Motiveren tot leren
Met gemengde gevoelens lees ik de doelstelling plus de ingezonden stukken en commentaren. Voor je het weet is de BON een vuilnisvat vol onvrede over salaris, POP’s, gebrek aan vrijheid voor docenten, artikel 23 – en noem maar op!
Tot nu toe – maar de Vereniging is nog jong – mis ik gedachten over de kernvraag:
hoe kun je jonge mensen leermateriaal aanreiken waarnaar ze naar moeten reiken – en hoe doe je dat zó dat ze aan leren voldoening beleven.
Een discussie daarover is essentiëler dan ooit, omdat we allemaal, jong en oud, leven in een wereld van instant behoeftebevrediging. Wat niet lollig is of sexy (in de brede betekenis) valt buiten beeld. En later? Wat nu later! Ik leef nu, de school is daarbij een noodzakelijk kwaad.
Zodra die discussie centraal komt te staan word ik misschien ook nog lid.
Henk Huurneman
oud-rector
TomTom Teaching
Dit is inderdaad een essentiële vraag. Het antwoord werd de laatste jaren vooral gezocht in “opleuken”. Boeken met plaatjes (die toch minder mooi blijken dan de Break-Out), flitsende software (maar altijd minder dan de laatste versie van MSN), PowerPoint in plaats van bord en krijtje (maar haalt het niet bij MTV clips). Kortom: toegeven aan de richting die de maatschappij de kinderen stuurt. Van de leraar waarbij ik 25 jaar geleden ooit zelf stage liep heb ik één ding altijd goed onthouden: probeer nooit leuker te zijn dan de leukste leerling in de klas, daarop win je het niet. We moeten nu niet willen concurreren met de MSN-nen van deze wereld.
Op een zelfde manier gaan we mee met de verhalen over een korte spanningsboog die de huidige leerling aan zou kunnen. “We” hebben dat geïnterpreteerd als dat er elk kwartier een andere lesvorm voorgetoverd moet worden. Raar he? Die spanningsboog werd met de week korter. Kinderen worden gek van elk kwartier iets anders.
“We” (het onderwijs) kunnen de concurrentie met de flitsende moderne maatschappij alleen aan op onze eigen kracht. Dus:
1 Zinvol onderwijs
2 Gegeven door inspirerende vakbekwame docenten met liefde en begrip voor kinderen en hormonen
3 In een duidelijke structuur die kinderen houvast biedt.
Een korte opmerking bij elk voorgaand punt.
1 Dus geen wiskundelessen op het VMBO waarbij de leraar me ooit zei: “Gerard, eigenlijk gáát het niet om die wiskunde, maar om ze structuur te bieden en netheid bij te brengen”. Goed bedoeld, maar dodelijk voor kinderen die dat direct doorhebben. Zet dan een goeie lasser of metselaar voor de klas, waarbij een scheef gemetseld muurtje inregent en een foute las levensgevaarlijk is.
2 Vakbekwaam. De leerkracht moet zoveel liefde en kennis van zijn vak hebben dat dat respect oproept bij de leerlingen. Dat geldt voor de voetbaltrainer en dus ook voor de vakleerkracht.
3 Willen kinderen wel zelf sturend leren? Kunnen ze dat? Kunnen ze dat leren? Ik heb zo mn vraagtekens erbij.
Het is uitermate plezierig en zinvol om op een kritische manier gestuurd te worden door iemand met verstand van zaken. Ik wil dat mijn gitaarleraar een programma voor me opstelt wat efficient en degelijk in elkaar zit. Niet om blindelings te volgen, maar gewoon omdat ik anders net zo goed alleen aan de slag kan, mijn fouten nooit zal merken en ik op niveau nul zal blijven steken.
De automobilist wil zelf sturen, maar dan liefst wel met een TomTom juf naast hem (haar). Díe weet de weg, die geeft op tijd richting aan, die kan corrigeren als er toch een verkeerde weg is ingeslagen. Die geeft ook zekerheid, dat als je besluit om dat mooie onbekende weggetje wat rechts opduikt toch maar (zelfontdekkend) in te gaan, dat je dan de zekerheid hebt dat de TotTom juf je niet laat verdwalen. Dat geeft zelfvertrouwen. Meer zelfvertrouwen en minder echtelijke ruzie dan met je partner naast je voor wie die Franse landwegen ook onbekend terrein zijn.
