Macht van de schoolbesturen en schoolleidingen

Plasterk is niet van plan om de macht van de schoolbesturen/leidingen te beperken. Dus zal er geen eind komen aan de gangbare praktijk van onrechtmatige begunstiging van de hielenlikkende, regelnevende en fruitvliegende entourage van de schoolleidingen.
Een paar voorbeelden uit de praktijk:
Een schoolleiding bepaalt dat een bepaalde docent X, die zich altijd bereidwillig en gedienstig heeft getoond, in schaal LD geplaatst moet worden. Er wordt besloten hem vakgroepcoördinator te maken. Een jaarlang vervult X deze taak naar behoren, maar na een jaar krijgt hij gaandeweg door dat de sectieleiders uit zijn vakgroep, als onderdeel van hun takenpakket, zijn werkzaamheden in zijn plaats kunnen vervullen. Geen haan die er naar kraait. Geen enkele reden dus om je te blijven inzetten als vakgroepcoördinator, schaal LD wordt je toch niet meer afgenomen.
Een ander voorbeeld: Een teamleider behaagt het een docente, die zijn geheime liefje is, in een hogere salarisschaal te plaatsen. Het is de docenten onduidelijk wat precies de onderwijskundige verdienste is van deze collega, en daarom besluiten ze te protesteren. Dit haalt echter helemaal niets uit want de schoolleiding beslist, en oordeelt dat er van enige relatie tussen de teamleider en de docente geen sprake is. Ruim een jaar later wordt feitelijk aangetoond dat dit wel het geval was en is. Zonder dat dit gevolgen heeft voor de teamleider.
Nog een voorbeeld: Een vakdocent wordt benoemd tot coördinator in LD. De docent heeft een drankprobleem, maar dit is de directie onbekend.Volgens zijn LD-functieomschrijving is het ontwerpen van onderwijs een belangrijke kerntaak van zijn coördinatorschap. Daar komt hij, tot opluchting van de vakdocenten, die weten dat hij daartoe allerminst in staat is, niet aan toe. Het blijkt dat de coördinator afspraken met docenten niet nakomt, en dat hij zich voortdurend alles op de mouw laat spelden door zich misdragende leerlingen. In geschreven en gesproken mededelingen aan de docenten drukt hij zich uit in een schimmig, verward, door niemand te begrijpen onderwijsjargon. Veel docenten zijn van mening dat de coöordinator zijn werk slecht doet, maar niemand durft dit aan de schoolleiding te zeggen, bang als men is voor represailles.
Er zijn nog vele voorbeelden om op te schrijven. De wantoestanden die in het middelbaar onderwijs tieren dankzij de door de AOB (de onderwijsvakbond van de PvdA) bedachte FUWA, zijn schier eindeloos. Maar toch is Plasterk niet van plan er ook maar iets tegen te gaan doen. In het onderwijs wordt het gehoorzaam verrichten van zinloze en ongerichte activiteiten in commissie zus en zo, als cooördinator dit en dat, werkgroep ik weet niet al, etc., beloond met een hogere salarisschaal. Lesgevende kwaliteiten spelen voor de minister, hoewel hij zijn best doet het tegendeel te beweren, geen enkele rol.

28 Reacties

  1. Inz. machtsbeperking
    Als Plasterk wat zou willen veranderen aan het machtsevenwicht zou hij het beloningssysteem van voor de HOS weer in ere moeten herstellen. Hoe vroeger de zeggenschap van de vakgroepen over inhoudelijke zaken (beter?) geregeld was weet ik niet. Misschien kan iemand me daar helpen.
    Hoe dan ook zal aan beide dingen weinig tot niets verbeteren omdat Plasterk geen zin heeft om namens ons een machtsstrijd te voeren. (Het is de vraag voor wie hij dan wèl strijdt. Ze heten Pvd Arbeid. Wie weet zie ik iets over het hoofd.)
    Eén troost hebben wij, gewone vakdocenten. De macht van die besturen is niet zo groot dat ze ons kunnen afnemen wat we in ons hoofd hebben. ‘Die Gedanken sind frei’, leerde ik heel vroeger zingen. En wat je weet kan je in elk geval doorgeven.

