Voorwoord: Bildung terug van weggeweest?

Ad Verbrugge

Ad Verbrugge

Eens in de zoveel tijd duiken er binnen de wereld
 van het onderwijs modieuze termen of slogans op die de belofte in zich dragen van een glanzende nieuwe toekomst. Er worden nieuwe manieren van lesgeven en organisatievormen aangekondigd: van ‘nieuw leren’ en ‘competentieonderwijs’ tot ‘brede school’ en ‘flip the classroom’. Nu is het op zichzelf natuurlijk niet verkeerd om iets beter te willen maken, maar het gevaar van dergelijke termen en slogans is dat ze vooral een politieke en ideologische strijd dienen. 
Het wil niet zeggen dat degenen die ze in mond nemen ook begrijpen
 wat er aan de hand is of
 dat ze daadwerkelijk een 
oplossing hebben voor de
 opgemerkte problemen.

Een modieuze term die de laatste jaren volop in de onderwijswereld te horen valt, is Bildung. Nu was Bildung hét ideaal van academisch onderwijs zoals dat door Wilhelm von Humboldt werd gemunt voor de Duitse universiteiten van de negentiende eeuw. Daarin namen de geesteswetenschappen een vooraanstaande plaats in.

De Tweede Wereldoorlog
 en vooral ook de Holocaust 
luidden de definitieve des
illusie in met betrekking tot de vraag naar de morele
 meerwaarde van Bildung
 voor een cultuur. Neomarxisten in de jaren zestig
 zouden de zogenoemde 
Bildungsuniversiteit dan
 ook ‘ontmaskeren’ als een 
bourgeois-instituut dat
 vooral maatschappelijke ongelijkheid legitimeert.
 Dat verklaart waarom de term een aantal decennia geen noemenswaardige rol heeft gespeeld in de onderwijshervormingen. Tot voor kort dus! Opmerkelijk genoeg wordt de term Bildung de laatste tijd niet alleen gebruikt in verband met ons universitair onderwijs. Nee, ook op het hbo, ja zelfs op het mbo moet er volgens sommigen meer aan Bildung worden gedaan. Het zal vermoedelijk niet lang meer duren dat hetzelfde over het basisonderwijs gezegd wordt. Ook kleuters hebben recht op Bildung. En tja, wie zou dat ze willen onthouden?

Een vaag begrip van Bildung kan ook een argument worden om vakinhoudelijke curricula maar af te schaffen.

De vraag bij deze Bildungsmanie is natuurlijk wel
 wat men daar eigenlijk onder verstaat. Precies op dat punt wringt de schoen. De Humboldtiaanse gedachte dat de ontwikkeling van de eigen persoonlijkheid gepaard gaat met een brede en gedegen kennis van de humaniora, lijkt in veel gevallen ver te zoeken. Nu is dat misschien ook geen zaligmakend uitgangspunt. Maar het risico is wel dat er onder de vlag van het zogenoemde Bildungsonderwijs allerlei zaken worden gelegitimeerd waarvan het de vraag is of ze echt wel het onderwijs en de vorming van leerlingen en studenten dienen. Een vaag begrip van Bildung kan ook een argument worden om vakinhoudelijke curricula maar af te schaffen. Het gaat immers om de ‘persoonlijke ontwikkeling’, pardon Bildung – en daar zijn we allemaal voor natuurlijk!

Mede om die reden staat dit nummer van Vakwerk geheel in het teken van Bildung. Dat idee is afkomstig van de Groningse masterstudent filosofie Thomas van de Ven die ook betrokken was bij de organisatie van de Nacht van de Universiteit te Amsterdam op 6 juni van dit jaar. Samen met de redactie heeft hij een boeiend Vakwerknummer samen weten te stellen, waarvoor ik hem hier nogmaals wil bedanken. Een scala aan opvattingen over Bildung passeert de revue: pleidooien voor Bildung, maar ook relativerende en kritische observaties en analyses. Het maakt des te meer duidelijk dat we moeten blijven nadenken waarover we het nu eigenlijk hebben.

In dit nummer is een interview opgenomen met hoogleraar Kirsten Meyer en een met universitair docent Johannes Giesinger, werkzaam in het Duitse taalgebied, het gaat per slot van rekening om Bildung. Deze zijn vertaald door Felix Huygen en gecorrigeerd door Fenna Vergeer – waarvoor dank!

Ook doen enkele bestuursleden een duit in het zakje.

Zo is er een mooie bijdrage van Felix Huygen met een aansprekende oproep tot het behoud van vreemde talen. Daar wil ik me graag bij aansluiten.

De vreemde talen – in het verleden een paradepaardje van het Nederlands onderwijs – hebben het zwaar te verduren, niet in de laatste plaats aan de universiteiten zelf, waar we vrijwel overal zien dat faculteiten letteren en geesteswetenschappen te kampen hebben met bezuinigingen en verschraling van het programma. Dit thema kwam ook uitvoerig aan bod op onze succesvolle Nacht van de Universiteit op 6/7 juni in Amsterdam (dat ook in de krant veel stof heeft doen opwaaien).