Kortom:
Waar moeten we naar toe? Hoe krijgen we de motivatie?
Voer het TomTom Teaching concept in!
(Erg modern en toch degelijk, Copyright G. Verhoef ;-))
Waar is de docent?
Mee eens, GVerhoef. De vraag van Henk is interessant, in dat hij bij voorbaat uitgaat van leermateriaal. Ik zou niet op een school lessen willen volgen waarin het leermateriaal de boventoon voert. Doe mij liever een vakbekwame en enthousiaste docent!
Waar is de docent?
Jazeker GVerhoef, ik ben het roerend met u eens. Op de eerste plaats komt de docent. -Bij ons op school zijn er een paar geweldige collega’s, ‘ouderwets’ goede docenten en het lijkt me bepaald geen straf om als leerling een les van deze mensen te mogen volgen. Je hoort leerlingen ook nooit klagen over dergelijke vakmensen. Laatst nam een collega mijn mentorklas -om uitval door ziekte te voorkomen- over: de leerlingen waren stomverbaasd over het geweldige verschil en vragen zich nu af waarom zij niet altijd een goede docent krijgen. Over het boek hoor je ze niet.
Stel dat een of andere wijze politicus in de gaten krijgt dat er echt hard moet worden gewerkt om (meer) goede docenten voor de klas te krijgen, dan zouden de meeste klachten die je op deze site vind wel weer verdwijnen.
Iemand die nauwelijks verstand heeft van een bepaald vak en die alleen geprefabriceerde lessen voordraagt: is dat niet de nachtmerrie van iedere leerling? (Zo doen bedrijven dat als ze mensen ’trainen’ in de werking van een software pakket! Afschuwelijk!)
Ach, een wondermiddel bestaat niet. Maar goede docenten kunnen veel ten goede veranderen…
Voor wie doen ze het?
Hm, ik denk dat er aan de door Huurneman gestelde vraag nog een vraag vooraf gaat. Waarom wil je jonge mensen leermateriaal aanreiken waarnaar ze moeten reiken? Dient dat een doel? Wiens doel is dat? Zijn de jongeren het daar mee eens?
Simpeler: Wat is nou precies de functie van georganiseerd onderwijs en wie moet er wat aan hebben?
Laatst viel ik in het programma Herman zoekt chef. Herman den Blijker (kok) selecteert uit een groep aspiranten een chef voor een nieuw restaurant. Het is een soort van wedstrijd maar niet echt, want de kandidaten hebben geen flauw benul van wat er van ze gevraagd wordt. Het lijkt daardoor meer op een loterij en dat heeft veel overeenkomsten met het onderwijs.
De aspiranten worden met regelmaat te kakken gezet. “Ze weten niet eens hoe een koe in elkaar zit”, doet den Blijker hautain, terwijl het heel logisch is dat ze dat niet weten.
De mbo opleiding die ze gehad hebben voldoet namelijk aan de vraag van de markt. Het gildesysteem zoals Rutte het onlangs in de kamer noemde. Niet de overheid, maar werkgevers en opleidingsinstituten bepalen samen de inhoud van het onderwijs.
En wie heeft het voor het zeggen in de markt? Precies: Macdonalds en anderen. Het soort eenheidsworstleveranciers die het allerliefst zouden willen dat je vergeet dat er überhaupt iets van koe in zit. Je zou dat ‘zielig’ of zelfs een vies idee kunnen vinden.
Als je maar weet hoe de vacuümtrekker werkt en welke sticker je erop moet plakken, dan weet je genoeg.