  2. Ogen sluiten….
    We zien het allemaal om ons heen, niet alleen in onderwijsland, maar ook in het het bedrijfsleven en andere sectoren.
    Niemand kan daar iets aan doen en het beste is om de ogen ervoor te sluiten, omdat het werk anders ondraaglijk wordt.
    Daarom zijn de meesten – denk ik – ook voorstander om salaris en schalen te koppelen aan opleiding en anciënniteit.

    • Waarom?
      Als je salaris en schalen (weer) koppelt aan uitsluitend opleiding en anciënniteit krijg je volgens mij weer andere rare situaties. Dan krijgt immers de ooit eens gepromoveerde docent die al jaren geen moer meer uitvoert de hoogste beloning. En krijg je automatisch een schaal extra als je maar weer een jaar als docent aanblijft. En krijgt die HBO-tweedegrader die nou wél eens goed is in het onderwijs erg weinig geld. Dit automatisme heeft in veel organisaties allang terecht plaatsgemaakt voor andere systemen waarin de nadruk gelegd wordt op wat iemand feitelijk presteert.

      Moeilijkheid is uiteraard: wat presteert iemand nou eigenlijk? Recentelijk las ik een voorbeeld over het warenhuisconcern Sears (USA). Daar had iemand uitgevonden dat reparaties goed waren voor pakweg 20% van de omzet van Sears. Vervolgens ging men bonussen uitdelen voor het realiseren van reparatie-omzet. Gevolg: het aandeel van reparaties in de omzet van Sears steeg aanvankelijk heel rap, maar die groei werd op een gegeven moment teniet gedaan door ontevreden klanten die klaagden over niet-uitgevoerde maar wel in rekening gebrachte reparaties.

      Kortom: wélk systeem je ook hanteert, het is altijd in meerdere of mindere mate te manipuleren. Misschien is het door Hals voorgestane systeem wel het minst slechte omdat de prestatie van een docent eigenlijk onmeetbaar is. Dan nog moet het m.i. voor een school mogelijk zijn om het voorgestelde automatisme ook een vorm van handbediening te geven. Want diezelfde ‘meesten’ die Hals aanroept zullen toch ook een systeem waarderen waarin extra inspanning extra beloning en evidente nietsnutterij minder (groei van) beloning oplevert.

      • Eens, Marten
        Iedere algemene regeling levert in uitzonderlijke gevallen excessen op. De luie, ooit gepromoveerde docent is inderdaad een voorbeeld. Een regeling van beloning naar vooropleiding (en anciënniteit) kent uiteraard ook haar eigen excessen, alleen zijn die veel minder ernstig dan een regeling die gebaseerd is op de – inderdaad geheel fictieve – ‘beoordeling’ van docenten. Denk aan willekeur bij beoordeling door de schooldirectie, of kunstmatig hoge cijfers bij beoordeling door leerlingen.

        Verder moet in speciale gevallen van een algemene regeling afgeweken kunnen worden. In de echte beroepsopleidingen, bijvoorbeeld, hoeft een docent lassen heus geen universitair diploma te kunnen overleggen, maar volstaan gedegen vakkennis en een goed hart voor de jeugd.

        Een algemeen systeem dus van beloning naar vooropleiding (inclusief promotie!), met de mogelijkheid van handmatig bijsturen in incidentele gevallen. We zijn het eens, Marten.

      • Opleiding en anciënniteit.
        Ik denk dat salaris gekoppeld aan opleiding en anciënniteit de enige mogelijkheid is om willekeur en vriendjespolitiek uit te sluiten.
        De taken die je te doen krijgt horen daar vanzelfsprekend bij aan te sluiten, en zo niet dan zal de school toch moeten betalen.

        • willekeur en vriendjes politiek – Hals
          In kleine scholen, getrokken door een kern van docenten, is de kans op willekeur en vriendjes politiek kleiner. Waar iedereen elkaars werk kent, is er al minder aanleiding voor animositeit.

          De kans op willekeur wordt vergroot door anonimiteit ; anonimiteit past typisch bij grote, onpersoonlijke organisaties, scholen incluis. Zodra apart management nodig is, komen er bijverschijnselen, ook w. en v.p.

          Kleine scholen dus. Hoe gaan we dat aanpakken ? Het gebeurt niet vanzelf.

          maarten

          • en ook een kans van niet
            zeker als je te maken hebt met verantwoordelijke mensen, die ervoor keizen om daaraan niet mee te doen.

      • Feiten
        Nederland HAD heel goed onderwijs

        Een tweedegrader die ECHT goed is kan door studie hogerop komen.

