‘Werken voor de raden van bestuur, de bobo’s en de grote namen vind ik volstrekt oninteressant. Dat is een illusoire wereld van mensen die allerlei dingen verzinnen die weinig tot geen raakvlak hebben met wat er op de werkvloer gebeurt. Die mensen hebben een beeld van de wereld dat niet klopt.’ Deze zinsnede was te lezen in de VK van afgelopen zaterdag.
‘Klink is niet onder druk gezet’, sprak de partijvoorzitter van het CDA gisteren op TV. ‘Krokodillentranen’, zei een journalist. ‘Ondertussen maken ze in de fractie een vreugdedansje’. ‘Bullshit’, antwoordde Bleker.
‘Hoe harder politici ontkennen, des te groter is de kans dat het waar is’, sprak een ander in het nieuwe programma na het nieuws.
‘Er worden geen diploma’s weggegeven’, beweert het management van de school. De docenten zeggen wel beter te weten.
Hoe kunnen we nu nog weten wie de waarheid spreekt?
Ik denk met heimwee terug naar vroeger toen jokken nog verboden was.
Reacties zijn gesloten.
De docenten hebben er geen
De docenten hebben er geen belang bij om te liegen, de bestuurders wel. Ik vind het dus gemakkelijk kiezen wie ik moet geloven. 😉
Al kan het natuurlijk dat een enkele bestuurder naïef is en bewust out of the loop wordt gehouden om hem plausible deniability te geven.
alleen als ze tegenspreken!
Op korte en middellange termijn bekeken hebben de leraren ook reden om te liegen of op zijn minst om te zwijgen. De macht van hun bovengeschikten is immer zo groot dat ze repercussies moeten vrezen. Dat is tenminste de conclusie die ik als deelnemer aan dit discussieforum getrokken heb. Maar als ze dan eens een keer hun bazen tegenspeken kan dat alleen maar zijn omdat de ze waarheid belangrijker vinden of het leven met leugens hen te zwaar geworden is.
Seger Weehuizen
Wie spreekt waarheid?
Historici worstelen ook met dat probleem wie waarheid spreekt. Zij concluderen waarschijnlijk eveneens dat hard ontkennende politici waarschijnlijk iets verbergen.
In de geschiedenis van het universitaire onderwijs zijn stapels reglementen te vinden met forse strafbepalingen voor verzuimende docenten. Daar concludeert de historicus dus uit dat verzuimende docenten eerder regel dan uitzondering vormden. [middeleeuwen tot 1800, ik beschuldig hier geen levende personen]
Dus wanhoop niet, ook uit krompraat vallen vaak scherpe conclusies te trekken.
tja
Je zegt: Hoe kunnen we nu nog weten wie de waarheid spreekt?
Ik denk met heimwee terug naar vroeger toen jokken nog verboden was.
Dat is niet eenvoudig: niet naief zijn. Bovendien zijn er ook docenten die jokken om te kunnen blijven handelen zoals hen goed dunkt 🙂
En zo wordt dat wereldje wel erg ondoorzichtig. Hoe weet je dat je niet naief bent? En wanneer is jokken laakbaar?
je zegt ook: ‘Werken voor de raden van bestuur, de bobo’s en de grote namen vind ik volstrekt oninteressant. Dat is een illusoire wereld van mensen die allerlei dingen verzinnen die weinig tot geen raakvlak hebben met wat er op de werkvloer gebeurt. Die mensen hebben een beeld van de wereld dat niet klopt.’ Moet je dat nu geloven of niet? 🙂 Of hangt het geloven af van wie “wat” maar ook “waar” zegt? En hoeveel van ons spreken tegen managers met dezelfde woorden als fluisterend achter de kast in de personeelskamer?
Mij lijkt het dat er meerdere werkelijkheden bestaan en dan wordt er gesproken over “transparant” communiceren. Dat komt mij behoorlijk “geestig” over.
In dit korte verhaal ben ik mijzelf al aan het tegenspreken: immers jokken leidt tot ondoorzichtige situaties.
Laat het belang van de raden van bestuur, bobo’s en anderen nu maar weer gewoon het belang van de leerlingen en de docenten worden dan hoeft er niet zo moeilijk gedaan te worden en het kost veel minder in alle opzichten, ook in geld en energie.