Ik heb met die jongens te doen. Stuk voor stuk werken ze al jaren in de horeca en nu grijpen ze hun kans om voort te stoten in de vaart der volkeren. Op tv naast een beroemde Chef. Nu pas ontdekken ze dat ze al die tijd niks geleerd hebben waar ze echt wat aan hebben. Er is niks waar ze zich mee kunnen onderscheiden. Stickers plakken kunnen we allemaal.
Er zijn heel veel leerlingen die op school al ontdekken dat wat ze leren niet echt voor hen zelf bedoeld is, maar voor de markt. Dat ze naar school moeten omdat ze op straat maar lastig gevonden worden. Dat ze heel lang op later moeten wachten en ondertussen braaf moeten doen wat er gezegd wordt. Dat motiveert niet.
motiveren tot leren
Als Meneer Huurneman bedoelt dat er vakkennis moet worden overgedragen waarbij er een sterk beroep wordt gedaan op de inspanning van de studenten/leerlingen dan zullen er allereerst weer vakdocenten met een goede opleiding aangesteld moeten worden. Bij de Hogeschool van Amsterdam is 50% van de docenten zelf niet afgestudeerd!Daarnaast zouden docenten in zelfsturende teams met een primus inter pares kunnen bepalen hoe en wat er aan vakkennis overgebracht moet gaan worden. Dit alles in een organisatie die een menselijke maat heeft en geen conglomeraat van gigantische instellingen.
Leren, maar wat?
Ik kan me het gevoel van Henk Huurneman wel een beetje voorstellen. Ook ik zag veel kwaaiingheid op deze site. Ik realiseer me wel dat deze site daarvoor ruimte biedt, maar dat dit niet de mening van de Vereniging weergeeft.
Een discussie over leren is inderdaad het allerbelangrijkst op dit moment. Tegelijk zit daar ook de kneep. Leren doe je voor de toekomst en de wereld verandert zo snel dat het moeilijk is precies te voorspellen wat er in die toekomst nodig is.
Toch denk ik dat er ook een aantal onderwijsdoelen blijvend van waarde zijn. Dat kost inspanning en dat lijkt bijna een taboe. Ik vind het vreselijk jammer dat men onderwijsveranderingen beargumenteert met ‘de jeugd kan alleen maar kortstondig geboeid blijven’. Dat lijkt me juist de kern van het probleem. Waardevolle dingen kosten tijd en inspanning. Als we dat als onderwijs zélf al uitsluiten (omdat alles, snel, kortstondig en goed bereikbaar moet zijn), wat moeten de leerlingen daar dan uit opmaken?
In de opvoeding van mijn eigen kinderen heb ik ze juist duidelijk gemaakt (en dat is kennelijk overgekomen) dat juist die waardevolle dingen (een instrument bespelen, een goed beroep bereiken) veel tijd, doorzettingsvermogen en inspanning kosten. Soms vrees ik dat ik ze daarmee wereldvreemd heb opgevoed. Ze spelen muziek, lezen nog steeds boeken, zijn bereid hard te werken voor examens, hebben idealen enzovoorts. Kortom: passen niet bij de gewone jeugd van tegenwoordig en zijn daarom een beetje eenzaam.
Ik zal de reactie niet te lang maken: Wát moeten jongeren leren voor ze de maatschappij ingaan?
Naast een goed beroep vind ik het van belang dat ze de maatschappij om zich heen kunnen begrijpen, er een mening over hebben en de gereedschappen hebben om zichzelf daarin te bewegen en wensen te realiseren (zonder de criminaliteit). Daarvoor zijn de traditionele schoolvakken heel geëigend, maar we moeten de lat niet te laag leggen. Sommige jongeren hebben misschien wat meer tijd nodig, maar juist in het onderwijs is een efficiencyslag te maken: kleinere klassen, méér lesuren, beter huiswerk maken.
Precies! 2/2
[ Tekst verwijderd: karakterrestrictie is er niet voor niets – red. ]
digital immigrant
Ik was 30 jaar geleden al een digital native toen mijn kinderen en studenten nog geboren moesten worden.
De hele digitale omgeving verandert weinig aan hoe mensen leren. Wel veel aan de manier waarop informatie kan worden gezocht. Maar leren is echt iets anders dan dat.