Maar niet alleen met de vreemde talen gaat het 
slecht, ook het Nederlands wordt stap voor stap onze universiteiten uitgedreven. Na de verengelsing van het academisch onderzoek vindt nu de verengelsing van het onderwijs plaats, ja zelfs van de bordjes in de universitaire gebouwen! Daarvoor bestaat zeker niet altijd een wetenschappelijke, laat staan maatschappelijke noodzaak. Het maakt deel uit van een eenzijdige en naïeve globaliseringideologie waartoe vele bestuurders zich de afgelopen decennia hebben bekeerd: men wil studenten uit Azië binnenhalen omdat ze geld opleveren en men wil, net als de CEO’s van multinationals, in een mondiaal netwerk opereren.

Het is dan ook vooral het zogenoemde globish dat
 zijn intrede doet op onze universiteiten: een tot 1500 woorden gereduceerd globaal Engels met een versimpelde grammatica waarmee men zich in het internationaal zakenleven prima kan redden. Daarmee neemt de universiteit de facto afscheid van een taak die de wetgever haar heeft toebedacht, namelijk de zorg voor de Nederlandse taal. Natuurlijk zijn we niet tegen het gebruik van Engels als een lingua franca van de wetenschap (zeker binnen de exacte wetenschappen), maar wél als het op een totalitaire en kortzichtige manier gebeurt en de eigen taal wordt verwaarloosd.

Academische vorming betekent onder meer dat je leert om je gedachten op een goede manier onder woorden te brengen. Daarmee dien je niet alleen jezelf, maar ook anderen. Veel studenten zijn met het oog op hun toekomstige beroepspraktijk beter gebaat bij de academische ontwikkeling van hun Nederlands, dan met hun half ontwikkelde Nederengels. Voor de kwaliteit van journalistiek, literatuur, rechtspraak, openbaar bestuur, management enzovoorts is de beheersing van de eigen taal cruciaal. Zoals een aantal jaar geleden sommige woningbouwcoöperaties met publiek geld gingen investeren in Polen, zo dreigen nu ook de universiteiten hun maatschappelijke taak te verkwanselen omwille van buitenlandse instroom en het geld dat het oplevert.

BON zal de komende tijd de aandacht vragen voor deze zorgwekkende ontwikkeling op onze universiteiten. In de bundel Waartoe is de universiteit op aarde? (2014) heb ik betoogd dat de universiteit medeverantwoordelijk is voor de huidige staat van het Nederlands onderwijs. Het wordt hoog tijd dat de universiteit zich weer bewust wordt van haar maatschappelijke taak – of dat zij anders door de politiek weer daarop gewezen wordt. Wij zullen dat in ieder geval blijven doen!

Het doet mij genoegen om u bij dit nummer van Vakwerk als geschenk van prof. dr. Arnold Heertje zijn boek Economie aan te mogen bieden. Vooral omdat Heertje veel heeft betekend en nog steeds betekent voor de discussie over de kwaliteit van het Nederlands onderwijs, is dit een BON-cadeau bij uitstek. Wij zijn ervan overtuigd dat zijn helder gedachtegoed veel verlichting zal brengen in de donkere dagen rond Kerstmis.

Rest mij u veel leesplezier toe te wensen en natuurlijk fijne feestdagen en een leerrijk 2015! Daarnaast nodig ik u van harte uit voor ons jaarlijks symposium op zaterdag 7 maart 2015 in Driebergen dat dit jaar als thema heeft ‘Zo kan het ook! – voorbeelden van beter onderwijs’. Het belooft weer een inspirerend programma te worden!

Met vriendelijke groet,

uw voorzitter Ad Verbrugge

1 reactie op Voorwoord: Bildung terug van weggeweest?

  1. Hemel! Is de kennis van de Duitse cultuur al zo ver weggezakt dat Bildung al even vreemd wordt aangevoeld als het cerebrale selectiesysteem in Frankrijk met zijn edelfilières?

    Ik houd niet van one-liners, tenzij het aforismen zijn. Maar hier zijn een paar indicaties, niet om het zeer wollige Bildung beter te definiëren, maar om het meer inhoud te geven:

    In het algemeen: Sinn, Form und Haltung;
    In het onderwijs ook nog: Licht, Luft und Weite:
    bij de NSDAP afgegleden naar: Kulturelle Reinheit und Echtheit

    Bij de hoogste versie niet te scheiden van een persoonlijke Werdegang waarbij men zich afwendt van een traditionele ethos die zowel burgerlijk (vb Buddenbrooks/Mann) als adellijk (vb Graaf Lehndorff) kan zijn en zich meer oriënteert op de praktische kant van het leven: Individualisierung, autonome Selbstgestaltung, Abkoppelung von der Herkunft, Ueberwindung ständischer, ethnischer und religiöser Schranken, Absetzung von der Tradition, ja Traditionsbruch *… en dus weinig Vergangenheitsbewustsein, al valt daarover te twisten.

    O. de Wiljes, Parijs

    * Bldz 39 van Salon Deutschland, Geist und Macht 1900-1945/Martynkewicz/616 bldz. Als er per sé academische taalkunde opgerold moet worden in een ‘brede bachelor’ zou de lectuur van dit boek een minimum vereiste moeten zijn voor taalgebruik, geschiedenis en cultuur. ‘Glänzend beschrieben… stilsichere und differenzierte Darstellung’, dus niet in de taal van het jaarverslag van een schroothandel zoals dat in universitaire kringen als ‘voldoende’ doorgaat.

Laat een antwoord achter aan O. de Wiljes Reactie annuleren

Uw e-mailadres zal niet worden gepubliceerd.


*