Emotionele nonsens als overtuigingsmiddel

Vaak blijkt iemand die het over de gelijkwaardigheid van personen heeft te bedoelen dat die personen (op een bepaald gebied) gelijke rechten hebben.. Wat brengt die iemand er toe om zich zo onduidelijk uit te drukken? Ik denk de wens om met emotie te overtuigen in plaats van met argumenten. Is dat luiheid? Ik geloof het niet. Al die onechte emoties en bijbehorende pseudobewijzen zijn in de wereld van smakeloze reclame waarin wij leven en waaruit we ons moeilijk kunnen terugtrekken zo normaal geworden dat ze steeds meer in andere gevallen waarin mensen overtuigd moeten worden gebruikt worden.  Ze zitten ook geïncorporeerd in de onzin waarmee de onderwijshervormers ons bestoken. Ze maken deel uit van het onderwijsdialect van de hedendaagse Newspeak.

In de vijftigerjaren van de vorige eeuw was het departement van onderwijs in handen van juristen en kregen de schoolbesturen heldere taal te lezen.  Tegenwoordig zitten daar voornamelijk gogen en agogen en zijn de departementale brieven in zo’n taal gesteld dat kritische buitenstaanders soms het gevoel krijgen met een farce geconfronteerd te worden.

Bij publicaties van hervormers buiten het departement  is dat gevoel nog sterker en lijkt het erop dat de lezers gelijk gesteld worden aan de  TV-kijkers die bij de commerciële boodschappen overgehaald moeten worden om het aangeprezen product te  kopen.  De maatschappij gaat aan infantilisatie ten onder.