Ik ga nu googelen naar die Mark Prensky om te kijken welke onderzoeken zijn beweringen staven.
Het digitale leven van
Het digitale leven van tegenwoordig is denk ik van hele grote invloed op hoe mensen leren. Leren vind zijn kracht toch in motivatie. In een wereld vol met digitale verschijnselen die ‘motieven’ voor motivatie aanpassen maakt het dus wel degenlijk invloed. Leerlingen vinden uitdaging op andere vlakken als op school, wat komt door de digitale ‘revolutie’.
Dus inderdaad, goed met technologie om kunnen gaan heeft geen invloed op leren. Maar met deze technologie opgroeien heeft wel degelijk invloed op de manier waarop mensen informatie zoeken EN opnemen. Dat mijn uitleg ervan misschien niet helemaal duidelijk is, is iets anders.
Ik zie hier graag meer dialoog over.
Precies! 1/2
“hoe kun je jonge mensen leermateriaal aanreiken waarnaar ze naar moeten reiken – en hoe doe je dat zó dat ze aan leren voldoening beleven.”
Hoe kun je jonge mensen de juiste leermethode en leermaterialen aanreiken die voor constante motivatie zorgen. De jonge mensen van nu, zijn niet meer de jonge mensen van 20 jaar geleden, niet eens van 10 jaar geleden of 4 jaar geleden. Innovatie is slecht een noodzakelijkheid omdat de manier van informatie selectie, opname en relevantie zo snel veranderd.
De hedendaagse leerling heeft een aantal speciale eigenschappen. Enthousiasme, energie en tools staan daarbij centraal. Nieuwe technologieën, waar deze generatie me omringt word is ontzettend programmeerbaar. Telefoons, televisie, internet, informatie portaal google, websites, spelcomputers, games, tekstverwerkingsprogramma’s, etc. Dit zijn geen dingen waar ze later uitgroeien, dit is de toekomst. Programmeren is de toekomst. Deze generatie van jonge studenten hecht ook veel waarde aan, en haalt motivatie uit, complexiteit en uitdaging. Waar de hands-on aanpak erg aanspreekt. Een andere eigenschap is dat deze generatie net zoveel genereert als dat ze consumeert. De snelheid en hoeveelheid van de gedeelde kennis is waardevoller als het verschil in hun kennis tot anderen.
motivatie
Beste Joep,
Motivatie is niet een op zichzelfstaande doelstelling van onderwijs.Het overdragen van kennis en/of een vak wel. Daarnaast wil ik opmerken dat het informatieaanbod verveelvoudigd is maar niet altijd verbeterd. Het zoeken, maar met name beoordelen van informatie is veel moeilijker geworden. Om dat te kunnen is er een gedegen basis van vakkennis nodig. De snelheid en beschikbaarheid van kennis is vele malen groter geworden maar het waardevolle verschil ligt in het hebben van voldoende kennis om de aangeboden informatie te kunnen beoordelen.
motivatie tot leren
Beste Henk,
Leren is niet leuk voor de meesten, wanneer het louter om het leren gaat. Leren wordt pas leuk in dienst van het bereiken van een ideaal. Leren is een middel om ergens te komen.
Ik denk dat het probleem tweeledig is:
1. Voor de meeste leerlingen is er weinig perspektief, de stoelen in de samenleving zijn of lijken allemaal bezet. (Wanneer ik een leerling een perspectief of een vergezicht voorspiegel, lichten zijn/haar ogen op)
2. Voor 80 tot 90% van de leerlingen (Denk aan de voortijdige schoolverlaters) sluit het leren niet aan bij wat ze willen bereiken, als ze dat al weten.
Het geheim van leuk leren zit dus in het profileren van diverse vergezichten voor de leerlingen aanspreekbaar en haalbaar zijn.
Het huidige onderwijs is veel te algemeen theoretisch geworden en voor de intelligentere te plat ( Het gebrek aan abstractie in het wiskunde onderwijs)
De platte schijf van het huidige onderwijs aanbod moet opgerekt worden tot een kegel Het onderwijs op de diverse niveaus moet profiel krijgen en een beeld geven dat correspondeert met het bijbehorende perspectief.