        “wélk systeem je ook hanteert, het is altijd in meerdere of mindere mate te manipuleren.” is een feit.
        En daar moet je op inspelen , ( en niet neerwaarts )

      • goed en slecht en anderssoortig
        Als je nu als uitgangspunt neemt dat een leraar die voldoende tot en met goed presteert en niet overbevoegd lesgeeft betaald wordt naar zijn bevoegdheid en een of andere anciënniteitsregel doet zich m.i. de door marten Hoffmann geschetste moeilijkheid nauwelijks voor (die anciënniteit kan zijn naar leeftijd zijn of naar het aantal dienstjaren in het onderwijs maar in het laatste geval ontstaan er problemen als je zij-instromers als leraar wilt aanstellen). Een tweedegraads leraar met een HBO-opleiding moet dan een salaris krijgen dat gerelateerd wordt aan dat wat andere mensen met een HBO-diploma krijgen (Bij het vergelijken in het SO kan daarbij gekeken worden naar niet-leraren die in dezelfde vakdiscipline opgeleid zijn of naar de gehele groep van HBO-ers). De HBO-tweedegrader van Hoffmann krijgt dan altijd een correct salaris. Pas als een tweedegrader excellent is ontstaat er een salarisprobleem dat echter geen aanrakingspunten heeft met het salaris van een universitair opgeleide eerstegrader die immers op grond van zijn grotere kennis van zijn leervak en de manier waarop hij daarmee en met andere kennis omgaat betaald wordt (HBO-eerstegraadsopleidingen moeten verdwijnen; die bestaan bovendien nergens in Europa).
        Wat mag je nu eigenlijk van een gepromoveerde leraar verwachten? Wat is dat: geen moer uitvoeren? Zijn hoofdtaak blijft waarschijnlijk lesgeven. Als hij dat naar behoren blijft doen doordat hij zijn lessen goed voorbereidt en helder uitlegt en ook nog een voldoende groot aantal toetsen afneemt blijft zijn salaris in overeenstemming met de salarissystematiek voor voldoende tot en met goed functioneren.
        Seger Weehuizen

        • Als …
          Seger, bedankt voor je aanvullingen. Je kernwoord in die aanvullingen is echter het woord “als”. En daar gaat het mij nu juist om. Je eerste zin begint al met “Als je nu als uitgangspunt neemt dat een leraar die voldoende tot en met goed presteert […]”. Prima uitgangspunt, maar hoe meet je nu “voldoende tot en met goed presteert”? Of beter gezegd: een beloningssysteem dat *uitsluitend* op opleiding en anciënniteit is gebaseerd kan criteria als ‘voldoende’ of ‘goed’ presteren niet eens omvatten. En in dat geval kan mijn doemscenario (de niets meer uitvoerende doctor krijgt onterecht verhoging) werkelijkheid worden.

          Ook in je laatste alinea staat het woord “als” in feite centraal. Natuurlijk hoort iemand alleen een bepaalde beloning (en verhoging) te krijgen *als* hij/zij goed functioneert. Je geeft zelf aan wat je daaronder verstaat: lessen goed voorbereiden, helder uitleggen en een voldoende groot aantal toetsen afnemen. Allemaal meetpunten voor een goed presterende docent waar vermoedelijk iedereen op dit forum zich volledig in kan vinden. Deze punten maken echter (ik ga mezelf nu herhalen) geen deel uit van een beloningssysteem gebaseerd op opleiding en anciënniteit. Dus kan een hoogopgeleid persoon in zo’n systeem matig (tot zelfs slecht) presteren, die hoge schaal en verhoging komen er toch wel als hij/zij maar lang genoeg blijft zitten en er geen al te concrete klachten komen. En hoe voorkom je klachten: door hoge cijfers te geven 🙂

          In veel bedrijven is – zoals geschetst – een beloningssysteem dat uitsluitend is gebaseerd op anciënniteit allang op de schroothoop gegooid, juist om bovengenoemde redenen. Nu zijn scholen zeker niet altijd met bedrijven te vergelijken maar op dit punt moet het onderwijs, lijkt mij, niet opnieuw in dezelfde valkuil stappen.

  3. macht & besturen en schoolleiding – kleine scholen !
    Eigenlijk pleit deze blog, en de reacties, voor : KLEINE SCHOLEN, met een eigen signatuur.

