externe correctie eindexamens

LIA PLEIT VOOR EXTERNE EXAMENCORRECTIE IN VO

In Nederland kijken leraren in het voortgezet onderwijs eindexamens van hun eigen leerlingen na. Om slordigheden of verschillen in interpretatie zoveel mogelijk te beperken, worden alle examens ook nog door een ‘tweede corrector’ gecorrigeerd. Dit is ook een leraar, maar dan eentje van een andere school. Bij eventuele onenigheid over een antwoord polderen de twee leraren zich een weg naar het correcte aantal punten. Zo verloopt de eindexamencorrectie in Nederland elk jaar.

Britse en Franse collega’s waren met stomheid geslagen toen zij van deze procedures hoorden. Hun kritische vragen: ‘Examens zelf nakijken werkt toch eigenbelang en daarmee een subjectieve en in het ergste geval frauduleuze correctie in de hand?’ en ‘Wie controleert of die tweede corrector z’n werk wel (goed) doet?’. Maar ook Nederlandse leraren hebben groeiende twijfels over de betrouwbaarheid. Onze aanpak is goedkoop, maar verzwaart de taak van leraar en schoolorganisatie, en is weinig betrouwbaar. LIA pleit daarom voor een totaal andere, extern georganiseerde examencorrectie, waar de leraar geen invloed op heeft.

Belangenverstrengeling
Het voornaamste gevaar van de eigen correctie is dat leraren niet altijd objectief zijn ten aanzien van de prestaties van hun leerlingen – begrijpelijk aangezien leraren en scholen graag zien dat hun leerlingen hoog scoren. Op de lange termijn zijn deze afwijkingen echter funest voor de werkelijke waarde van examens en diploma’s. Een zeer ernstig voorbeeld hiervan is de leraar Duits die bij het eindexamen 2011 verbeteringen had aangebracht op het werk van zijn leerlingen, omdat hij het examen onredelijk moeilijk vond. Gelukkig kwam de fraude bij de tweede correctie aan het licht, maar het valt te vrezen dat er veel slordigheden en fouten ongezien blijven steken in examens. Er is namelijk geen controle op de (wettelijk verplichte) tweede correctie.

Bureaucratisch circus
Behalve de leraren hebben ook schooladministraties en afdelingsleiders te lijden onder de grote hoeveelheid administratie van het huidige correctiesysteem. De leraar corrigeert en voert de resultaten in in het omslachtige computerprogramma WOLF. Vervolgens moeten de examens, samen met een pakket aan ondertekende formulieren en puntenlijsten, zo snel mogelijk naar de tweede correctoren overal in Nederland verstuurd worden. Deze corrigeren het werk voor de tweede keer, vullen weer allerlei formulieren in en leveren het dan in bij hun eigen administratie, die het terugstuurt naar de oorspronkelijke school, waar het werk wederom door de leraar ondertekend moet worden. De administratie moet dan wachten op de landelijke normering voordat zij cijfers kan gaan uitschrijven. Dit hele ritueel wordt herhaald bij de herexamens. Kortom: dit is een kostbaar en tijdverslindend bureaucratisch circus aan het eind van het schooljaar.

Externe correctie van eindexamens
LIA wil af van deze omslachtige en onbetrouwbare eindexamencorrectie. Alternatieven zijn de correctieprocedures in landen als Groot-Brittannië en Frankrijk, maar ook die van gerenommeerde wereldwijde exameninstituten als University of Cambridge ESOL Examinations en het Internationale Baccalaureaat. Daar worden de examens door externe instanties afgenomen en geadministreerd, en gecorrigeerd door onafhankelijke en goed opgeleide professionals die een vergoeding op niveau ontvangen. De gecorrigeerde examens worden daarna nogmaals steekproefsgewijs gecontroleerd, dit om eventuele grove fouten in de eerste correctie te voorkomen. Tot slot worden de uitslag en de examens teruggestuurd naar school zodat de objectiviteit is gewaarborgd.

Natuurlijk kost een dergelijke aanpak een flinke zak duiten, maar alleen met een externe en daarmee objectieve examencorrectie doen we recht aan de waarde van de enige keer dat leerlingen centraal worden getoetst: de kwaliteit van de examens moet gegarandeerd zijn.

7 Reacties

  1. Een tweede corrector van buiten is controle genoeg….
    LIA zou zich sterk moeten maken om de leraar weer op zijn oude plek terug te krijgen als centrale figuur in het onderwijs.
    De schaalvergroting heeft niet alleen de bureaucratie en het wantrouwen tegenover de leraar aangewakkerd, maar ook zijn positie verzwakt.
    LIA gooit met dit voorstel olie op het vuur en wakkert niet alleen het wantrouwen weer aan, maar verzwakt daarmee ook opnieuw de positie van de leraar en daarmee tegelijk die van zichzelf.

    • Positie verzwakken?
      Zo kun je ook redeneren dat het hebben van centrale examens in plaats van door de docent zelf samengestelde toetsen de positie van de leraar verzwakt. Het lijkt me juist dat het omgekeerde waar is: wanneer jouw leerlingen goed presteren op een extern samengesteld EN nagekeken examen dan krijg je een sterke positie.