Ik ben dus ook voor schaalverkleining, menselijke maat, aandacht voor het individu en een zeer gevarieerd aanbod van schooltypes voorzien van een duidelijk plaatje.
Terug naar een beroepsonderwijs met het oude gildesysteem, leerling-gezel-meester, als matrix. Terug naar de huishoudschool in een nieuw jasje met vakken als verzorging, gezondheidkunde, kleinbudgetbeheersing, opvoeding en ga zo maar door, Maar ook terug naar topscholen voor de bollebozen.
DAN WORDT LEREN WEER LEUK
Dan hoeft er niemand meer gemotiveerd te worden, want het eigen perspectief wordt de motor.
16 miljoen watjes
Jan Bouwens, hoogleraar aan de Universiteit van Tilburg, verwoordt in zijn stuk “16 miljoen watjes” goed waarom en hoe leerlingen leren. Erg de moeite waard! Lees hier.
Het was en is veel eenvoudiger dan vele onderwijskundigen en andere pseudo-experts ons willen laten geloven.
eindelijk
[ tekst verwijderd, onconstructief (MAP) ]
Ron
leren leren
Hallo,
bij het lezen van deze topic komt steeds “leren leren” bij me op. Ik zie bij onze (en andere) kinderen op de basisschool, dat het léren leren an sích al een groot probleem is, en de meeste onderwijzers niet in staat blijken ze dat bij te brengen. (en als ze al wel de capaciteiten hebben, dan hebben ze geen tijd omdat de klas te groot is)
Misschien is dat wel de echte basis van dit probleem?
Die instant behoeftebevrediging, daar moet je je kinderen tegen wapenen denk ik. Ze cónstant wijzen op de automatische wegbewijzering op het pad van consumeren, informatie of mcdonalds…
Dat vereist begeleiding, een constante begeleiding, en ligt daar ook niet een groot probleem?
Ouders die steeds meer opvoedingstaken bij anderen (moeten) leggen (crèche, voor/naschoolse opvang, overblijf, oppas en natuurlijk school) en niemand die zicht heeft op de continuïteit van de informatie die het kind krijgt? De zorg voor het kind is zó gefragmenteerd, er is te weinig overzicht/inzicht in de levensbeleving van een kind.
(is er wellicht gewoon geen tijd meer voor individualisme Ad?)
De onderwijzer is tegenwoordig vaak degene die de meeste aanééngesloten tijd doorbrengt met een kind!
Ouders verwachten daardoor wellicht té veel begeleiding van de onderwijzer op niet-onderwijskundig vlak?
Kinderen verdwalen en niemand wijst ze de weg. (en niemand heeft in de gaten dat niemand ze de weg wijst?) Onderwijzers worden daar mee geconfronteerd en komen niet aan hun werk toe.
Als ouders dat overzicht nou wél terugpakken, dan hoeft het onderwijs die taak niet waar te nemen, hebben de onderwijzers tijd om hun werk te doen; kinderen inspireren tot leren.
Inspiratie maakt hongerig, honger maakt leren leren eenvoudiger.
Zou het er dan nog zoveel toe doen met welk materiaal dat gebeurt?
vr gr,
Inge
Precies
Ouders hebben de primaire taak om hun kinderen te motiveren, en hun zo te vormen dat ze wensen te leren, te gehoorzamen en meehelpen een goede sfeer te scheppen in de klas.
Wellicht behoren ouders in hunh eigen hart te kijken of ze zelf al zo ver zijn. Kinderen nemen immers veel van hun ouders over.
Alleen religie en een relatie met God kan hier bij helpen.
Alle respect, maar..
Sorry, naar mijn mening is uw laatste zin volstrekte onzin. Voor u is dat zo en daar heb ik respect voor, maar als u het zo formuleert ervaar ik dat als een soort van propaganda.
religie
Mensen, we gaan hier de discussie niet voeren of religie nodig is om X of Y te kunnen doen/worden/zijn. Dit zijn persoonlijke keuzes van mensen, en de discussien hierover moet buiten dit forum gevoerd worden.
