al enige jaren voor een bepaalde methode kiezen (ik had ‘m benoemd, maar houd ’t toch maar even algemeen). Het is een negatieve keuze – er zijn betere methodes, zo vinden wij – maar we voldoen er mee aan de gestelde school- en eindexameneisen. Enig pragmatisme is ons niet vreemd – gezien ons programma.
Maar wat mij wel bevreemd is dat dezelfde methode in het reguliere onderwijs óók wordt gebruikt. En niet één school, nee de meerderheid van mijn leerlingen heeft dezelfde methode ook op de vorige school al gehad. Tot en met gymnasium aan toe. Kijk, daar kan ik nou niet bij. Wij hebben in 3×24 weken plus wat tentamenweken de bovenbouw af te raffelen, maar als ik toch docent op een ‘gewone’ school zou zijn …..
Maar goed, dit jaar doe ik voor het eerst ‘historisch overzicht van de 20e eeuw’ in VMBO-TL. Qua omvang gaat dit examenkatern weer richting de ‘oude MAVO’. Maar jongens jongens toch, WO I, II, de koude oorlog èn de ‘War on terrorism’ in één adem … m’n vmbo-ers raken de draad kwijt.
Stelselwijziging Het huidige stelsel is een tweedeling in VMBO en HAVO/VWO. Deze deling gaat bijna precies door het midden van de populatie (precies daar waar de onzekerheid over plaatsing in een schooltype het grootst is). Rekening houdend met de normale verdeling van intelligentie is het oude systeem een stuk beter: de gemiddelde leerling gaat naar de MAVO, de minder dan gemiddelde leerling naar het LBO, de veel minder dan gemiddelde leerling naar het speciaal onderwijs, de boven gemiddelde leerling naar de HAVO en de ver boven gemiddelde leerling naar het VWO.
Het samenvoegen van speciaal onderwijs, LBO en MAVO in 1 schooltype is een gedrocht, nog veel erger dan het zou zijn om HAVO, VWO en gymnasium samen te voegen.
Reacties zijn gesloten.
Copyright & kopiëren; 2025|WordPress thema door MH Themes
Goed artikel, foute denkwijze
Interessant artikel: groei van zelfstandige MAVO’s is heel begrijpelijk omdat er op het VMBO zoveel probleemjongeren zijn. De conclusie dat dat komt omdat er te weinig praktijk gegeven wordt op het VMBO is echter nergens op gebaseerd. Helaas is dit een visie die populair is, maar daarom nog steeds niet juist.
Het probleem van het VMBO is dat er zoveel probleemjongeren zijn. Zij komen terecht op het VMBO, enerzijds omdat het misschien het juiste niveau is, anderzijds omdat de ‘hogere’ vormen van middelbaar onderwijs hun probleemleerlingen zo snel mogelijk afschuiven naar het VMBO. Bovendien zijn de alternatieven voor probleemleerlingen, bijvoorbeeld het speciaal onderwijs, vrijwel ontoegankelijk geworden of gewoon afgeschaft.
Nogmaals: er is niets mis met het VMBO! Prima opleiding. Helaas komen alle probleemleerlingen hier terecht. Dat zijn er veel meer dan vroeger, terwijl er minder mogelijkheden zijn om deze jongeren goed op te vangen.
Eerst het VMBO-T kritisch onder de loep
Bovendien: wat staat docenten met VMBO-T-klassen in de weg om gewoon goed onderwijs te geven? Goed onderwijs geven aan VMBO-T-leerlingen lijkt mij de beste manier om de oude mavo te doen vergeten.
Dat laatste is natuurlijk geen doel op zich. Maar als het waar is dat het VMBO-T achterblijft bij de oude mavo (is dat wel zo? en waarom denkt men dat?) is een stelselwijziging niet de eerste en niet de enige remedie. Eerst maar eens kijken naar wat er feitelijk in dat VMBO-T gebeurt, dat de toets der kritiek al of niet kan doorstaan.
