„Onderwijs in wiskunde kan beter”

Aan het woord is J. van Maanen over zijn oratie van volgende week.

================================================
“Het reken- en wiskundeonderwijs in het primair en voortgezet onderwijs kan beter. Dat stelt J. van Maanen, de nieuwe hoogleraar didactiek van het wiskundeonderwijs aan de Universiteit Utrecht, in zijn oratie die hij woensdag uitspreekt.

Volgens Van Maanen verbeteren de kwaliteit en resultaten van het reken- en wiskundeonderwijs als er meer interactie tussen de leerling en de leraar is en er minder langdurige sessies zijn waarin leerlingen zelfstandig werken.

Zijn tweede suggestie is om leerlingen kennis aan te bieden die ze beter kunnen inpassen in een bestaand raamwerk. Leerlingen moeten zinvol oefenen in plaats van op zichzelf staande feiten leren.

Ook moeten lerarenopleidingen zich meer op de vakdeskundigheid van de toekomstige docent richten door minstens de helft van hun onderwijstijd te besteden aan het vak en de vakdidactiek.

Tot slot is Van Maanen van mening dat het onderwijs meer uit de ict-mogelijkheden moet halen.

Van Maanen laat deze verbeteringen onderzoeken door het Freudenthal Instituut voor Didactiek van Wiskunde en Natuurwetenschappen, waarvan hij sinds 1 juni 2006 hoogleraar-directeur is.”
bron: Reformatorisch Dagblad, 16 maart 2007

8 Reacties

  1. Kennis in een raamwerk?
    Kennis in een raamwerk? Context dus? Contradictio in terminis als het in één adem genoemd wordt met wiskunde, die wetenschap die juist de kunst is van het WEGLATEN van context.

    Minstens de helft aan het vak en de vakdidactiek? Toe maar! Waar wordt die andere helft dan aan besteed? Zelfreflectie, POP, competentiegericht werken?

    Meer halen uit ICT-mogelijkheden? Gaan we kinderen zinvolle diepe informatica leren? Of dezelfde lesjes maar dan op de compu?

    Freudenthal Instituut? Ik heb verontrustende bijdragen gelezen op dit forum over die club.

    Alles bij elkaar een griezelig giftig mengsel….

  2. Het Freudenthal Instituut
    Het Freudenthal Instituut is de instelling die al twintig jaar het onderwijs in de wiskunde op basisscholen en middelbare scholen vrijwel volledig in zijn greep heeft. Het feit dat universitaire studenten van tegenwoordig geen breuken op kunnen tellen en geen algebra kunnen is dan ook vooral het Freudenthal Instituut aan te rekenen.

    Jan van Maanen is nieuw bij het Freudenthal Instituut en zou misschien een verbetering in gang kunnen zetten (al heb ik niet veel hoop). Ik zie zijn oratie met belangstelling tegemoet (al bied het stukje in het Reformatorisch Dagblad uitzicht op veel ergenis bij het lezen van de oratie).

  3. Freudenthal instituut
    Ook ik sta uiterst kritisch ten opzichte van het werk van het Freudenthal Instituut FI. Het FI is al geen ander verantwoordelijk voor de invoering van Wiskunde A, een onderwijsvernieuwing die minder bekend is als basisvorming en tweede fase studiehuis maar toch ook zeer ingrijpend en net als de andere onderwijsvernieuwingen:
    – enorme achteruitgang van het niveau van de wiskunde
    – introduktie van maatschappelijke onderwerpen en quasi realistische wiskunde
    – infantilisering en opleuken van het vak met stripverhaaltjes en niet ter zake doende ludieke plaatjes

    Wiskunde A is reeds begin jaren 90 ingevoerd eerst op VWO en toen op Havo en ik raad iedereen aan om eens een vergelijking te maken tussen een wiskunde boek HAVO van voor wiskund A en een VWO wiskunde boek A, om nog maar te zwijgen over VWO A1 en of A2 studiehuis variant want het wordt ” steeds minder leren ”

    Vreemd genoeg zijn hier wiskundigen van naam bezig om de essentie uit hun eigen vak te halen. Ik snap best dat wiskunde moeilijk is voor veel leerlingen maar ik ben er ook van overtuigd dat met goede docenten, goede en duidelijke lesboeken gebaseerd op echte wiskunde, genoeg mogelijkheden voor docenten, bijv om uitgewerkte opgaven te demonstreren en een goede leeromgeving er veel te bereiken valt.
    Niet door alle bewijzen, algebra deduktie en formules te schrappen en te vervangen door intuitie, gokken, schatten, diskussieren en naar het goede antwoord toe te laten werken dat gegeven wordt, aangevuld met groepwerkstukken en posterpresentaties

    • Geen wiskundigen van naam
      De mensen die op het Freudenthal Instituut (FI) werken zijn geen wiskundigen van naam. Ik heb een tijdje terug alle medewerkers van het FI door de zoekmachine van Mathematical Reviews gehaald. Alleen Chris Zaal kwam er in voor (met 2 artikelen), hij is echter alweer vertrokken bij het FI. De nieuwe baas van het FI (aangenomen na mijn ‘onderzoekje’) staat overigens ook te vinden via Mathematical Reviews (hoopvol teken?). Freudenthal zelf was natuurlijk wel een wiskundige van naam; zijn navolgers zijn vaak niet eens wiskundige, laat staan wiskundige van naam.

      • Plasterk vragen
        om onderzoek naar realistisch rekenen en de instituties die gezorgd hebben dat dit domineert? Ik ben op de PABO destijds ook geïndoctrineerd.

        • Minister vraagt oordeel van expertgroep over bekwaamheidseisen

          In de brief van minister van onderwijs aan de Tweede Kamer van 12 februari 2007 vraagt zij een oordeel uit te spreken over de toereikendheid van de vakinhoudelijke component ‘rekenen en taal’ van de huidige lerarenopleidingen. Citaat uit de brief: ‘Daarnaast vraag ik de expertgroep een oordeel over de bekwaamheidseisen voor de leraren … de expertgroep onderzoekt of de huidige bekwaamheidseisen toereikend vertaald zijn in onderwijsprogramma’s voor de pabo en voor de tweedegraadslerarenopleidingen die basale reken- en taalvaardigheden eisen.’

          De hele brief (nog van Maria) staat hier. Ik heb geen idee wie in die commissie komen te zitten (en hoe dat bepaald wordt), maar het nieuws staat ook op de site van het Freudenthal Instituut, dus ik ben bang dat het een FI commissie wordt die de lerarenopleidingen nog meer naar de pijpen van het FI zal laten dansen (als dat mogelijk is….).

  4. Zondag
    Dit staat er zondag op de website van het Reformatorisch Dagblad:
    “Fijn dat u belangstelling hebt voor refdag.nl, de nieuwssite van het Reformatorisch Dagblad.

    Vandaag is het zondag. We wijden deze dag in het bijzonder aan de dienst van God. Wij beschouwen de zondag als een rustdag, een opdracht van God en een geschenk, waar we dankbaar voor mogen zijn. Om die reden actualiseren we onze site vandaag niet.

    Staat het nieuws dan stil op zondag? Nee, dat niet – we leven in een jachtige tijd waarin het verschil tussen zondagen en werkdagen helaas steeds kleiner wordt.

    Morgen brengen we u graag weer op de hoogte van de dagelijkse gebeurtenissen, voorzien van achtergronden, commentaar en opiniërende artikelen. Zoals u dat van ons gewend bent.

    Hoofdredactie Reformatorisch Dagblad”

Reacties zijn gesloten.