Welvaart daagt niet uit
Een belangrijk punt heb ik nog nergens gelezen in deze hele discussie.
Zeer veel kinderen hebben het gewoon goed in in materieel opzicht en hoeven aan weinig eisen te voldoen.
Het enige dat van hen verlangd wordt, is dat ze hun best doen op school. Of dat ze er TENMINSTE heengaan. En eventueel, als het even kan, ook wat aan hun huiswerk doen.
Maar waarvoor zou je je inspannen, als je al zo’n goed leven hebt?
Toch niet om je ‘algemeen te vormen’ ??
School is vooral functioneel.. je moet er straks een leuke baan mee krijgen.
Maar voorlopig gaat het ook nog wel cool zonder die baan.
Met andere woorden;
Het perspectief je te willen ‘verbeteren’, b.v. ten opzichte van ouders, speelt minder dan vroeger door de toegenomen welvaart.
welvaart is relatief
Ik denk (en hoop) dat dit argument een relatief onbelangrijke rol speelt. Mijn ouders hadden het beslist niet ruim (financieel). Ik herinner me nog het zakgeld sparen om bij het zwembad een Mars uit de automaat te kunnen halen. Toch had ik beslist niet het idee dat ik arm was, want mijn vriendjes waren even rijk. Ook ben ik nooit naar school gegaan omdat ik er later rijk mee zou kunnen worden. Dat speelde gewoon niet (en dat rijk worden is in de praktijk knap tegengevallen trouwens). Ik denk dat dat ook nu voor de meeste kinderen nog zo is. Ik meen dat uit onderzoek is gebleken dat iets doen of laten voor (veel) later een uitermate zwakke motivatie is. Mensen hebben liever nu 10 euro dan over een jaar 20 euro.
In ieder geval: als dit wel een relevant argument zou kunnen zijn, dan gaan we vanzelf de goeie kant op. Nog even doorgaan met het huidige onderwijs en binnen de korste keren is iedereen weer lekker arm.
Ervan genieten.
Als jij een mars uit de automaat trok, dan ben je wrschl. een kind van de jaren 70? Dan heb je nog geprofiteerd van nog niet al te veel nieuwerwetsigheden in het onderwijs, en was je redelijk gemotiveerd om gewoon je schoolwerk te doen omdat dat nu eenmaal moest. Waarschijnlijk had je een redelijk stabiel thuis, met ouders die dingen van je verwachtten, of eisten. Vooruitkomen in het leven was toen een belangrijk motief. Je ouders hadden hun (relatieve) welvaart immers ook niet ‘zomaar’ gekregen.
De jeugd van nu trekt dagelijks repen uit de automaten en drinkt in de pauze een flesjes fris. Bij de schoolpoort staat de pizzaboer en daar wordt volop gekocht. In het weekend gaan ze uit, de meesten hebben daarvoor een baantje. Want kunnen shoppen en er goed uitzien, is een must voor de meiden en trouwens ook voor veel jongens. Het credo is; je moet gewoon een leuke jeugd hebben. Ervan genieten. Dat staat voorop, dat willen ook de ouders voor hun zoon of dochter.
Ouders dragen hun waarden onbewust over op kinderen. Leven ze voor in doen en laten. Ook al was jij niet bezig met rijk worden – ik denk veel schrijvers op een site als deze niet – je had wel de waarden van je ouders en je deed waarschijnlijk meestal je best. Om later iets te worden. Om het tenminste net zo goed te hebben als je ouders, liever wat beter.
Jeugd van nu hoeft niet meer zo nodig vooruit, heb ik sterk de indruk. Ze willen wel graag hun leventje zeker stellen. Want dat is leuk, ze hebben ook vanalles. Helaas kan dat, als je nog jong bent met betrekkelijk geringe middelen; een (bij)baantje, ruimhartig gevende ouders of grootouders, soms dubbelop.