    Dergelijke scholen zijn goed af met een kern van betrokken docenten die (als college) de school draagt en deze zijn individualiteit geeft, zonder in passiviteit of serviel gedrag te vervallen.
    Het bestuur (van ouders, maar waarin ook leraren vertegenwoordigd zijn) zal zich in een kleine school eerder dienstbaar opstellen.
    In dergelijke kleine scholen hoeven zaken, zoals de blog aanroert, niet uit de hand te lopen. Natuurlijk is er altijd wel naijver, maar dan is verandering, of elders zoeken, gemakkelijker.

    Met een groter aantal kleine scholen is de keuze voor een werkplek ook groter :

    [1] Scholen hebben een eigen identiteit. Docenten hebben de keus uit veel meer scholen met uiteenlopende kenmerken qua sfeer, methode, leerlingen-bestand. Meer gelegenheid voor wie dat wil, om zich te profileren.
    [2] Meer scholen, met name in het VO, geeft meer docenten de kans om hun vak (in een kleinere kring van collega’s) aan leerlingen over te dragen, ze te enthousiasmeren ; zich vak-inhoudelijk te profileren voor hun school en voor de leerlingen.
    [3] Als er minder leerlingen zijn, kent iedereen elkaar ; minder kans op radauwen of ontsporing. Omgekeerd kennen de leerlingen de meeste docenten ook. Het gevolg daarvan is een meer constructieve sfeer, die ook zijn weerslag heeft in de leer-prestaties.
    [4] De verhouding leerlingen/docenten veranderd niet wezenlijk (tussen kleine en grote scholen), maar kleine scholen zijn wel goedkoper ; wat NIET ten koste gaat van de salariering van docenten.
    [5] De betrokkenheid van ouders bij de school is beter regelbaar ; er is ook minder mogelijkheid tot anonimiteit.

    Blijft de vraag : hoe “kraken” we de mega school organisaties, hun systemen, de bestuurders, leiders, adviseurs, coordinateurs en ontwikkeleurs ? Dat is een mega taak !

    Iemand met ideeën ? Uitvoerbare ideeën ?

    maarten

    • Kleine school een luchtkasteel
      Ik denk dat het terugwillen naar kleine scholen een luchtkasteel is.
      De kleinere categorale gymnasia, de enige scholen die aan de mammoetwerking waren ontsnapt, worden almaar groter en dreigen tenonder te gaan aan hun eigen succes.
      Voor alle andere schoolsoorten geldt dat het samengaan van verschillende schoolsoorten in (grote)scholengemeenschappen impliceert dat het met de kleine school voorgoed is gedaan.
      Voorgoed gedaan met….

      ……..de oude ansichtkaart
      Waarop een kerk een kar met paard
      Een slagerij J. van der Ven
      Een kroeg, een juffrouw op de fiets
      Het zegt u hoogstwaarschijnlijk niets
      Maar het is waar ik geboren ben
      Dit dorp, ik weet nog hoe het was
      De boerenkind’ren in de klas
      Een kar die ratelt op de keien
      Het raadhuis met een pomp ervoor
      Een zandweg tussen koren door
      Het vee, de boerderijen

      En langs het tuinpad van m’n vader
      Zag ik de hoge bomen staan
      Ik was een kind en wist niet beter
      Dan dat ’t nooit voorbij zou gaan

      • kleine school – Hals
        Leuk verkocht, maar niet waar. Aantoonbaar onjuist :
        [1] er zijn kleine PO scholen, die goed draaien ;
        [2] die gymnasia zijn niet mega-groot ; Amsterdam, bijvoorbeeld, heeft er vier, en er is plaats voor nog een of twee ; elders ook, als OCW en andere gevestigde belangen dat maar niet zo krachtig tegen hielden ;
        [3] het aansturen van onderwijs, zoals in mega scholen gebeurt, is een onderwijs-vreemde functie, alleen gerechtvaardigd door het formaat, niet door het karakter van onderwijs ;
        [4] behalve naar groter, zijn er ook maatschappelijke tendenzen naar kleiner, stabieler, maatschappelijk verantwoord ;
        [5] de anonimiteit van mega scholen heeft zijn langste tijd gehad.

        Of zou je, jouw gedachtengang volgend, ook naar mega kleuterklassen willen ? Wat denk je van mega kinderopvang ? De fabricage van worsten is ook zo’n typische mega activiteit ; en zo meer.

