Waar staat de AOb?

Bij het doorbladeren van het meest recente bondsblad van de AOb, het Onderwijsblad genaamd, las ik de bijdragekop “Brede Brugklas heeft meer Steun nodig” geschrevn door Richard Hassink. Het was geen opiniestuk dus mijn conclusie was en is nog steeds: De AOb is vóór brede brugklassen. Volgens de auteur blijkt er een brede beweging op gang te komen die de groeiende ongelijkheid in het onderijs wil aanpakken. Ik dacht dat er al 40 jaar lang zo’n beweging was en dat die er o.a toe geleid heeft dat het oordeel van de goed in rekenen en taal opgeleide onderwijzers van vroeger, dat zij zelf moesten staven door de leerlingen op het toelatingsexamen voor het hoogte niveau van het secundair onderwijs voor te bereiden, werd vervangen  door een onaanvechtbaar oordeel van laagopgeleide juffen en een pro forma cito-eindtoets. Maar de adagia van de politici zijn waarschijnlijk “de aanhouder wint” en  “keer nooit terug op je schreden”. De toets die het toelatingsexamen moest  vervangen is gereduceerd  tot een pro forma gebeurtenis omdat uit die toets  zou blijken dat kinderen van laagopgleide ouders vaak te laag worden ingeschat. Mij lijkt dat die toets in de eerste plaats het onvermogen van de juffen aangeeft om intelligente kinderen van laagopgeleide ouder bij te spijkeren Over de NIO-toets waarmee men de intelligentie van leerlingen wil vaststellen wordt niet gesproken.

Het komt mij voor dat de AOb net als de politici de redelijkheid is kwijt geraakt bij het afwegen van de wens achtertandskinderen een duwtje in de rug te geven en het recht van leerlingen om veel te mogen leren en onderwijs te krijgen op het niveau dat bij hen past. Lees maar deze zinnen: “Een heterogene brugklas waarbij meerdere niveaux worden aangeboden, zou een positieve werking kunnen hebben voor deze [sociale achterstands]kinderen en voor laatbloeiers. Dit biedt namelijk de kans  om zich op te trekken aan leerlingen die op een hoger niveau werken”. De nadelen voor de kinderen die op hoger niveau werken zijn blijkbaar irrelevant. Heterogene klassen benadelen bovendien alle kinderen die er baat bij hebben als het rustig is in een klas. Hassink, die blijkbaar als woordvoerder is  van het AOB fungeert lijkt er begrip voor te tonen dat in de Tweede Kamer stemmen opgaan om categorale mavo’s en gymnasia te verbieden. Alle zeilen worden bijgezet om leerlingen die door aanleg of afkomst een voordeel hebben dat voordeel zo snl mogelijk af te pakken. Op categorale scholen leren volgens kamerlid Loes Ypma leerlingen niet om te gaan met verschillen. En dat terwijl onderwijs volgens haar dé essentiële functie heeft om die tweedeling aan te  pakken.

Slecht nieuws dus voor ouders die als belangrijkste taak van het onderwijs zien hun kinderen eruditie, inzicht en een intellectuel instelling bij te brengen.

En voor mensen die nog hun keuze bij de verkiezingen moeten bepalen: De bij het verhaaltje afgebeelde koppen suggereren dat als je voor verplichte brede brugklassen bent je op Roemer, Pechtold of Klaver moet stemmen. Rosenmöller kijkt daarbij tevreden toe.

Geef als eerste een reactie

Laat een reactie achter