Een ander deel van de jeugd heeft trouwens helemaal geen leuk leventje. Deze jongeren zitten zo in psychische problemen verstrikt, dat zij zich nauwelijks een later durven voorstellen. Ook gevolg van de welvaart?
jeugd..
Hallo,
de manier waarop je “de jeugd” beschrijft vind ik in-en-in triest. Consumerende, oppervlakkige kinderen die alleen maar uit zijn op hebben/kopen en een leuke tijd hebben. Feesten, er leuk uitzien, volgevreten raken in een wereld zo groot als de vierkante meter om hen heen.
Ik deel die mening niet hoor.
Het is in iedergeval absoluut niet wat ik voor mijn kinderen wens!
Je zegt “Jeugd van nu hoeft niet meer zo nodig vooruit”..
Wat bedoel je dan met vooruit? Ik krijg de indruk dat het dan alleen gaat om carriere? Werk? Geld verdienen?
Ik wil graag dat mijn kinderen zoveel mogelijk groeien, leren op alle vlakken in hun leven. Ik hoop dat ze zich spiritueel ontwikkelen, dat ze geintresseerd zijn in alle facetten van het leven om zich heen, maar óók het leven dat niet om hen heen is maar verderop in de wereld en de geschiedenis. Dat ze de wereld liefdevol omarmen.
Ik hoop dat ze hun persoonlijke talent ontwikkelen en dat ten volle benutten om hun steentje bij te dragen aan de bloei van de wereld waarin ze leven.
Soms is wat ze willen helemaal niet zo belangrijk, (sterker nog “willen” is vaak het grootste obstakel om te groeien) maar is het belangrijker wat góed voor ze is.
Dan kom je ook terug op school. Veel van wat ze doen op school vinden ze niet leuk.
Nou en?!!
Je zit toch niet op school omdat het “leuk” is?
Je zit er om een solide basis te krijgen en zoveel mogelijk kennis op te doen die je later nodig kunt hebben.
Pas dán kun je gaan vliegen.
Zijn we weer terug bij het begin, hoe krijg je die basis zo stevig mogelijk op onderwijskundig gebied?
Hoe krijg je ze hongerig genoeg zodat ze volkomen zelfstandig gaan groeien. Ik stel voor;
1. inspirerende AANWEZIGE ouders, discipline, liefde
2. goed opgeleide inspirerende leraren, discipline, liefde
Ik denk dat het vooral ontbreekt aan dat ‘aanwezige’ en ‘goed opgeleide’ (..en natuurlijk altijd geld, maar het is niet constructief om daar over te praten)
vr gr,
Inge
ik deed mijn best omdat…
inderdaad, omdat ik uit een stabiel gezin kom
inderdaad omdat het nu eenmaal moest
inderdaad kind van.. ai… 1957… een tijdje geleden
maar vooral deed ik mijn best omdat ik inspirerende leraren had (op hun vakgebied, als rolmodel, als mensen die de wereld voor me openden omdat …..
maar echt eerlijk niet omdat ik “later” een goeie baan wilde hebben.
Ik ben er zo vreselijk van overtuigd dat mensen, en kinderen zeker, een “leergen” hebben waardoor ze verplicht het grootste deel van hun leven besteden aan leren. Dat is biologisch bepaald (anders waren we nooit mens geworden), maar het heeft wel een omgeving nodig om tot wasdom te komen. Die omgeving wordt gevormd door lieve straatarme of lieve puissant rijke ouders en lieve en verstandige straatarme of puissantrijke leerkrachten. Armoede en achterstand, noch rijkdom zijn een verklaring voor het verdwijnen van de leerhouding. Slecht onderwijs en slechte opvoeding zijn dat wel. Aan de opvoeding kunnen we enkel bij onze eigen kinderen proberen iets te doen (lastig vak, ouder zijn). Aan het onderwijs kunnen en moeten wij wel wat doen. En dan ben ik ook nog zo naief (of optimistisch) om te denken dat zelfs als kinderen een “slechte” opvoeding hebben (van rijke danwel straatarme ouders, maakt niks uit), dat zelfs dan GOED onderwijs enorm veel effect heeft.