    • Eens met Hals!
      Ik ben het, tot mijn verrassing, helemaal met Hals eens.
      In mijn ervaring wordt verreweg het grootste deel van de examens goed nagekeken, en maken ook tweede correctoren er serieus werk van.

      Daar waar onregelmatigheden gemeld worden zou de inspectie extra controles kunnen aankondigen en uitvoeren. Ik denk dat de aankondiging alleen al zuiverend zal werken.

      Daarnaast zouden er steekproeven gehouden kunnen worden, waarbij van elke school de tweede correctie van één groep door een externe deskundige gedaan wordt, uiteraard wordt niet van tevoren bekend gemaakt welke groep dat betreft. Vakken waarbij meer gesjoemeld wordt mogen wat mij betreft dan vaker gecontroleerd worden.

      In dit systeem hoeven serieuze docenten zich geen zorgen te maken, fraudeurs zullen zich wel twee maal bedenken, en de kosten zijn te overzien.
      Indianenverhalen over docenten die “allemaal hun leerlingen willen bevoordelen” worden met argumenten de wereld uit geholpen.

  2. Het zou al veel helpen
    Het zou al veel helpen wanneer de eerste beoordeling zou worden gedaan door een externe leraar, het liefst een willekeurige leraar van een willekeurige school uit Nederland. Eventueel kan een twee beoordeling worden gedaan door een tweede externe leraar. Ik zou niet weten waarom de eigen leraar als eerste een examen moet beoordelen, bovendien lijkt het mij voor zowel de leraar als de leerling prettiger wanneer die eigen leraar dat niet doet.
    Dat heeft wat mij betreft niets met wantrouwen te maken, je laat een slager niet zijn eigen vlees keuren, je laat een eigen rij-instructeur niet het rij-examen van zijn leerling afnemen etc.
    Als het je om vertrouwen te doen is, geef die leraar dan meer vrijheid om zijn eigen schoolmethode te kiezen (zouden die ´gratis` boeken zijn ingevoerd om dat onmogelijk te maken?), eventueel een Vlaamse schoolmethode wanneer grote delen van die methode nuttig zijn, naar believen extra verrijkende stof te geven en volgens zijn eigen normen toetsen te beoordelen (het opnemen voor die leraar als de ouders klagen), ook al deed zijn voorganger dat veel soepeler.

  3. Externe correctie
    LiA heeft natuurlijk helemaal gelijk dat die examens extern gecorrigeerd moeten worden. Maar hoe krijg je dat erdoor in een land waar goed onderwijs niet zo’n hoge prioriteit heeft, en het geld er dus niet voor vrijgemaakt gaat worden?

    En al wílde men er geld voor vrijmaken: wat heeft een minister van onderwijs er bij te winnen iets ingrijpend te veranderen en daarmee ook de deksel van de beerput te halen? Het eerste brengt afbreukrisico met zich mee; het tweede brengt het risico met zich mee dat duidelijker wordt dát er een enorm onderwijsprobleem is, en dat de oorzaak van dat probleem bij onder meer de huidige regeringspartijen zélf ligt. Bovendien kan het de onontkoombaarheid van belastingverhoging voor bedrijven en de hoogste inkomensgroepen duidelijker maken, en dat is voor veel politieke partijen nog altijd een taboe-onderwerp.

    Misschien dat de volgende fase van de economische crisis Nederland wél wakker gaat schudden, want het blijft natuurlijk zonde en ook bizar om miljarden uit te geven aan onderwijs, maar om de afronding ervan te verslonzen.

    • Natuurlijk is externe
      Natuurlijk is externe correctie veel en veel gezonder, frisser, spannender dan al het parochiale gereutel van docenten over ‘het belang van de leerling’. Zelf corrigeren brengt de leraar in een uiterst penibele positie.

      • Grappig. De leraar wordt in
        Grappig. De leraar wordt in Nederland inderdaad te weinig vertrouwd maar laat nu net dit ene puntje weinig met vertrouwen te maken te hebben. Het is de normale gang van zaken dat degeen die examineert niet dezelfde persoon is als degeen die opleidt, dat is bijv. niet voor niets bij het rij-examen het geval. We moeten er niet moeilijk over doen wanneer een voldoende hoogopgeleide collega (eerstegraadsleraar in het geval van HAVO- en VWO-examens) het examen corrigeert en dan niet als mosterd na de maaltijd (Ferry Haan heeft eens mooi geïllustreerd dat de meeste leraren bij de tweede correctie liever niet al te moeilijk doen (tijd, geld en sfeer)). Ik zou liever zien dat de leraar opkomt voor het recht om zelf een studiemethode te kiezen, om tijdens werktijd wat studiemateriaal te ontwikkelen, het (grafisch) rekenmachientje te verbieden, 80% van de leerlingen een onvoldoende te geven als al die leerlingen van vorige jaren gewend zijn dat er te weinig eisen worden gesteld enz.

Reacties zijn gesloten.