Exemplarisch
Ik heb het al vaker aangehaald: voor mijn vak (geschiedenis) is er prima vergelijkingsmateriaal voorhanden. Immers: het laatste jaar MAVO was één van de twee eindexamenonderwerpen “Indonesië” en dat gold ook voor het eerste jaar VMBO-TL. Je kunt boeken, stofomschrijving, eindtermen en eindexamens dus prima naast elkaar leggen. Er is een (drastische) teruggang in zowel omvang van de studielast als niveau te constateren. Omvang valt nog te billijken als je de toename in studielast op andere gebieden (sectorwerkstuk bijvoorbeeld, wat je daar ook van moge vinden) bekijkt. Maar het niveau van de vraagstelling, het soort vragen – da’s allemaal van een lager niveau dan de ‘oude’ MAVO-D. VMBO-TL zit voor mijn vak nog niet op het niveau van MAVO-C.
Het is ook in de instroom van VMBO-TL leerlingen in het HAVO te merken. We hadden als eis een gemiddelde 7 (eindlijst VMBO-TL) om tot de havo toegelaten te worden. Momenteel is er overleg om gehoor te geven aan wat docenten al een paar jaar roepen en om wat al een paar jaar uit de rendementscijfers blijkt: de toelatingsnorm moet scherper. Het gat VMBO-TL – HAVO is groter dan het gat MAVO-D – HAVO. En dat terwijl er ook sprake is van een onderbuikgevoel dat de havo van vroeger, de havo van nu niet meer is.
Op 2 punten constateert deze eenvoudige docent dus al dat het VMBO-TL het niveau van de MAVO niet haalt.
Beste Geschiedenisleraar,
Ik
Beste Geschiedenisleraar,
Ik val dit jaar in in 2 4HAVO klassen. Moet daar volgens de Rooy in een jaar de wereldgeschiedenis in vogelvlucht door.
Onze toekomstig hoger opgeleiden met een overzichtskennis aan geschiedenis het hogeronderwijs en het leven in sturen, er lijkt iets voor te zeggen. De onderbouw kennis gewoon oppoetsen en uitbreiden.
Maar het is in praktijk allemaal jank, jank, om een gewaardeerd Bonner te citeren. De ex-VMBO-Ters hebben nog nooit van Griekenland, behalve als vakantiebestemming, gehoord. Volgens de ex-VMBO-ers zijn de Romeinen altijd door Julius Ceasar, hun beroemde stripkeizer geregeerd. Wel gezellige vechtersbazen hoor, maar Jackie Chan is spannender.
Maar ook de ex-HAVO onderbouwers weten van toeten nog blazen. Kennelijk zijn hun docenten in die jaren vooral gezellig pedagogisch met hen bezig geweest.
Dit gebrek aan kennisbasis gecombineerd met de bekende 4 HAVO motivatiedip leeidt tot cijferreeksen die aanvankelijk vooral het karakter van een Weense wals droegen (1-2-3).
Met heel veel klassikaal stampen en herhalen (lezen zijn ze ook al niet gewend) en individuele bijspijkerspreekuurtjes zit er nu een licht-opgaande lijn in.
Soms voel ik mij net Don Quichot ; geen tot nauwelijks geschiedenis in BO, alleen voor het leuk in de onderbouw, geen leeservaring en dat moet ik in 4HAVO even rechtbreien. Kortom de docent werkt zich weer over de kop, want die krijgt de klachten over de resultaten op haar bordje. Wat in 11 jaar onderwijs is misgegaan … ik zou het graag willen oplossen…. . Maar niet tenkoste van alles. De oplossing zal wel weer komen: programma verlichten en soepeler cijferen.
Daar komt hij weer : jank, jank
Don Quichot
Bon Quichot
Zie mn avatar
de mooiste plaat van Don Q en zijn maatje die ik ken. Picasso!
Ja, maar hoe zou dat nou toch komen?
Historica schreef: “Maar ook de ex-HAVO onderbouwers weten van toeten nog blazen. Kennelijk zijn hun docenten in die jaren vooral gezellig pedagogisch met hen bezig geweest.”
Dit geeft te denken. De havo-onderbouw beslaat 60% van de havo-opleiding. Waarom zou in dit grootste deel van de havo-opleiding het vakonderwijs zo weinig vrucht dragen? De leerlingen krijgen in alle jaren geschiedenis. Enkele mogelijke – dus ook mogelijk onjuiste! – verklaringen:
1. Het is de leeftijd. Tussen 12 en 15 zijn leerlingen per definitie te weinig geïnteresseerd in de maatschappij (en tezeer op zichzelf gericht) om met vrucht onderwijs te volgen in geschiedenis, aardrijkskunde etc. Het probleem is van alle tijden.
