Tot tranen toe geroerd.
‘s Ochtends na het ontbijtje en de papieren krant, sla ik de laptop open en bekijk ik op de internetkranten het onderwijsnieuws in Nederland en buitenland. Vandaag las ik het bericht dat de invoering van het Competentie Gericht Onderwijs in het Middelbaar Beroeps Onderwijs de instemming nodig heeft van de medewerkers van het ROC. Op de valreep heeft de tweede kamer een motie van deze strekking, ingediend door Jasper van Dijk, goedgekeurd. Docenten in het MBO mogen, als het goed is, beslissen of de opleiding Competentie Gericht wordt, of niet. Tot tranen toe geroerd las ik het bericht.
Een eigenaardig gevoel overviel mij. Geen vezel in mijn lichaam stond op juichen. Geen moment nam de druk op mijn bloed in de aderen toe. Geen “Yes we can” onderstreept met een gebalde vuist. Ook geen spoortje van overwinningslust. Het was het weeë gevoel van de krijger die na de overwinning het slagveld aanschouwt en een diep verdriet voelt als hij zijn gesneuvelde makkers verminkt op het slagveld ziet liggen, dat mij bekroop. Een zwaar bevochten overwinning, die te veel slachtoffers heeft gevraagd, kent geen overwinningsroes, hier passen de tranen voor wat verloren is gegaan.
Onwillekeurig gingen mijn gedachten naar collega’s die in de loop van de afgelopen jaren moe en ontdaan van elke illusie het onderwijs hebben verlaten. Sommigen uit vrije wil, anderen ziek gemaakt door pesterijen en het niets ontziende karakter van de kaalslag geinieert door de onderwijsadviseurs onder de noemer “ de lerende organisatie”. Zieke docenten die gekend stonden als CGO-kritikaster zijn de WIA ingestuurd met de vreselijke en ongeneselijke ziekte “past niet binnen het CGO onderwijs”.
Docenten die hun halve leven voor de klas hadden gestaan kregen het verwijt ouwe, cynische, en vooral conservatieve boerenpummels te zijn die niets hadden begrepen van het “ veranderende land” en niet meer thuis hoorden in het onderwijs van de toekomst. Wie dat niet begreep werd bedolven onder een brij van reflectieformulieren, POP’s, PAP’s, feedbackformulieren, digitale BIO-assessments, coachingsinstructies, intervisie toestanden, en meer van uit het bedrijfsleven overgewaaide onnozelheid, tot hij zichzelf niet meer herkende als docent en vanzelf het bijltje er bij neergooide.
Ik moest denken aan al die leerlingen die nu al het onderwijs hebben verlaten met een portfolio en competentielijst. Hoe moet dat als ze straks moeten solliciteren? Al die leerlingen die voortijdig de school hebben verlaten omdat er niemand was die hun verwachtte, een aai over de bol gaf en hen aanmoedigde hun dromen waar te maken. Hoe moet dat straks als de wereld toch niet zo verandert als dat hun voorgespiegeld is? De tranen liet ik vrijmoedig over mijn wangen rollen, het slagveld in mijn hoofd bood geen vrolijke aanblik. Jonge en oude mensen door elkaar, leerlingen en hun docenten op de puinhoop van een paradigma strijd.
Wie neemt straks de verantwoordelijkheid voor de vernieling van het onderwijs in Nederland? De arrogante, hebzuchtige graaier die zichzelf “bestuurder” noemt? De minister en de staatsecretaresses van onderwijs die hun oren lieten hangen naar de partijdiscipline? Of wordt het gewoon weer de docent die in al zijn euforie zal kiezen om te stoppen met de invoering van het CGO?
Je kunt er vergif op innemen, de bestuurderen die gedwongen worden om terug te keren naar de degelijke opleiding zullen de hand op de knip houden, zal het volk vertellen dat er geen docenten meer zijn, zullen aankloppen bij de minister om nog meer geld omdat de megalomane nieuwe schoolgebouwen niet voldoen aan de eisen voor wat zij smalend ‘het oude leren’ noemen. Nu al steken ze de koppen bij elkaar om stokken in de wielen te steken, docenten onder druk te zetten, om uiteindelijk als er echt niets meer overblijft wat nog de naam onderwijs waardig is uit te roepen “ ze hebben het zelf gewild” en die “ ze” dat zijn wij, de docent, de slaaf van het krijtje, de lesboer.
In mijn hoofd doemen de contouren van een nieuw slagveld op.
J. Jeronimoon
Ooit wordt het beter. of morgen ?
Gepubliceerd: 23 april 2009 08:15 | Gewijzigd: 23 april 2009 08:15
ANP
Den Haag, 23 april. De doorstroom van vmbo’ers naar een vervolgopleiding kan veel beter. De Onderwijsraad heeft vandaag voorstellen daartoe gedaan aan staatssecretaris Marja van Bijsterveldt van Onderwijs.
Allereerst wil de raad scherpere exameneisen. Vmbo-leerlingen zouden bij hun eindexamen maximaal één 5 voor een basisvak mogen halen. De basisvakken op het vmbo zijn Nederlands en Engels en in veel van de gevallen ook wiskunde, afhankelijk van het pakket van de leerlingen.
Bron : www.nrc.nl/binnenland/article2221115.ece/Onderwijsraad_wil_scherpere_exameneisen_vmbo
Prachtig
Wat een prachtig stuk Jeronimoon. Ik heb dezelfde gevoelens van verdriet, van twijfel.
Toch moeten we proberen, terwille van goed onderwijs, ook te zien dat dit wel echt een doorbraak is. Het is op dit moment al te laat, want het is al overal ingevoerd, maar het is wel een symbool. Ik vraag me trouwens af of de onbevoegden, de mensen die hun baantje aan het CGO danken (die dus eigenlijk geen leraar zijn) ook mee mogen beslissen……
Voor het CINOP, het APS, KPC en alle uitgevers heb ik goed nieuws. Dit opent geheel nieuwe markten. OK (Onderwijs met Kwaliteit) of TOK (toetsing op Kennis, geheel nieuw) kunnen nu de markt op. Bijscholing, begeleiding, nieuwe kwalificatiedossiers, u roept het maar! Nieuw, nieuw, nieuw!