        Ik ken de bedrijfsproblemen van schaalgrootte heel goed. Onderwijs voegt zich slecht in grote afmetingen. Denk maar na waarom ; niet moeilijk.

        maarten

          • De menselijke maat?
            Dat lijkt me een onhanteerbaar begrip. Iedereen is het er mee eens en niemand weet wat er precies mee bedoeld wordt. Net zoiets als “natuurlijk” en “kindvriendelijk” en “milieubewust”.

          • Menselijke maat…
            Je zegt het:’Iedereen is het er mee eens…’
            Niet precies afmeetbaar, maar toch weet iedereen wel wat er ongeveer mee wordt bedoeld.
            Overal waar (architectuur, bedrijfsvoering…) de menselijke maat gehanteerd wordt gaan de dingen over het algemeen wel goed.
            Verlies je de menselijke maat uit het oog, krijgen we de situaties om ons heen………in de zorg, in het onderwijs (schaalvergroting), in immigratie, in graaicultuur, in…….(vult u maar in).

        • Perversiteiten
          En dan krijgen we dus nu de situatie dat vanwege een tekort aan eerstegraads docenten in bepaalde vakken, schoolbesturen/leidingen bereid zijn nieuw te benoemen docenten in die vakken een LC of LD-schaal te bieden, terwijl de zittende eerstegraads docenten vastgetimmerd blijven in LB. Geen perversiteit is de schoolbesturen/directies te dol.

          • Dat valt wel mee
            ….denk ik. Ik heb al regelmatig het fenomeen gezien van een ‘zittende eerstegrader’ die voor de vorm elders solliciteert, daar wordt aangenomen in LC of LD, en dat feit vervolgens gebruikt in de onderhandelingen met zijn huidige school.

        • Ook sommige leerlingen
          “zullen kleinere scholen willen. Dan komen ze ook. Marktwerking!”

          Soms komen ze overigens met aanstekers

          • kleine kinderen
            kleine kind’ren willen kleine scholen,
            bim bam bim bam – –

            maarten

          • aanstekers ?
            Gek is dat. De laatste maanden zijn nogal veel scholen in brand gevlogen. Voorzover was nagegaan (as, rook, puin), waren het kleine scholen.
            Maar het is niet duidelijk of de branden het gevolg zijn van marktwerking : ;-(((

            [1] in groningen >
            http://www.zernike.nl/site/web/index.php?MOD=text&mid2=944&mid1=923
            ging het fout >
            http://www.youtube.com/watch?v=VfscuT3n7gc
            uit baldadigheid? > http://www.telegraaf.nl/binnenland/3759384/_Meisjes_verdacht_van_schoolbrand__.html?cid=rss
            [2] en voor een vierde keer in meppel >
            http://www.brandweerkempen.nl/page/index.php?option=com_content&task=view&id=1073&Itemid=7

            [3] in antwerpen ook al >
            http://www.youtube.com/watch?v=zVIFuYFM5aI&feature=related

            [4] tijdje terug ook al in sliedrecht >
            http://www.onsdorp.net/Zuid-Holland/Sliedrecht/Sliedrecht/ga/14192

            op oudejaarsdag is het risico nog groter :
            [5] in eelde >
            http://www.brandweer.nl/bovenbalk/zoeken/?ActItmIdt=1157
            [6] en ook in zoetermeer >
            http://www.youtube.com/watch?v=zFi5XVl7OI0

            [7] kleinschalig koffie apparaat, gorte gevolgen ; hebben ze in Delft weer wat te doen >
            www.youtube.com/watch?v=ZaK5YVVaRCo&feature=related

            maarten

          • Op de markt
            zag ik gisteren ’n nieuw soort aansteker in werking.
            Voorzien van ’n revolutionair sprinkler mini systeem.
            Volledig veilig en getest door de bond van pyromanen.

          • markt – leo
            Je mag er niet aandenken dat iemand zo’n ding gaat uitproberen op weer zo’n school. G’l’kk’g maar dat er een fool-proof automatic sprinkler-ler systeem op zit.
            Zou het gegarendeerd zijn door de staatssecretaris ? Op ander terrein geeft ze immers ook van die mega-geruststellende antwoorden af ; vraag maar aan Jasper van Dijk.

            maarten

Reacties zijn gesloten.