2. Het is de leraar. Onderbouwleraren lopen niet zo hard als het gaat om de leeropbrengsten. Leuk bezig zijn met de kinderen is het hoogste doel van de onderbouwleraren, want anders zijn de klassen zo druk.
3. Het is de tweedegraads leraar. Sinds 1985 (HOS-nota) hoeven scholen in de onderbouw van havo en vwo geen eerstegraders meer in te zetten, *dus* zetten ze massaal tweedegraders in, die aanmerkelijk minder vakkennis hebben en deze aanmerkelijk slechter doceren en toetsen.
4. Het is de beunhaas. Met de wet-BIO in de hand kunnen scholen werken in de ‘leergebieden’ waar zij niet-geschiedenisleraren ‘geschiedenis’ laten geven, geheel ‘geïntegreerd’ in ander onderwijs, in bepaalde thema’s, in projecten etc. De leerling raakt het zicht kwijt op wat er feitelijk geleerd moet worden. Pas in 4-havo worden leerlingen en leraar wakker.
5. Het is de onderwijsorganisatie. Talloos zijn de scholen waarbij onderbouw- en bovenbouwdocenten aparte subteams vormen. Daardoor wordt geklaag van bovenbouwdocenten over het wrakke niveau niet of nauwelijks omgezet in harder werken in de onderbouw.
Ik hoor graag weerleggingen van bovenstaande *mogelijke* verklaringen en aanvullende verklaringen.
Couzijn,
Dit allemaal samen
Couzijn,
Dit allemaal samen leidt ons naar de afgrond. Plus iedere generatie een stapje hoger zonder de bij behorende IQ-stijging. En door alle taalkundige onzin die ik dagelijks onder ogen krijg, ga ik ook nog spelfouten maken. Nog even en we weten allemaal van : Toeten NOCH blazen. (Hoeveel van uw leerlingen kennen dergelijke Nederlandse uitdrukkingen en gezegden nog?). Eindelijk allemaal gelijk. Na de salarisnivellerig in het onderwijs is dan de kennisnivellering succesvol verlopen.
Boekenkeuze
Het versnelde traject in het VAVO is een reden waarom we al enige jaren voor een bepaalde methode kiezen (ik had ‘m benoemd, maar houd ’t toch maar even algemeen). Het is een negatieve keuze – er zijn betere methodes, zo vinden wij – maar we voldoen er mee aan de gestelde school- en eindexameneisen. Enig pragmatisme is ons niet vreemd – gezien ons programma.
Maar wat mij wel bevreemd is dat dezelfde methode in het reguliere onderwijs óók wordt gebruikt. En niet één school, nee de meerderheid van mijn leerlingen heeft dezelfde methode ook op de vorige school al gehad. Tot en met gymnasium aan toe. Kijk, daar kan ik nou niet bij. Wij hebben in 3×24 weken plus wat tentamenweken de bovenbouw af te raffelen, maar als ik toch docent op een ‘gewone’ school zou zijn …..
Maar goed, dit jaar doe ik voor het eerst ‘historisch overzicht van de 20e eeuw’ in VMBO-TL. Qua omvang gaat dit examenkatern weer richting de ‘oude MAVO’. Maar jongens jongens toch, WO I, II, de koude oorlog èn de ‘War on terrorism’ in één adem … m’n vmbo-ers raken de draad kwijt.
Stelselwijziging
Het huidige stelsel is een tweedeling in VMBO en HAVO/VWO. Deze deling gaat bijna precies door het midden van de populatie (precies daar waar de onzekerheid over plaatsing in een schooltype het grootst is). Rekening houdend met de normale verdeling van intelligentie is het oude systeem een stuk beter: de gemiddelde leerling gaat naar de MAVO, de minder dan gemiddelde leerling naar het LBO, de veel minder dan gemiddelde leerling naar het speciaal onderwijs, de boven gemiddelde leerling naar de HAVO en de ver boven gemiddelde leerling naar het VWO.
Het samenvoegen van speciaal onderwijs, LBO en MAVO in 1 schooltype is een gedrocht, nog veel erger dan het zou zijn om HAVO, VWO en gymnasium samen te voegen.